HC'S WEEK 1 Flashcards
Wat zijn de 2 stadia bij chondrale verbening?
- Hyalien kraakbeen
- Bot
Wat is een synoviaal gewricht?
Botuiteinden bij elkaar in de vorm van een gewrichtskop en een gewrichtskom
3 soorten gewrichten
- j. Synovialis –> schoudergewricht
- j. Cartilaginea
- j. Fibrosa –> syndesmose tibia en fibula
2 soorten cartilaginea gewrichten?
- primair = groeischijven
- secundair = discus intervertebralis
Wat voor gewrichten bevat de cervicale wervelkolom?
Uncovertebrale gewrichten
- ontstaan door gebruik tijdens vroege ontwikkeling
- verdwijnen als je immobiel wordt
- tussen corpi van de wervellichamen
6 punten nodig om veilig te kunnen opereren?
- voorkomen zenuwschade en de-vascularisatie
- internervous plane = tussen spieren en zenuwen
door, nergens doorheen - voorkomen weefselschade (druk, hitte of tractie)
- minimaal invasief
- kennis anatomie
- kennis anatomische variaties
2 kenmerken van de menisci?
- 1/3e is doorbloed, de rest via osmose/diffusie
vanuit de synovia - fibro-cartilaginair weefsel
Noem 6 soorten gewrichtsbehandelingen?
- arthroscopie
- arthroplastiek: kustgewricht
- resectie-arthroplastiek
- arthrodese = vastzetten gewricht
- arthrolyse = losmaken gewricht
- arthrocentese = gewrichtspunctie
- synovectomie
Noem 8 ossale behandelingen?
- osteotomie = doorsnijden, zagen of bijtelen
- osteosynthese = verbinden, 2 botdelen fixeren
- distractie-osteogenese = verlengen
- inkorten
- resectie
- exochleatie
- bottransplantatie
- nettoyage (bij osteomyelitis)
4 peesbehandelingen?
- hechting
- verlenging
- nettoyage
- vastzetten
4 ligament behandelingen?
- hechting
- reïnsertie
- reconstructie
- shrinking
3 fascie behandelingen?
- fasciotomie
- fasciectomie
- fascieplastiek
3 bursae behandelingen?
- bursectomie
- drainage bursa
- injectie bursa
In welke 3 anatomische vlakken is er beweging mogelijk?
- transversale vlak
- sagittale vlak
- frontale vlak
Welke beweging is mogelijk in het transversale vlak & via welke as is dit mogelijk?
Transversale valk = exorotatie & endorotatie
via longitudinale as (boven naar beneden)
Welke beweging is mogelijk in het sagittale vlak & via welke as is dit mogelijk?
Sagittale vlak = antiflexie en dorsiflexie
via transversale as
Welke beweging is mogelijjk in het frontale vlak & via welke as is dit mogelijk?
Frontale vlak = abductie en adductie
via sagittale as
Uit hoeveel gewrichten bestaat de schouder?
2 gewrichten
- AC-gewricht = articularis acromio-claviculare
- gleno-humorale gewricht
Wat is excentrische contractie?
= kracht zetten tegen de zwaartekracht in
Hoe wordt het kraakbeenkapsel van het schoudergewricht ook wel genoemd?
Labrum glenoïdale
3 grote groepen spieren in en rond de schouder?
- Romp –> schouder(blad)
- Schouder(blad) –> arm
- Romp –> arm
Noem 5 spieren van de schouder die behoren tot de groep ‘romp –> schouder(blad)’
- m. trapezius
- m. serratus anterior
- m. rhomboideus
- m. levator scapulae
- m. pectoralis minor
Noem 5 spieren van de schouder die behoren tot de groep ‘schouder(blad) –> arm’
- m. supraspinatus
- m. infraspinatus
- m. teres minor
- m. deltoideus
- m. subscapularis
Noem 2 spieren van de schouder die behoren tot de groep ‘romp –> arm’
- m. latissimus dorsi
- m. pectoralis major
Welke 3 spieren in de schouder hebben vooral een functie betreft stabiliteit?
- m. supraspinatus
- m. infraspinatus
- m. teres minor
Welke spieren vormen de rotator cuff van de schouder?
- m. supraspinatus
- m. infraspinatus
- m. teres minor
- m. subscapularis
Welke 6 soorten MSK pathologie zijn te vinden met radiologie?
- trauma = fracturen
- artrose = slijtage
- ontsteking/infectie = rauma, septische artritis
- oncologie = bot-wekedelen tumoren
- metabole afwijkingen = osteoporose,
hyperparathyreoïdie - congenitaal = scoliose, deformiteiten
Wat zie je niet bij conventionele röntgen MSK?
