Hoofdstuk 10: Waarheidstabellen. Flashcards

1
Q

Geef de definitie van een propositie.

A

Een propositie is een uitspraak die ofwel waar, ofwel onwaar is.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Geef het connectief en hoe je het leest van de negatie.

A


niet

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Geef het connectief en hoe je het leest van de conjunctie.

A


en

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Geef het connectief en hoe je het leest van de disjunctie.

A

∨ (= inclusief) & ⊻ (= exclusief)
of

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Geef het connectief en hoe je het leest van de implicatie.

A


als … dan

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Geef het connectief en hoe je het leest van de equivalentie.

A


als en slechts als

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Geef de juiste benaming van dit connectief: ⌝

A

Negatie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Geef de juiste benaming van dit connectief: ∧

A

Conjunctie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Geef de juiste benaming van dit connectief: ∨

A

Disjunctie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Geef de juiste benaming van dit connectief: ⇒

A

Implicatie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Geef de juiste benaming van dit connectief: ⇔

A

Equivalentie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Geef de definitie van een negatie van een propositie.

A

De negatie van een propositie p is een uitspraak die enkel waar is als en slechts als p onwaar is.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Geef de definitie van de conjunctie van twee proposities.

A

De conjunctie van twee proposities p en q is een uitspraak die enkel waar is als en slechts als p en q waar zijn.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Geef de definitie van de disjunctie van twee proposities.

A

De disjunctie van twee proposities p en q is een uitspraak die enkel onwaar is als en slechts als p en q onwaar zijn (= inclusief).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat is de exclusieve disjunctie?

A

Ofwel het ene, ofwel het andere, MAAR NIET ALLEBEI.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Geef de definitie van de implicatie van twee proposities.

A

De implicatie van twee proposities p en q is een uitspraak die enkel onwaar is als en slechts als p waar en q onwaar is.

16
Q

Geef de definitie van de equivalentie van twee proposities.

A

De equivalentie van twee proposities p en q is een uitspraak die enkel waar is als en slechts als p en q waar zijn, of beide onwaar zijn.

17
Q

Geef de definitie van een tautologie.

A

Een tautologie is een samengestelde propositie die altijd waar is.

18
Q

Geef de definitie van een contradictie.

A

Een contradictie is een samengestelde propositie die altijd onwaar is.

19
Q

Geef de naam van de poort en het verband met de propositielogica.

A

Niet-poort
Negatie (⌝ A = U)

20
Q

Geef de naam van de poort en het verband met de propositielogica.

A

Of-poort
Disjunctie, inclusieve OF (A ∨ B = U)

21
Q

Geef de naam van de poort en het verband met de propositielogica.

A

En-poort
Conjunctie (A ∧ B = U)

22
Q

Geef de naam van de poort en het verband met de propositielogica.

A

XOF-poort
Disjunctie, exclusieve OF (A ⊻ B = U)

23
Q

Geef de naam van de poort en het verband met de propositielogica.

A

NOF-poort
Negatie van de disjunctie (⌝ (A v B) = U)

24
Q

Geef de naam van de poort en het verband met de propositielogica.

A

NEN-poort
Negatie van de conjunctie (⌝ (A ∧ B) = U)