Hft 1: Markets & Organisaties Flashcards

1
Q

Wanneer is er sprake van economisch probleem?

A

Als behoefte niet bevredigd kunnen worden vanwege schaarste aan middelen hiervoor.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Centrale vraag –>

A

Wat is optimale verdeling (optimal allocation) van schaarse middelen? Hoe worden deze efficiënt gebruikt?

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat doet division of labour?

A

Arbeidsdeling –> opsplitsen van samengestelde taken in verschillende onderdelen. Die los van elkaar worden uitgevoerd –> leidt tot specialisatie. (Adam Smith)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Voordelen specialisatie?

A
  • productiviteit stijging
  • stijging behendigheid medewerkers (worden expert taak
  • besparing van tijd (geen taakroulatie)
  • uitvinding machines die arbeid vergemakkelijkt en verkort
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wanneer is limiet van specialisatie bereikt?

A

Als voldoening niet meer opweegt tegen ontevredenheid.

Ontevredenheid door beperkte mogelijkheid om vaardigheden toe te passen –> leidt to verveling en frustratie bij medewerkers

Opl: herstructurering activiteiten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat is Exchange?

A

Uitwisselen van goederen en diensten waarbij gebruiksrecht wordt overgedragen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wanneer vindt een transaction plaats?

A

Wanneer een Exchange plaats vindt.

We spreken dan van een economic transaction.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Hoe is de behoefte voor coördinatie ontstaan?

A

Door specialisatie is er een behoefte aan uitwisselingsnetwerk om goederen en diensten te verdelen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

2 soorten coördinatie?

A

1) coördinatie across markets

2) coördinatie binnen organisaties

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat is coördinatie?

A

Hoe partijen elkaar vinden om transacties uit te voeren / onderlinge afstemming vraag en aanbod.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat is en doet price system?

A

Het coördinerende apparaat dat allocatie (verdeling) verzorgt in markten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Sufficiënt static?

A

Alle informatie die je nodig hebt om transactie te overwegen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Kosten bij gebruik prijsmechanisme?

Markt

A

> zoekkosten (naar product/prijs)
onderhandelingskosten/ contractkosten
monitoringkosten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat is binnen organisatie de

Coördinatiemechanisme?

A

Autoriteit

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wanneer keuze transacties in de markt/organisaties?

A

Transactie keuze zal vallen daar waar de kosten het laagst zijn.

(Hft 8 transactie kosten economie)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Ideal market?

A

Prijs is goed genoeg om individuele beslissing te maken.

Price is sufficiënt static

17
Q

Ideal organization?

A

Vormen van coördinatie van transacties waarbij prijzen niet de informatie is die leidt tot besluitvorming.

18
Q

Invloed van omgeving op Organisaties/markten?

A
  • verzorgt voorwaarden van specifieke organisatie
  • vormt organisaties onder economische, politieke, sociale…druk
  • is de selectie mechanisme die bepaalt welke org. Succesvol is en overleeft.
19
Q

Formele regels?

Informele regels?

A
  • geschreven wetten
  • reglementen
  • normen en waarden
  • verdragen, interne opgelegde gedragsregels

Handhaving regels kan ook formele/informele wijze. Namelijk rechtbank of Inf: sociale sancties, druk.

20
Q

Overheid en de rol in de omgeving van markten en organisaties?

A
  • mensen met weinig resources hebben de overheid als sociaal vangnet
  • reguleert financiële sector
  • treedt op tegen fraude en corruptie
  • promoot technologie
21
Q

Andere actoren en factoren van invloed op economische activiteiten van organisaties en markten?

A

Actoren
• rechtssysteem
• vakbonden
• consumentenorganisaties

Factoren
• tradities
• normen en waarden
• gedragsregels

Zij bepalen welke markten en org. Bestaansrecht hebben en oefenen druk uit op hun functioneren.

22
Q

Waarom zijn er zoveel organisaties ondanks dat markten efficiënt zijn?

A

1) tot voor kort focuste economen zich op hoe de markt coördinatie bereikte tussen Organisaties
2) meeste organisatie theoretici studeerde de coördinatie binnen organisaties.