HC8 | ventilatie-perfusie verhoudingen Flashcards

1
Q

Normaal in rust hoeveel lucht waarmee effectieve ventilatie mogelijk is?

A

350 mL

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Gemiddelde dode ruimte fractie?

A

0.15/0.5 = 0.3

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat als doderuimte fractie toeneemt?

A

meer ademarbeid verrichten om lucht voldoende te verversen

AMV omhoog dmv vergroting ademteug

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat is fysiologische dode ruimte?

A

anatomische dode ruimte + evt. pathologische alveolaire dode ruimte (door bv slechte doorbloeding)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Oorzaak voor alveolaire dode ruimte

A

longembolie: wel ventilatie maar geen perfusie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Ideale ventilatie-perfusie ratio?

A

V/Q = 1

5 L ventilatie en 5 L perfusie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Shunt

A

wel perfusie maar geen ventilatie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Waarom ventilatie onderin de long beter?

A

in long top grotere alveoli dus minder ver uitzetten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Waarom perfusie onderin de long beter?

A

hydrostatische druk

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

V/Q boven en onderin de long

A

boven > 1

onder < 1

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Waarom op rug liggen tijdens beademing ongunstig?

A

perfusie het best bij de rugzijde

ventilatie minste weerstand weg–> buikzijde

oplossen door iemand op buik te leggen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly