holle en bolle zijde van de grafiek van een functie - buigpunten Flashcards

1
Q

in een bol gedeelte van de grafiek zijn de rico’s van de raaklijnen

A

dalend

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

als de rico’s van de raaklijnen dalend zijn

A

daalt de afgeleide functie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

wat gebeurt er met de 2e afgeleide als de afgeleide functie daalt?

A

de 2de afgeleide functie is negatief

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

in een hol gedeelte van de grafiek zijn de rico’s van de raaklijken

A

stijgend

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

als de rico’s van de raaklijnen stijgend zijn

A

betekend dat de afgeleide functie stijgt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

als de afgeleide van een functie stijgt

A

is de tweede afgeleide functie positief

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

de buigpunten zijn waar

A

de 2e afgeleide = 0

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

2e afgeleide als grafiek bol is

A

negatief

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

2e afgeleide als grafiek hol is

A

positief

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly