Begrippen 5.1 tm 5.4 Flashcards
Bourgeoisie
Groep van rijke burgers
Industrialisatie
Uitbreiding van de industrie
Industrieel kapitalisme
Kapitalisme waarin ondernemers in de industrie de leiding hebben
Industrie
Productie in fabrieken
Industriële revolutie
Ingrijpende verandering in de productiemethoden, waarbij handarbeid wordt vervangen door machines
Moderne tijd
Vijfde periode (1800-heden)
Industriële samenleving
Samenleving waarin meer dan de helft van de bevolking in steden woont en de meeste mensen werken in industrie en diensten
Sector
Deel van de economie, zoals de landbouw sector, industriesector en dienstensector
Eerste kamer
Deel van de Staten-Generaal
Kabinet (ministerraad)
Gezamenlijke ministers
Liberaal
Iemand die in de politiek streeft naar meer vrijheid
Minister - president
Eerste minister, premier, regeringsleider
Parlementaire democratie
Bestuurssysteem waarin de regering afhankelijk is van het parlement dat met algemeen kiesrecht is gekozen
Provinciale Staten
Volksvertegenwoordiging in de provincie
Parlementair stelsel
Bestuurssysteem waarin het parlement de hoogste macht heeft