HC begrippen Flashcards

1
Q

Inter-persoonlijke afstand

A

Bestaat uit :

  • interne ruimte (45cm)
  • persoonlijke ruimte (1,2m, goede vrienden en familie)
  • sociale ruimte (3,6m)
  • publiekelijke ruimte (7,6m, spreken & optreden)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Non-verbaal gedrag

A
  1. gelaatsuitdrukking
  2. stemgeluid-gebaren
  3. lichaamshouding
  4. lichaamsbeweging
  5. afstand
  6. oogcontact
  7. manier van kijken
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Sociale categorisatie

A

in hokjes plaatsen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Coderen (Darwin)

A

Alle mensen drukken de belangrijkste emoties op dezelfde manier uit

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Decodering (Darwin)

A

Alle mensen kunnen deze emoties even nauwkeurig Interpreteren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat is het probleem met het covariatiemodel

A

veronderstelt ideale omstandige; de mens als wetenschapper/rationeel

Kans op vertekening

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Waarom doen we aan zelfdenkende attributie

A
  • Voor behoud van positief zelfbeeld
  • Positief beeld voor andere
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Halo-effect

A

wat mooi is, is goed.

Positieve eigenschap generaliseren naar andere eigenschappen (die ook positief zijn)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Horn-effect

A

negatieve eigenschappen generaliseren naar andere negatieve eigenschappen

Tegenovergestelde van halo-effect

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Liking

A

goeie verkooptruc (soort smalltalk)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

assimilatie-effect

A

Gelijkenis met prim

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

contrast-effect

A

Verschil met prime

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Oogcontact

A

Onderdeel non-verbaal gedrag

Duur aankijken

(niet) recht aankijken: wantrouwen-respectvol
Niet in elke cultuur respectvol

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Factoren die de eerste indruk beinvloeden

A
  1. ‘Buitenkant informatie’
  2. Toegankelijke informatie
  3. Informatie over non-verbaal gedrag
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Buitenkant informatie

A

Aantrekkelijkheid
halo-effect
horn-effect

gezichtskenmerken

lichaamsbouw
omvang
lente
taile-heupverhouding

ACTIVATIE VAN STEREOTYPEN DIE ONZE WAARNEMING BEINVLOEDEN

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Toegankelijke informatie

A

Priming

Verschillende effecten
assimilatie-effect
contrast-effect

17
Q

Informatie over non-verbaal gedrag

A

Gedrag

Charles Darwin
coderen
decoderen

Grote crossculturele overeenkomsten

interpersoonlijke afstand

oogcontact