HOC 4 Flashcards
1
Q
Ethnografie
A
Studie van culturen
2
Q
participerende observatie
A
- Capteren en analyseren van een onderzoeker zijn/haar observatie in een bepaalde setting (groep/cultuur/subcultuur/…)
- Strategie om verschillende soorten gegevens te verzamelen in een bepaalde setting
3
Q
Sleutelfiguren
A
- Belangrijke rol in de groep
- Meer interesse in het onderzoek dan andere leden
- Specifieke relatie met onderzoeker
- Hebben specifieke informatie
4
Q
Veldnotities
A
- Verzameling met observaties
- Hoe meer detail, hoe beter
5
Q
Purposive
A
Situaties/context/setting waar een antwoord op de onderzoeksvraag zal gevonden worden
6
Q
geforceerd einde - door aanwezigen
A
- Ontmaskerd als observaties (rol niet gekend)
- Spanningen door observatie (rol gekend)
- Gevoel van gebruikt te worden (rol gekend)
7
Q
geforceerd einde - onderzoeker
A
- Druk & spanning (rol niet gekend)
- Aversie
- Ethisch handelen als onderzoeker
8
Q
wanneer observeren?
A
- Begrijpen van groepen, culturen
- Brede scope
- Relatief veel middelen ter beschikking
- Juiste eigenschappen onderzoeker