HC3 conjunctiva Flashcards

1
Q

Waaruit bestaat de conjunctiva?

A
  • epitheel

- stroma

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Waaruit bestaat het epitheel van de conjunctiva?

A

epitheelcellen, slijmbekercellen (globetcellen)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Waaruit bestaat het stroma van de conjunctiva?

A

bindweefsel, bloedvaten, lymfoid weefsel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Benoem de drie functies van de conjunctiva?

A
  • mechanische barriere
  • traan- en slijmklieren
  • afweer: lymfoid weefsel
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat is een trachoom?

A

infectie met chlamydia trachomatis, oudste oogziekte

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Waar komt trachoom het meeste voor?

A

afrika

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Oorzaken trachoom?

A
  • besmettelijk
  • slechte hygiëne
  • herinfectie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Hoe behandel je trachoom?

A

tetracycline oogzalf

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat is xerophtalmie?

A

vitamine A- tekort

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

benoem de 5 tekenen van ontsteking/inflammation.

A
  • heat
  • redness
  • swelling
  • pain
  • loss of function
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat is een ontsteking?

A

algemene, aspecifieke reactie van het lichaam op beschadiging van weefsel.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat gebeurt er als er verwijding is van het bloedvat?

A

toename permeabiliteit

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Waar zijn ontstekingsstoffen bij nodig?

A

afweer

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Waar zorgen ontstekingscellen voor?

A

herstel, restloos of litteken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat is een afweer reactie?

A

reactie op lichaamsvreemd materiaal

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Verschil tussen ontsteking/ infectie?

A
Ontsteking= reactie op beschadiging van weefsel
infectie= ontsteking door micro-organismen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

Wat is een conjunctivitis?

A

ontsteking conjunctiva

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

Symptomen conjunctivitis?

A

tranen, plakkerig, branderig gevoel en jeuk

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

Wat voor afscheiding kan je hebben bij een conjunctivitis?

A
  • waterig
  • muceus
  • mucopurulent
  • purulent
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

Wat zijn de conjunctivale reactie?

A
  • hyperemie
  • follikels
  • papillae
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

verschil follikels en papillae?

A

follikels- gele bobbels

papillae- meer rode blaasjes.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
22
Q

Wat voor klachten heb je bij een bacteriële conjunctivitis?

A
  • branderig gevoel
  • plakkerig
  • tranen
  • purulente afscheiding
  • rood, géén follikels
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
23
Q

Wat zijn bij bacteriële conjunctivitis self-limiting?

A
  • hygienische adviezen
  • contactlenzen uitlaten
  • zonodig ondersteunende therapie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
24
Q

Wat zijn klachten bij een chlamydia conjunctivitis?

A
  • geleidelijk begin aan een oog
  • branderig gevoel
  • plakkerig
  • muco-purulente afscheiding
  • rood/follikels
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
25
Q

Wat is self-limiting bij chlamydia conjunctivitis?

A

duurt maanden

  • SOA, alle seksuele contacten meebehandelen
  • systemische antibiotica
  • hygiensiche adviezen
  • contactlenzen uitlaten
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
26
Q

Wat zijn de klachten bij een adenovirus conjunctivitis?

A
  • begin aan een oog
  • branderig gevoel
  • plakkerig
  • soms heftige visus daling
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
27
Q

Wat voor afscheiding heb je bij een adenovirus conjunctivitis?

A

waterig

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
28
Q

Heb je bij een adenovirus conjunctivitis meer follikels of papillae?

A

follikels

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
29
Q

Wat is self-limiting bij de adenovirus conjunctivitis?

A
  • uitgebreide hygiene (erg besmettelijk)
  • ondersteunende therapie
  • contactlenzen uitlaten
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
30
Q

Uit welke drie groepen bestaat een allergische conjunctivitis?

A
  • acute allergische reactie (vernalis)
  • allergische constitutie (atopische)
  • contactlens geinduceerd
31
Q

Wat kan je krijgen bij een acute allergische reactie?

A

chemosis

32
Q

Klachten acute allergische reactie?

A
  • jeuk (vaak seizoensgebonden)

- air-borne allergenen

33
Q

Hoe kan je een acute allergische reactie verhelpen?

