H3 - Indelingen, Onderscheidingen En Begrippen Flashcards
RAKIT
Test voor algemene intelligentie van kinderen van vier tot en met elf jaar.
Welk groot onderscheid wordt er gemaakt in typen testen?
tests voor prestatieniveau en tests voor gedragswijze
Noem de 4 tests voor prestatieniveau
enkelvoudige algemene niveautests
veelvoudige algemene niveautests
speciale niveautests
vorderingentests
Wat is een enkelvoudige algemene niveautest en welke typen zijn er?
Een enkele indicatie van intelligentie.
- individuele ontwikkelingstests: vergelijking van testscore met die van leeftijdgenoten.
- individuele intelligentietest voor volwassenen
- collectieve algemene intelligentietest: groepsgewijs afgenomen intelligentietest
Wat is een veelvoudige algemene niveautest en welke typen zijn er?
Gaat in tegenstelling tot de enkelvoudige algemene niveautest om differentiatie tussen meerdere typen van bijvoorbeeld intelligentie (enkelvoudig geeft slechts één score voor intelligentie)
- testbatterijen voor intelligentiefactoren:
- testbatterijen voor geschiktheden
Wat is speciale niveautest en welke typen zijn er?
Toegespitst op een bepaald deel van de begaafdheid: een intelligentieaspect, een geschiktheid of een vaardigheid.
- tests voor speciale intelligentiefactoren: meet uitsluitend ruimtelijk inzicht of woordkennis, enzovoort
- tests voor speciale geschiktheidsfactoren: geheugentests, tempotests en concentratietests
- tests voor niet-speciale intelligentiefactoren: testen waarvan de meting op een maatschappelijke functie of voor diagnostiek van belang zijn.
Wat is een vorderingentest?
In hoeverre de onderzochte het doel van een opleiding heeft bereikt.
Noem de 4 typen tests voor gedragswijze.
- observatietests: info komt van een onafhankelijke beoordelaar die de onderzochte observeert.
- somatofysiologische methoden: door meten van lichamelijke kenmerken of processen een indicatie proberen te geven van de psychologische kwaliteiten van de onderzochte.
- zelfbeoordelingen: meestal vragenlijsten
- kwalitatieve prestatietests: opdracht waarvan de vervulling een prestatie lijkt, maar er wordt gekeken naar hoe het wordt uitgevoerd, niet naar goed of fout
Noem twee typen observatietest.
individuele en groepsobservatietests (gaat om wie er allemaal wordt onderzocht)
2 typen van somatofysiologische methoden
morfologische methoden: somatische kenmerken zijn indicatie voor persoonlijkheidsfactoren
fysiologische methoden: EEG, bloeddruk,
4 typen zelfbeoordelingen
1 Interessetests: meestal beroepsinteressetests
2 waarde- en attitudetests
3 biografische vragenlijsten: gesystematiseerde, schriftelijk afgenomen anamneses.
4 persoonlijkheidsvragenlijsten
2 typen kwalitatieve prestatietests
niveautests voor gedragswijze
projectietests
test voor transitief redeneren
specifieke test om transitief redeneren te testen
NEO
meet de vijf dominante persoonlijkheidskenmerken (big five)
Wat is een directe test?
Een test waarbij de onderzochte weet wat men wil meten of voorspellen.