Hoe woke is uw Nederlands? Flashcards

1
Q

vreemdelingen
kleurlingen
vluchtelingen

A

vluchteling

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Zigeuners
Roma
Nomaden

A

Roma

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

heeft autisme
is autist
is autistisch

A

heeft autisme

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

andersvaliden
mindervaliden
mensen met een handicap
gebrekkigen

A

mensen met een handicap

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

60-plussers
bejaarden
de derde leeftijd

A

60-plussers

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

zelfdoding
zelfmoord
harakiri

A

zelfdoding

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

gebrekkigen
armen
mensen in armoede

A

mensen in armoede

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

kabouters
dwergen
mensen met dwerggroei

A

mensen met dwerggroei

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

De oude naam van een persoon die van gender is veranderd?

A

deadname

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

voornaamwoorden van iemand die non-binair is

A

die-hen / diens-hun

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

illegalen
sans-papiers
mensen zonder papieren

A

mensen zonder papieren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

een man die, in een performance, zich kleedt als vrouw is een …

A

dragqueen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

homofielen
homo’s
gays
janetten

A

homo’s

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Als je een genderidentiteit hebt die overeenkomt met het biologische geslacht dat bij je geboorte is vastgesteld.

A

cisgender

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

vreemdelingen
een migratieachtergrond
allochtonen

A

een migratieachtergrond (hebben)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

kleurlingen
mensen van kleur
zwarten

A

mensen van kleur

17
Q

Als je je niet thuis voelt in de binaire genderidentiteiten (m of v), en je ziet jezelf niet passen in een vast genderhokje

A

genderqueer

18
Q

ontwikkelingslanden
laaginkomenlanden
derdewereldlanden

A

laaginkomenlanden

19
Q

zwarte pieten
roetpieten

A

roetpieten

20
Q

‘In die streek zijn veel … scholen.’

witte
bleke
blanken

A

witte