HC 3 Flashcards

1
Q

Welk onderscheid is van belang bij Ondernemingsvormen?

A
  • Natuurlijke Personen  IB
  • Samenwerkingsverband:
    Transparant: IB (nat. Pers.) of VPB (rechtspersoon)
    Rechtspersonen: VPB
    Echter: let op schakelbepaling tussen IB en Vpb: art. 8 Vpb
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Welk artikel heeft als Schakelbepaling te gelden tussen de Vpb en de IB?

A

Art. 8 Vpb

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Waar is het Ondernemersbegrip te vinden?

A

Art. 3.4 Wet IB

  • Voor rekening van
  • Verbonden voor verbintenissen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Waar is het Winstbegrip te vinden?

A

Art. 3.8 wet IB
bedrag van gezamenlijke voordelen die onder welke naam en in welke vorm ook, worden verkregen uit een onderneming.

Door art. 8 Vpb (schakelbepaling) ook van belang voor de Vpb.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Noem de 3 belangrijkste faciliteiten van Ondernemerschap

A

FOR (3.2.3), Ondernemersaftrek (3.2.4), MKB- winstvrijstelling (3.2.5)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat is het belang om als Ondernemer te worden aangemerkt?

A

Voor een ondernemer gelden speciale regels:

  • Winstberekeningsregels
  • Vrijstellingen
  • Aftrekbaarheid van Kosten
  • Faciliteiten
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Ondernemersbegrip - “echte” , waar in de wet?

A

Art. 3.2 Wet IB (sheet)
Moet dat niet Art. 3.4 Wet IB zijn?
- voor rekening van
- verbonden voor??

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Quasi- ondernemer; waar in de wet?

A

Ar. 3.3 Wet IB

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wie zijn Quasi Ondernemers in de zin van art. 3.3 Wet IB?

A
  • Medegerechtigden

- Schuldenaars met een winstgerelateerde rentevergoeding

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat genieten Quasi ondernemers? /Welke inkomenscategorie?

A

Winst uit Onderneming (als medegerechtigde)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Winstberekeningsmethodiek ook uitgebreid tot degene die voordelen uit overige werkzaamheden verkrijgt, waar geregeld?

A

Art. 3.90 jo. 3.94 jo. 3.95 IB

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wanneer Ondernemer?

A

Art. 3.4 Wet IB
Dubbel criterium:
1. De onderneming voor eigen rekening drijven
2. Rechtstreeks verbonden voor verplichtingen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wanneer is er een Objectieve Onderneming?

A

zelfstandig (1), duurzaam (2), bedoelde activiteit, gericht op een risicodragende (3) deelname aan het economisch verkeer (4)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat is een Subjectieve onderneming?

A

de rechtsbetrekking van de bp tot de objectieve onderneming

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat is een Objectieve onderneming?

A
  • Organisatie van kapitaal en arbeid
    –zelfstandigheid, duurzaamheid, niet beperkte
    kring van afnemers
  • Deelname aan economisch verkeer
  • Oogmerk winst te behalen: een op zichzelf staand winstdoel
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat zijn de voor het Ondernemerschap belangrijke aspecten?

A

a. Duurzaamheid en omvang vd werkzaamheden
b. grootte van de bruto-baten
c. de winstverwachting
d. het lopen van ondernemersrisico’s
e. de beschikbare tijd
f. de bekendheid die naar buiten aan de activiteit wordt gegeven
g. het aantal opdrachtgevers
h. het spraakgebruik

17
Q

Wanneer heeft bp een Subjectieve onderneming?

A

Art. 3.4 Wet IB:

  • Onderneming moet voor rekening van bp worden gedreven EN
  • Bp is rechtstreeks verbonden voor verbintenissen
18
Q

Vennoten van een VOF ondernemer?

A

Ja indien objectieve onderneming, voldaan aan voor rekening van en verbonden voor criterium; art. 3.4 Wet IB

19
Q

Maten Maatschap ondernemer?

A

Ja indien objectieve onderneming, voldaan aan voor rekening van en verbonden voor criterium; art. 3.4 Wet IB

20
Q

Vennoten CV ondernemer?

A

Beherend vennoot wel (indien objectieve onderneming is); voldaan aan voor rekening van en verbonden voor criterium; art. 3.4 Wet IB

Commanditaire vennoot niet; maar wel Winst uit Onderneming indien objectieve onderneming

21
Q

Ondernemersfaciliteiten VEELAL afhankelijk van een dubbel criterium; welke?

A
  1. Is er een ondernemer?

2. Wordt er voldaan aan het urencriterium?

22
Q

Welke ondernemingsfaciliteiten kennen we?

A

Ondernemersfaciliteiten:

  • Willekeurige afschrijvingen
    art. 3.31 t/m 3.39
  • Investeringsaftrek
    art. 3.40 t/m 3.52a
  • Stakingsfaciliteiten
    art. 3.58 t/m 3.65
  • FOR
    art. 3.67 t/m 3.73
  • Ondernemersaftrek
    art. 3.74 t/m 3.79
    - zelfstandigenaftrek
    - S&O- aftrek
    - Meewerkaftrek
    - Stakingsaftrek
  • MKB-winstvrijstelling (14%)
    art. 3.79a
23
Q

Uit welke 4 categorieën bestaat Ondernemingsaftrek?

A
  • zelfstandigenaftrek
  • S&O- aftrek
  • Meewerkaftrek
  • Stakingsaftrek
24
Q

Het Fiscale winstbegrip - Kwalitatieve en Kwantitatieve aspecten

A

Eventueel aanvullen indien nodig

25
Q

Allocatie vermogensbestanddelen, 3 mogelijkheden vermogensetiktettering, welke?

A
  1. Verplicht ondernemingsvermogen
  2. Verplicht privévermogen
  3. Keuzevermogen
26
Q

Allocatie van voordelen, 3 methoden, welke?

A

Causaliteit
Finaliteit
Milieu