- meeste weke delen afwijkingen
- kraakbeen
- pezen/ligamenten
Wat kan je minder goed beoordelen bij CT MSK?
- meeste weke delen afwijkingen
- kraakbeen
- pezen/ligamenten
Wat is de toepassing van dual-energy CT bij MSK?
- detectie van jicht
- metaalartefact reductie
- bepaling beenmergoedeem
Wat zie je wel bij MRI MSK?
- weke delen
- spieren, pezen en ligamenten
- kraakbeen/meniscus
- karakterisatie van (bot)afwijkingen
- wekedelen tumoren
Wat zie je niet goed bij MRI MSK?
- (kleine) verkalkingen
- botfragmenten
Wat zie je wel bij echografie MSK?
- oppervlakkige weke delen
- oppervlakkige spieren, pezen en ligamenten
- gewrichtsvocht
- dynamisch onderzoek
- echogeleide injectie/puncties
Wat kan je minder goed beoordelen bij echografie MSK?
- bot: maar oppervlakkige fractuur soms wel zichtbaar
- lucht
- diepgelegen structuren
2 functies van doorlichting MSK?
- dynamisch onderzoek van gewrichten
- intra-articulaire injectie van medicatie, verdoving, etc.
Wat is het ALARA principe?
= as low as reasonably possible
= zo min mogelijk straling als mogelijk
Wat is extravasatie?
= contrast loopt niet intraveneus maar extravasaal in de weke delen
Risico afhankelijk van hoeveelheid contract
Meestal self-limiting/resorptie
Necrose van spieren en weke delen, etc.
Wat is een ernstige complicatie van gadolinium?
Nefrogene systemische sclerose
- fibrotische veranderingen in huid en inwendige organen
- kan fataal verlopen, geen genezing
- bij voorkeur bij GFR < 30 geen Gd
2 functies MR arthrografie?
- detectie kraakbeenscheur
- detectie labrumscheur
Wat is biomechanica?
De studie van structuur en functie van biologische systemen met methoden uit de kinematica, dynamica, statica en materiaalkunde
5 hoofdfuncties van botten?
- bescherming
- ondersteuning
- beweging
- aanhechting van spieren en banden
- aanmaak bloedcellen
4 andere overige functies van bot?
- schok absorptie
- geluid overdracht
- geluid isolatie
- calcium opslag
2 soorten bot?
- corticaal bot = compact
- spongieus bot = sponsachtig
Samenstelling van bot? (3)
- collageen = flexibiliteit
- kalkzouten
- water
Wat houdt anisotroop in?
= mechanische eigenschappen (sterkte, stijfheid, etc.) zijn richtingsafhankelijk
Anisotropie is het hoogst in longitudinale richting en het laagst in transversale richting
Waar staat de helling van een spanningsrekkromme gelijk aan?
Helling = stijfheid
Waar staat het oppervlakte onder de spanningsrekcurve gelijk aan?
Oppervlakte onder curve = geabsorbeerde energie, oftewel taaiheid
Noem 3 kenmerken van brosse materialen?
- botten, keramiek en beton
- weinig vervorming
- vroeg breekpunt
Noem 2 kenmerken van ductiele materialen?
- aluminium, koper
- veel vervorming
4 elementen die bijdragen aan de stabiliteit van gewrichten?
- gewrichtskapsel
- ligamenten
- pezen/spieren
- vorm van botdelen
3 functies van het gewrichtskapsel?
- houdt botten bij elkaar
- bevat mechanoreceptoren voor propriocepsis
- actief aan eind van een beweging
- beschermt het gewricht tegen abnormale bewegingen
3 functies van ligamenten?
- verbinding tussen botten
- beperken gewrichtsexcursie
- geleiden de beweging
3 functies van pezen/spieren?
- verbinding tussen spier en bot
- doorgeven van kracht
- propriocepsis
- spieren = positie en snelheid
- pezen = kracht
3 typen vezels?
- collagene vezels –> sterkte en stijfheid
= ligamenten, pezen - elastische vezels –> rekbaarheid onder belasting
= wanden van bloedvaten - reticulaire vezels –> volume/vorm
= lever, milt en beenmerg
Door welke 3 factoren wordt gedrag onder belasting van het weefsel bepaald?
- oriëntatie van vezels
- eigenschappen van collagene/elastische vezels
- verhouding collagene/elastische vezels
3 soorten oriëntatie van vezels?