A

anti-allergische oogdruppels

34
Q

Klachten allergische constitutie?

A
  • jeuk!

- vaak door constitutioneel eczeem

35
Q

Wat is AKC?

A

atopic keratoconjunctivitis

36
Q

Hoe kan je een allergische constitutie verhelpen?

A

corticosteroiden oogdruppels en zalf

37
Q

klachten contactlens geinduceerde allergie?

A

irritatie –> verminderd draagcomfort

38
Q

GPC?

A

giant papillary conjunctivitis

39
Q

Hoe kan je een contactlens geinduceerde allergie verhelpen?

A

corticosteroiden oogdruppels en zalf & stoppen contactlenzen

40
Q

Bij een waterige afscheiding wat voor infectie heb je dan?

A

viraal, allergisch

41
Q

Bij een muceus/mucoprulent wat voor infectie heb je dan?

A

chlamydia

42
Q

Bij een purulente bacterie wat voor infectie heb je dan?

A

bacterie

43
Q

Als je papillae hebt wat is dan de conjunctivale reactie?

A

aspecifiek

44
Q

Wat voor virus heb je als je follikels hebt?

A

chlamydia of adenovirus

45
Q

De allergische conjunctivitis is een infectie. waar of nietwaar?

A

géén infectie!

46
Q

Noem 2 degeneraties.

A
  1. pinguecula

2. pterygium

47
Q

Wanneer behandel je een pterygium?

A
  1. veel irritatie

2. bedreiging visuele as

48
Q

Wat is een goedaardige tumor?

A

benigne

49
Q

Wat is een kwaadaardige tumor?

A

maligne

50
Q

Noem kenmerken van een benigne.

A
  • plaatselijke groei

- alleen schade door ruimte-inname (Druk)

51
Q

noem kenmerken van een maligne.

A
  • infiltratieve groei (plaatselijke destructie)

- uitzaaiing

52
Q

Is een naevus kwaadaardig?

A

nee, begint als moedervlak. controleren is belangrijk want kan uitgroeien tot een maligne

53
Q

Wat is een epitheliale melanosis?

A

een benigne vanaf de jeugd, controleren is belangrijk!

54
Q

Wat is een PAM?

A

primary acquired melanosis

55
Q

Uit welke twee typen bestaat een PAM?

A
  • benigne: controleren

- premaligne: behandelen

56
Q

Vanaf welke leeftijd is er een PAM?

A

gemiddeld vanaf 45 jaar.

57
Q

Is een melanoom een benigne of een maligne?

A

maligne

58
Q

Waaruit kan een melanoom ontstaan?

A
  • 75% PAM
  • 20% naevus
  • 5% novo
59
Q

Wat is de overlevingskans na 5 jaar?

A

12%

60
Q

Wat is een caruncula?

A

overgang huid en slijmvlies

61
Q

Wat word er geactiveerd bij een infectie?

A

witte bloedcellen

62
Q

Noem de drie barrieres.

A
  1. mechanisch
  2. traan en slijmklieren
  3. afweer
63
Q

Wat is de meest voorkomende oorzaak van blindheid?

A
  1. trachoom

2. xeropthalmie

64
Q

Wat is mucopurulent?

A

pus achtige vlokken

65
Q

Wat is purulent?

A

pus tussen oogleden

66
Q

Welke jodium mag je wel gebruiken? providonjodium waterbasis of op alcohol basis?

A

providonjoudium op waterbasis

67
Q

Wat is een degeneratie?

A

verandering weefsel

68
Q

Wat is een pinguecula?

A

verdikking conjunctiva, verstoord traanfilm beetje

69
Q

Wat zijn concrementen?

A

kleine verstopte talgkliertjes

70
Q

Wat is een retentiecyste?

A

slijmvliescyste, kan geen kwaad

71
Q

Wat is een dermoid cyste?

A

cyste die ontstaan is bij sluitlijn grensvlak cornea en sclera, het embryonale restje blijft zitten en groeit mee.

72
Q

Wat maakt de huid bruin?

A

melanosoma (en hierdoor krijg je meer melanosomen)

73
Q

Wat is de behandeling voor een melanoom?

A

oog operatief verwijderen