Hoofdstuk 2: Python opdrachten Flashcards

1
Q

wat is een toekenningsopdracht (assignment)

A

die geeft een waarde aan een variabele

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

wat doen logische uitdrukkingen bij selectieopdrachten

A

ze bepalen welken delen van de code uitgevoerd zullen worden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

hoe werkt een selectieopdracht met de if

A

de ingesproken blok zal uitgevoerd worden als de logische uitdrukking waar is

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

hoe werkt een selectieopdracht met de elif

A

de ingesprongen blok zal uitgevoerd als voorafgaande if en elif logische uitdrukkingen vals zijn

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

hoeveel keer kan de elif gebruikt worden

A

0, 1 of meerdere keren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

hoe werkt de selectieopdracht met de else

A

de ingesprongen blok zal uitgevoerd worden als alle logische uitdrukkingen vals zijn

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

hoeveel keer kan de else voorkomen

A

0 of 1 keer

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

geef algemene vorm van een selectieopdracht

A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

wat is de vereenvoudigde vorm van de selectieopdracht + schema

A

dat is wanneer er alleen opdrachten uitgevoerd moeten worden als de logische uitdrukking waar is (bv. print). dan ziet de selectieopdracht er uit als meerdere if’s na elkaar

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

wat zijn geneste selecties + geef de vorm

A

dat zijn selecties in selecties

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

hoe kan je in python gemakkelijk geneste selecties vereenvoudigen bv testen of een getal in het interval 0-9 ligt

A

if 0 <= getal <= 9:

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

wat doen logische uitdrukkingen bij iteraties

A

ze bepalen of een deel van de code herhaaldelijk uitgevoerd wordt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

welke 2 iteratieopdrachten heb je

A

de while lus

de for lus

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

hoe werkt een iteratieopdracht met de while lus

A

zolang de logische uitdrukking waar is zal dit ingesprongen blok herhaaldelijk uitgevoerd worden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

op welke 3 dingen moet je letten bij de variabelen bij de iteratieopdracht met de while lus

A

de vraag is makkelijker om als variabele te schrijven

maar in de vraag moeten dan alle getal variabelen (bv. onder = 2) omgevormd worden naar str(

en alleen bij print kan je komma’s gebruiken tussen de woorden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

waarvoor gebruik je een for lus

A

als je iets wilt uitvoeren met een range

17
Q

met welke code zorg je ervoor dat een print niet naar de volgende lijn gaat en net wel

A

in de print functie staat het argument end=’ ‘ voor dat er NIET naar een nieuw lijn wordt gesprongen

als je dat wel wilt dan moet je typen ‘\n’ (dat staat standaard ingesteld)

18
Q

welke 3 argumenten heeft de range functie + uitleg

A

range(start, stop, step)

start = standaard 0

stop = getal nooit zelf inbegrepen

step = de stap om naar de volgende waarde te gaan

19
Q

waarvoor staat de getal1 += getal2 gelijk aan

A

getal1 = getal1 + getal2