H7 - Itemresponstheorie Flashcards
Geef de modellen in volgorde van streng naar zwak (mate van restricties in antwoordgedrag.
Het rasch-model
Birnbaummodel
Mokken model dubbele monotonie
Mokken model monotone homogeniteit
Rasch model
Geen pseudokansniveau, dus functie begint helemaal links onderin
Alleen moeilijkheidsparameter delta
Metingen zijn populatieonsfhankelijk
Populatie onafhankelijkheid
Theta-waarden zijn onafhankelijk van de moeilijkheidsparameter delta van de items in de gebruikte tests
Birnbaum model twee parameters
logistisch model met moeilijkheidsparameter delta en discriminatieparameter a, maar geen pseudokansniveau
Birbaum model drie parameters
Logistische functie met pseudokansniveau, moeilijkheidsparameter delta en discriminatieparameter a
Mokken model dubbele monotonie
Geen logistische functie, mogen elkaar niet kruisen
Mokken model monotone homogeniteit
geen logistische functie, mogen elkaar wel kruisen
Voorwaarden voor itemrespons modellen
monotoon niet-dalend, dus stijgend of constant
de meting van zowel personen als items populatie-onafhankelijk
Rasch-model
de meting van personen populatieonafhankelijk
birnbaummodel en model met drie itemparameters
de ordening van personen populatie-onafhankelijk
monotone homogeniteit
de ordeningen van personen en items zijn populatie-onafhankelijk
dubbele monotonie
equivalering van itemkenmerken, zoals moeilijkheid en discriminerend vermogen
Het afbeelden van gecalibreerde items op een gemeenschappelijke schaal die afkomstig zijn uit verschillende tests die alle hetzelfde psychologische begrip meten
gerealiseerde testinformatiefunctie
ligt net boven de doelinformatiefunctie, zodat je zo nauwkeurig mogelijk iemands niveau kunt meten
Vraagonzuiverheid
Als de test prestaties van personen uit verschillende populaties met elkaar worden vergeleken kan het verschil in betrouwbaarheid of validiteit zorgen voor bevoordeling of benadeling ten opzichte van de ander
Voordelen van item-responstheorie ten opzichte van klassieke testtheorie
Bij klassieke testtheorie zijn T en X afhankelijk van respondent en test en er wordt aangenomen dat de nauwkeurigheid voor iedereen gelijk is.
Voordeel van klassieke testtheorie ten opzichte van item-responstheorie
Het is eenvoudiger
Basisaannames IRT
- unidimensionaliteit
- lokale onafhankelijkheid
- monoticiteit
Hoe zie je welk item de hoogste discriminatieparameter heeft?
Die IRF is het steilst
Hoe zie je welk item het makkelijkste is?
De kans dat het item goed beantwoord is wordt rechts weergegeven, als bij een theta waarde een bepaalde IRF het hoogst ligt is dat item het makkelijkst voor die thetawaarde.
Bij welk model geldt dat Yg is 0.5?
Bij 2PL model
Hoe bereken je de moeilijkheidsparameter van item g? (rasch en 2PL model)
Kijk bij theta waarde van 0.5
Hoe bereken je de moeilijkheidsparameter bij 3PL model
Kijk bij de theta-waarde waar de kans op item goed (1+Yg)/2 is.
Economische utiliteit
houdt je meer geld over als je wel een test uitvoert, vs. niet?
Idee van itemresponstheorie
Wat is de kans dat een
persoon met een bepaalde waarde op een
psychologische trek (bijv. intelligentie,
persoonlijkheid) een item goed beantwoordt of
een positief antwoord geeft?
Wat is lokale onafhankelijkheid
Het antwoord op het ene item wordt niet beïnvloed door het antwoord op het andere item
Wat is unidimensionaliteit?
Alle items in de test meten dezelfde latente trek
Wat is equivalering?
Het afbeelden van gecalibreerde items van verschillende tests die hetzelfde psychologische begrip meten op een gemeenschappelijke schaal
Wat is range restriction?
Alleen personen met een hoge score op de voorspeller worden aangenomen, hierdoor zijn alleen criteriumgegevens Y beschikbaar voor de hoogst scorende kandidaten
Testen heeft weinig nut als?
de base rate heel hoog of laag is
als de selectieratio hoog is