HC 2 deel 1 Flashcards

1
Q

Hydrofoob hormonen:

A
  • Gemaakt van vet

* Gaat door de celwand

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Hydrofiel hormonen:

A
  • Gemaakt van ( eiwit of aminozuur )

* Verbind aan de receptoren op de cel want

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

G-eiwit

A

• Activeert > adenylaatcyclase

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Adenylaatcyclase:

A

• Adenylaatcyclase is een enzym dat adenosinetrifosfaat (ATP) in de cel omzet in cAMP

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Aneurysma:

A

• Uitstulping van een slagader

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Transsfenoïdale chirurgie:

A

• Operatie via de neus holtese:

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Hypofyse:

A
  • Bestaat uit hypofysevoorkwab ( adenohypofyse ) en Neurohypofyse
  • Neuronen in de hypothalamus geven releasing en inhiberende hormonen aan de adenohypofyse > zo wordt hypofysevoorkwab geactiveerd
  • Vanuit adenohypofyse worden activerende hormonen gestuurd naar andere hormon klieren.
  • Hypofyse stopt met het produceren van activatie hormon zodra de hormonklier genoeg hormoon heeft geproduceerd
  • TSH, FSH, LH, ACHT, GH, PRL
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Tumor aan Hypofyse:

A

• Tumor aan hypofyse zorgt er voor dat er veel activatie hormonen geproduceerd word.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Somatomedinen:

A
  • Zorgt voor groei

* Zorgt ook voor dat hypofyse stopt met het produceren van GH. Als er genoeg Somatomedinen in de bloed zit.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Acromegalie:

A

• Aandoening waarbij veel Gh geproduceerd wordt en de kraakbene in het lichaam blijven groeien.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

ACHT»>

A

ACHT > Bijnieren > Cortison

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

TSH»>

A

TSH > Schildklier > T3,T4

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

GH&raquo_space;>

A

GH > Lever > Somatomedinen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

PRL&raquo_space;>

A

PRL > Borst

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Prolactine:

A

• Melk producerende hormoon

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Hypothalamus

A

De hypothalamus regelt het autonome zenuwstelsel, en het endocriene systeem en de temperatuur