Hoofdstuk 3.1 Flashcards
1
Q
Compagnie
A
Handelsbedrijf
2
Q
Cultuurstelsel
A
Systeem waarbij Javaanse boeren werden gedwongen koffie en andere tropische producten te verbouwen
2
Q
Ethische politiek
A
Politiek om de Indonesische bevolking ontwikkeling en welvaart te bieden
3
Q
Gouverneur-Generaal
A
Hoogste Nederlandse bestuurder in Indië
4
Q
Inheems
A
Uit het land zelf
5
Q
KNIL
A
Koninklijk Nederlands Indisch leger
6
Q
Modern Imperialisme
A
Europese landen bouwen grote koloniale rijken op in Afrika en Azië om daar grondstoffen weg te halen
7
Q
Monopolie
A
Recht op alleenhandel
8
Q
Oost-Indië
A
Zuid en Zuidoost Azië
9
Q
Plantage
A
Groot landbouwbedrijf waar één soort gewas wordt verbouwd
10
Q
Specerijen
A
Gedroogde kruiden die smaak aan het eten geven
11
Q
VOC
A
Verenigde Oost-Indische Compagnie