- pees = hoge trek belast in één richting
- ligament = trek belast in (beide) richting
- huid = trek belast in alle richtingen
5 kenmerken van een platgewricht?
- geschikt voor compressie
- ongeschikt voor dwarskrachten of afschuiving
- weinig draaibaar
- geschikt voor grote buigende momenten
= in voet, wervelkolom en SI-gewricht
5 kenmerken van bolgewricht?
- minder geschikt voor buigend moment
- grotere momentarm om dit nadeel te overwinnen
- gewoonlijk zeer draaibaar
- geschikt voor grote dwarskrachten: helft weerstand
tegen afschuiving - mobilisatie door buigend moment
= heupgewricht en schoudergewricht
Wat is een moment?
- een maat voor het rotatie-effect van een kracht
- een kracht op een afstand van een rotatiepunt
Wat is de functie van een vrijlichaamsdiagram?
= grafisch middel om de krachten en momenten op een lichaam te analyseren
Noem 5 groepen orthopedische aandoeningen?
- acuut trauma = bot, kraakbeen, pees, spier, ligament en gewricht
- chronisch trauma = bot, kraakbeen, pees, spier, ligament, gewricht en bursa
- niet-traumatisch = artrose, RA, jicht, spondylitis, ankylopoietica en stapelingsziekten
- botziekten = infecties, tumoren, osteoporose en morbus Paget
- deformiteiten = klompvoet, scoliose, heupdysplasie, achondroplasie en epifysaire dysplasie
Kenmerken artrose van synoviaal gewricht? (5)
- verlies van gewrichtskraakbeen
- ombouw van subchondraal bot
- ontsteking van synoviale membraan (= synovitis)
- gewrichtspijn na belasting
- stijfheid en bewegingsbeperking
DUS verminderde belastbaarheid & pijn
5 niet-operatieve therapieën van artrose?
- informatie
- aanpassing belasting: stok, afvallen, sporten
- medicatie
- brace/steunzolen/schoenaanpassing
- spierversterkende oefentherapie
Wat is gonartrose?
Artrose van het kniegewricht
Wat is valgus?
Een standafwijking van een ledemaat waarbij het distale deel van de mediaanlijn afwijst = X-benen
Tegenovergestelde = varus = O-benen
Welke 2 soorten botvorming bestaan er?
Enchondrale ossificatie
Membraneuze/desmale ossificatie
Wat is enchondrale ossificatie?
Eerst laag kraakbeen neerleggen en deze vervolgens calcificeren
- (lengtegroei) van lange pijpbeenderen
Wat is membraneuze/desmale ossificatie?
Botvorming zonder dat eerst een kraakbeen-mal wordt neergelegd
- platte beenderen in schedel/schouderblad
- breedtegroei van pijpbeenderen
Noem 4 bouwstenen van bot?
- gespecialiseerd bindweefsel
- 3 celtypen: osteoblasten, osteocyten, osteoclasten
- botmatrix
- calcium kristallen
Kenmerken osteoblasten? (3)
- ontstaat door differentiatie mesenchymale
stamcel - zorgt voor productie osteoïd (=
ongemineraliseerde botmatrix) - activiteit sterk wisselend
Kenmerken van osteoïd? (5)
= ongemineraliseerde botmatrix
- 2% botvolume, 20% botoppervlak
- collageen type I
- botvormende proteïnen: osteonectine,
osteocalcine en AF
- mineraliseert na circa 10 dagen
Wat is osteomalacie?
Is een probleem met de mineralisatie van het botweefsel, bijvoorbeeld door een tekort aan calcium of fosfaat
Kenmerken mineralisatie van bot? (5)
- @ mineralisatie front
- apatiet of hydroxyapatiet kristallen
- osteocalcine bindt Ca2+
- AF verhoogt PO4-
- nauw verbonden met collageen I
Ter plaatse van mineralisatie (hydroxy)apatiet ook inbouw van …?
- radionucleotiden (Tc) > nucleaire geneeskunde
- tetracycline > pathologie
- metaal-geïnduceerde osteomalacie
4 kenmerken van osteocyten?
- gematureerde osteoblast
- ingevangen in osteoïd en later in bot
- functie = mechanotransductie
- uitgebreide contacten via canaliculi
4 kenmerken van osteoclasten?
- ontstaan vanuit monocytaire reeks
- resorptie van gemineraliseerd bot
- gelegen in resorptie (Howship) lacunae
- secretie van H+ ionen en collagenase
3 klinische toepassingen van inhibitie RANK signalling bij botvorming mbv denosumab?
- reusceltumor in bot
- osteoporose
- kanker-gerelateerd
Hoe werkt calcitonine?
