HC4 + H7, H8 + H15.4.5 Flashcards
Wat is het strafprocesrecht?
Het strafprocesrecht bepaalt welke regels moeten worden gevolgd wanneer een norm van het materiële strafrecht (vermoedelijk) is overtreden.
Waar is het strafprocesrecht op gericht?
- Vaststellen van strafrechtelijke aansprakelijkheid (is aan de 4 voorwaarden van strafbaarheid voldaan?)
- Opleggen van een strafrechtelijke sanctie
Wat zijn de twee uitgangspunten van het strafprocesrecht?
- Waarheidsvinding: doel van het strafproces is om te achterhalen wat er is gebeurd, of dat wat er is gebeurd een strafbaar feit oplevert en of de verdachte voor dat feit kan worden bestraft.
- Rechtsbescherming: doel van het strafproces is ook om de rechten en vrijheden van de verdachte in het proces van waarheidsvinding te eerbiedingen. Hetzelfde geldt voor de rechten en vrijheden van andere bij het strafproces betrokken personen
Wat volgt er uit arrest Muilkorf?
Dit staat in verband met het legaliteitsbeginsel van art. 1 Sv. Strafvordering heeft alleen plaats op de wijze bij de wet voorzien. Waarheidsvinding moet een wettelijke basis hebben. En wettelijke basis houdt in wet in formele zin. Dat komt uit Muilkorf.
Waarom mag bv. de gemeente geen strafproceswettelijke regels opleggen?
Omdat waarheidsvinding een inbreuk kan maken op rechten en vrijheden van burgers. Zulke inbreuken moeten in de rechtsstaat een wettelijke basis hebben.
Rechtsbescherming is ook een uitgangspunt van strafprocesrecht. Art. 6 EVRM recht op een eerlijk proces is daarbij een belangrijk artikel. Wat zijn de belangrijkste punten uit dit artikel?
- Recht op een eerlijke en openbare behandeling
- Binnen redelijke termijn
- Onafhankelijke en onpartijdig gerecht
- Onschuldig tot het tegendeel is bewezen
- De rechten die de verdachte heeft
Wat zijn de beginselen van behoorlijke procesorde?
Eisen die in de jurisprudentie zijn ontstaan waaraan alle handelingen in het strafproces moet worden voldaan
Wat beginselen zijn er van de behoorlijke procesorde?
- Beginsel van redelijke en billijke belangenafweging
- Beginsel van zuiverheid van oogmerk
- Vertrouwensbeginsel
- Gelijkheidsbeginsel
Wat houdt het beginsel van redelijke en billijke belangenafweging in?
Bij de belangenafweging moet worden voldaan aan de eisen van subsidiariteit en proportionaliteit. Er moet worden onderzocht of er een minder vergaande alternatieve weg voorhanden is, waarmee hetzelfde doel bereikt kan worden. Bestaat er geen lichter alternatief, dan moet de gekozen methode wel in verhouding staat tot het te bereiken doel.
Wat houdt het beginsel van zuiverheid van oogmerk in?
Bevoegdheden zijn gegeven met een bepaald doel. De bevoegdheden mogen dan ook alleen gebruikt worden voor dat bepaalde doel.
Wat is détournement de pouvoir?
Misbruik van bevoegdheid. Zo wordt het genoemd als de bevoegdheid met een ander doel wordt toegepast
Wat houdt het vertrouwensbeginsel in?
Als een vertegenwoordiger van de overheid een toezegging doet aan een burger, dan moet het daardoor opgewekte vertrouwen worden gehonoreerd, bv. zeggen dat er niet vervolgd gaat worden, dan ook niet vervolgen, anders kan het hierop stuk lopen
Wat houdt het gelijkheidsbeginsel in?
Het gelijkheidsbeginsel houdt in dat gelijke gevallen op dezelfde manier behandeld moeten worden
Wat zijn de eisen waarin iemand moet voldoen om een verdachte te zijn?
- Objectiveerbaar: feiten en omstandigheden, redelijk vermoeden
- Concretiseerbaar: enig strafbaar feit
- Individualiseerbaar: degene
Om bepaalde bevoegdheden uit te voeren op een verdachte, zoals fouilleren, moeten ernstige bezwaren zijn. Wat wordt er verstaan onder ernstige bezwaren?
Ernstige bezwaren is een zwaardere graad dan verdenking.
Wat houdt het object van onderzoek in?
De verdachte is het object van onderzoek. Als een persoon als verdachte wordt aangemerkt, kan hij worden onderworpen aan talloze strafvorderlijke bevoegdheden. Hij heeft de uitoefening van die bevoegdheden (mits rechtmatig uitgeoefend) te ondergaan
Wat houdt subject met rechten in? Welke rechten heb je?
Verdachte is subject met rechten. Als verdachte heb je ook allerlei rechten:
- Recht om geïnformeerd te worden over waarvan de verdachte wordt verdacht
- Recht op rechtsbijstand
-Recht op vertolking en vertaling
- Cautie: mededeling dat hij niet tot antwoorden verplicht is
- Recht op kennisneming van de processtukken
Wat houdt nemo tenetur?
De verdachte mag niet worden gedwongen zichzelf te belasten in een strafrechtelijke procedure