Havo2 Begrippen 2.2 2.5 3.2 3.3 Flashcards

1
Q

Concurrent

A

Iemand die het zelfde wil

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Europese expansie

A

Uitbreiding van activiteiten van Europeanen buiten Europa vanaf omstreeks 1500

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Hindoeïsme

A

Oosterse godsdienst van de hindoes

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Indiaan

A

Oorspronkelijke bewoner van Amerika

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Inheems

A

Afkomstig uit het gebied zelf

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Indië

A

Europese naam voor Zuid-oost Azië

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Ontdekkingsreis

A

Zoektocht naar onbekend gebied

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Oost-Indië / De oost

A

Indië, Zuidoost-Azië

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Driehoekshandel

A

Handel tussen Afrika, Amerika en Europa

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Europeanisering

A

Verspreiding van de Europese cultuur buiten Europa

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Kapitaal

A

Groot bedrag aan geld

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Kolonialisme

A

Overheersing van een kolonie om eraan te verdienen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Migratie

A

Verhuizing naar een ander land

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Ministerie

A

Afdeling van het bestuur van een staat

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Plantage

A

Groot landbouwbedrijf waar een gewas wordt verbouwd

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Trans Atlantische slavenhandel

A

Handel in een vervoer van slaven over de Atlantische Oceaan

17
Q

West-Indië / de West

A

Het Caraïbisch gebied en de landen eromheen

18
Q

Beurs

A

Gebouw waar kooplieden handeldrijven

19
Q

Gouden eeuw

A

Lange bloeiperiode

20
Q

Grachtengordel

A

Deel van Amsterdam langs de grachten uit de 17de eeuw

21
Q

Handelskapitalisme

A

Kapitalisme waarbij handelaren de leiding hadden in de economie

22
Q

Kapitalisme

A

Economisch systeem waarin mensen geld in bedrijven steken om winst te maken

23
Q

Oorlogsrecht

A

Regels die gelden tijdens oorlogen

24
Q

Stapelplaats

A

Plaats waar goederen in pakhuizen worden opgeslagen om vandaar te worden verhandeld

25
Q

Volkenrecht

A

Regels die gelden tussen staten

26
Q

Werkgelegenheid

A

Mogelijkheid voor betaald werk

27
Q

Batavia

A

Hoofdkwartier van de VOC op Java

28
Q

Compagnie

A

Handelsbedrijf

29
Q

Factorij

A

Handelspost met kantoren en pakhuizen

30
Q

Gouverneur-generaal

A

Hoogste bestuurder

31
Q

Monopolie

A

Alleenrecht

32
Q

VOC

A

Verenigd Oost-Indische compagnie

33
Q

Wereldeconomie

A

Economisch systeem van wereldwijde handelscontacten

34
Q

Werkgever

A

Iemand die in loondienst is bij een werkgever

35
Q

WIC

A

West-Indische Compagnie