HC09 - Leren en geheugen Flashcards

1
Q

Waarom is het belangrijk om leerprincipes te kennen als dierenarts?

A
  • Gedragsproblemen in de praktijk
  • Begrijpen van de oorzaak helpt voorspellen welke interventies gaan helpen (en welke niet)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat is het verschil tussen klassieke en operante conditionering?

A

Moet het dier iets doen om een beloner/straf te krijgen?
- Nee = klassiek
- Ja = operant

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q
A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q
A

Klassiek

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q
A

Operant

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q
A

Operant

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Hoe werken positieve/negatieve bekrachtiging en bestraffing?

A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Maakt het uit hoe veel beloning er is voor een leer moment?

A

Op een bepaald punt houdt het op en zijn dieren niet meer bereid om meer moeite te doen voor nog meer beloning

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Hoe werkt timing in klassieke conditionering?

A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q
A

Smaakaversie is de uitzondering: dat onthou je altijd

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat is contingentie?

A

‘Contingentie’ is het idee dat iets dat bestaat of gebeurt ook anders had kunnen zijn. Het verwijst naar gebeurtenissen of verschijnselen die niet noodzakelijk zijn, maar afhankelijk van omstandigheden en factoren en daardoor dus ook anders hadden kunnen verlopen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat gebeurt er bij een hoger voorspellende waarde?

A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q
A

Omdat het dier al aangeleerd heeft dat het voedsel oke is, gaat het het voedsel niet compleet vermijden nadat het 1 keer fout gaat, omdat je het al zo vaak hebt gegeten.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat zijn secondaire bekrachtigers?

A

Bijv. een clicker bij honden.
De clicker wordt dan gekoppeld aan een beloning, waardoor uiteindelijk de clicker zelf al een beloning is.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Welke typen vermijdingsconditionering heb je?

A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q
A