Remt de botafbraak
- uitgescheiden door schildklier
Wat is bone remodelling en geef 3 kenmerken?
= vervanging/omvorming van bot gedurende het leven
- bone-remodelling unit = BMU
- resorptie (osteoclasten) gekoppeld aan
botformatie (osteoblasten)
- cementlijnen markeren eerdere zondes van
remodelling
Wat is de pathofysiologie van Morbus Paget?
Sterk verhoogde botremodelling
Kenmerken van klinische pathologie bij botweefsel? (6)
- crista biopt/jamshidi biopt
- excochleatie
- excisie/resectie
- vanwege hardheid geen normale bewerking
mogelijk - ontkalking (EDTA, mierenzuur, etc.)
- inbedden plastic zonder ontkalking
- beoordelen calcificatie en cel detail
Soorten kleuringen te doen op botweefsel? (5)
Hematoxyline en eosine = cel morfologie
Goldner = mineralisatie status
Thionine = mineralisatie status
Zure fosfatase = osteoclasten zichtbaar
Tetracycline = mineralisatie snelheid
Hoe worden tumoren in beenderen geclassificeerd?
Op basis van matrix productie
- kraakbeen = enchondroom, chondrosarcoom
- osteoïd = osteoom, osteoblastoom, osteosarcoom
- vezels = niet-ossificerend fibroom, fibrosarcoom
- geen: reusceltumor, Ewing sarcoom
CAVE organisatie matrix, cellulaire atypie, mitosen en necrose
Beschrijf 3 belangrijke punten van de anamnese bij schouderklachten?
I. Pijn (correlatie met anatomie +/-) cuff
II. Functie beperking: verlies ROM (actief) &
krachtverlies
Rekening houdend met leeftijd, activiteiten en ontstaan mechanisme (acuut)
Noem de DD van cuff atrofie? (8)
- m. infraspinatus/supraspinatus letsel
- glenohumorale artrose
- acromio-claviculare afwijkingen
- frozen shoulder
- suprascapulaire neuropathie
- glenohumorale instabiliteit
- CWK pathologie
- non-ortopedisch: cardiaal, pulmonaal
Noem 7 factoren die stabilisatoren zijn van de schouder?
- gewrichtscongruentie
- gewrichtsversie
- glenoïd & labrum
- kapsel ligamentair
- rotator cuff/biceps pees
- negatieve druk
- scapulothoracic beweging/stand
Lichamelijk onderzoek bij schouderluxatie?
- inspectie
- ROM/bewegingspatroon
- kracht
- palpatie
- speciale testen
- apprehension/relocatie/schuiflade test
Aanvullend onderzoek bij schouderluxatie?
- röntgenfoto
- diagnostische injectie
- MRI (gadolinium contrast)
- CT
Indeling van instabiliteit? (2)
TUBS
AMBRI
Wat is TUBS?
= Traumatic Unidirectional Bankart and Surgery
- post-traumatisch
- unidirectioneel meest voorkomend
- m.n. anterieure luxatie > 95%
Wat is AMBRI?
= Atraumatic Multidirectional Bilateral Rehabilitation and Inferior
- geen evidente structurele letsels
Wat zijn 2 mogelijke richtingen van instabiliteit?
- unidirectioneel = meest voorkomend, m.n. anterieur (> 95%)
- multidirectioneel
Wat is de anamnese bij multidirectionele instabiliteit (van de schouder)?
- minder vaak traumatische origine
- minder voorkomend
- van laxiteit naar instabiliteit
Wat is het LO bij multidirectionele instabiliteit (van de schouder)?
- sulcus sign
- schuiflade anterior en posterior
- apprehension
Wat zijn 2 aandoeningen die in de DD staan bij multidirectionele instabiliteit?
- hypermobiliteit
- collageenziekte (Ehlers-Danlos)
Wat is omartrose?
= artrose in het schoudergewricht
Welke zenuw is verantwoordelijk voor adductie van de duim?
Nervus ulnaris
Wat is het verschil tussen een fasciotomie en een fasciectomie?
Fasciotomie = in fascie snijden: compartiment- syndroom, bij gewricht komen
Fasciectomie = fascie verwijderen: fasciitis necroticans
DD spontaan heftige pijn schouder ZONDER trauma? ()
- bursitis subacromialis
- rotator cuff disease
- neuralgische myotrofie = heftige zenuwontsteking
- tendinitis calcarea
- tendinitis rotator cuff
- subacromiaal pijnsyndroom
- bovenste plexus neuritis (als geen aanwijzingen bij
beeldvorming)