Hoofdstuk 2.3 En 2.4? Begrippen(a2c) Flashcards

1
Q

Aanslibbingskust

A

kust waarbij de afzetting van materiaal overheerst

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Afbraakkust

A

kust waarbij het wegslaan van materiaal overheerst

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

atmosfeer

A

de lucht om ons heen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

benedenloop

A

het laatste stuk van een rivier, dicht bij de zee

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

biosfeer

A

het leven op aarde; planten, dieren, mensen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

branding

A

De breking van golven in ondiep water (aan de kust)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Debiet

A

De hoeveelheid water die op een bepaald punt door de rivier stroomt in m³ per sec

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Delta

A

Een gebied vlak voor de monding, waar de rivier zich vertakt in veel rivierlopen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Geofactor

A

Factor die de vorming van het landschap mede bepaalt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Golf

A

Rimpel in het water die meestal wordt veroorzaakt door de wind die over het wateroppervlak waait

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Hoefijzermeer

A

Meer dat is gevormd door de afsnijding van een meander van een rivier

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Hogedrukgebied

A

gebied met dalende lucht, veel zon en weinig bewolking

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Horst

A

Een langs een breukvlak liggend deel van het aardoppervlak dat minder naar beneden is gezakt dan de slenk

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Hydrosfeer

A

het water op de aarde

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

infiltratie

A

Binnendringen van water in de grond

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

isobaar

A

Lijn die punten met een gelijke luchtdruk met elkaar verbind

17
Q

Klifkust

A

Steile kust die is ontstaan doordat de kracht van de zee, de onderkant heeft afgebrokkeld en afgekalfd

18
Q

kust duin

A

Heuvel die langs de kustlijn is ontstaan doordat de wind, zand op een hoop heeft geblazen

19
Q

lagedrukgebied

A

Gebied met stijgende lucht, vaak bewolking en/of regen

20
Q

Lengte profiel

A

Doorsnede van een rivier van bron tot monding

21
Q

meander

A

Natuurlijke bocht in een rivier

22
Q

Middenloop

A

deel van de rivier tussen de boven-en de benedenloop in

23
Q

Regiem

A

Schommelingen in de waterafvoer van een rivier in de loop van een jaar

24
Q

rivier

A

Een natuurlijke waterloop die water afvoert uit een gebied

25
sediment
Meegevoerde zand-en kleideeltjes die bezinken, heet ook wel afzettingsmateriaal
26
Slenk
Een langs een breukvlak omlaag gezakt deel van de aardkorst
27
strand wal
zandbak die door de branding is opgeworpen en boven zeeniveau ligt
28
stroomgebied
het gebied dat afwatert op de hoofdrivier van een stroomstelsel
29
stroomstelsel
rivier met alle zijrivieren en vertakkingen die deel uitmaken van hetzelfde stroomgebied
30
verhang
het verval per km
31
verstening
Toename van het bebouwde oppervlak en infrastructuur
32
Vertragingstijd
De tijd tussen het moment dat ergens in het stroomgebied neerslag valt en het moment dat het waterpeil stroomafwaarts gaat stijgen.
33
verval
hoogteverschil tussen twee plaatsen aan een rivier
34
waterscheiding
grens tussen de twee stroomgebieden