HC3: Fysiologie hart Flashcards
hoe wordt de stroomrichting binnen het hart bepaald?
door de vorm en positie van de kleppen.
welke 4 kleppen bevinden zich in het hart?
- mitralisklep (instroom)
- tricuspidalisklep (instroom)
- aortaklep (uitstroom)
- pulmonalisklep (uitstroom)
wanneer trekken de ventrikels samen?
tijdens de systole. ze ontspannen in de diastole.
waaruit bestaat de systole?
isovolumische contractiefase en de ejectiefase
waaruit bestaat de diastole?
isovolumische relaxatiefase en de ventriculaire vullingsfase
wat bepaalt het begin van de isovolumische contractiefase (in de LV)?
sluiten van de mitralisklep
de ventrikels gaan contraheren, de druk wordt hoger dan in de boezem
wat bepaalt het einde van de isovolumische contractiefase (in de LV)?
openen van de aortaklep.
de druk bouwt op totdat die hoger wordt dan in de aorta.
van welke ventrikel is het slagvolume groter?
links = rechts. anders gaat bloed zich ergens ophopen ergens in de circulatie.
wanneer spreken we van het einddiasystolische volume?
aan het begin van de systole
wat is het slagvolume?
wat er tijdens de systole uit wordt gepompt.
SV = EDV - ESV
wat is het hartminuutvolume?
de hoeveelheid bloed die door het hart per minuut wordt gepompt. in rust ongeveer 4-5 liter/min.
HMV (l/min) = SV (liters) x HF (min-1)
bij inspanning gaat de hartfrequentie omhoog. maar wat gebeurt er met de contractiekracht?
gaat ook omhoog.
ECG
wat betekenen de toppen? geef voor elke letter kort aan
P-top: depolarisatie/contractie atria Q-top: initiële depolarisatie hartbasis (scheiding tussen boezems en ventrikels) R-top: depolarisatie ventrikels S-top: depolarisatie boven achterwand LV T-top: repolarisatie ventrikels
wat zijn de 1e en 2e harttoon?
1e harttoon: sluiting AV-kleppen (instroomkleppen)
2e hartoon: sluiting SL-kleppen (uitstroomkleppen)
wat houdt het geleidingssysteem in?
zorgt voor de impulsvorming en -verspreiding, mbv gap-junctions.
hoe verloopt de impulsgeleiding in het hart?
- primaire pacemaker (SA-knoop) creëert een impuls
- plant zich voort via de atria, die contraheren
- komt bij de AV-knoop, de secundaire pacemaker.
- korte vertraging, dan bundel van His (deze splitst zich in bundeltakken)
- linker en rechter bundeltakken
- Purkinjevezels
- depolarisatie ventrikels
wat doet de SA-knoop?
de primaire pacemaker, die zorgt ervoor dat er steeds weer een prikkel wordt gegenereerd (automatie, geen zenuwstelsel nodig)
wat doen funny currents (If/Ih)
die gaan juist openstaan wanneer de cel hyperpolariseert. Na+ stroomt naar binnen en zorgt voor depolarisatie, totdat Ca+ kanalen open gaan en er een actiepotentiaal gevormd kan worden.
wat doet de AV-knoop?
dit is de secundaire pacemaker en heeft net als de SA-knoop pacemakereigenschappen (automatie). de spontane frequentie is lager dan in de SA-knoop. hij vertraagt de impulsgeleiding voor de bundel van His, zodat ventrikels goed kunnen vullen.
wat doen gap junctions?
als er een verschil is in potentiaal tussen 2 cellen, zorgen ze ervoor dat er een stroompje gaat lopen waardoor het verschil in potentiaal kleiner wordt
hoeveel actiepotentialen vuurt een cel tijdens de systole?
maar 1
wat is groter tijdens de plateaufase, de inwaartse of uitwaartse stroom?
ongeveer even groot
wat is de plateaufase?
duurt lang, veel calcium stroomt naar binnen, kalium de cel uit.
wat is calcium-induced calcium release (CICR)?
calcium activeert het vrijkomen van intracellulair calcium uit het endoplasmatisch en sarcoplasmatisch reticulum (skeletspieren)
wat is een RYR2 receptor?
hieraan bindt Ca+ afkomstig van het sarcoplasmatisch reticulum om voor contractie te zorgen (skeletspieren)
van welke bronnen haalt het hart de voor de contractie benodigde Ca+?
plateaufase, extracellulair Ca+, RYR2 receptor en sarcoplasmatisch reticulum. de manier waarom RYR wordt opengezet is anders dan in de skeletspier (CICR)
hoe gaan de RYR openstaan?
Calcium afkomstig van de T tubuli