H5: Hechtmateriaal Flashcards
Ideaal hechtmateriaal
steriel
goedkoop
minimale weefselreactie
knoopvast
niet carcinogeen
niet allergeen
geen capillaire werking
hanteerbaar
voldoende treksterkte
We kijken naar
Samenstelling
Persistentie
Structuur
Andere factoren
Samenstelling
Natuurlijk of sytnhetisch
resorptie (persistentie)
Resorbeerbaar materiaal: hydrolyse of fagocytose vand e patiënt
Niet resorbeerbaar materiaal: geven een weefselreactie en wordt ingekapseld (moet weg voor dit gebeurt), 3 klasses
1. zijde monofilament sheated
2. katoen gecoat synthetisch
3. staal (mono- en multifilament)
Structuur
Monofilament:
- minder weefselschade
- lagere capillariteit
- minder risico op infectie
- moeilijker hanteerbaar want beter geheugen
- minder knoopvast
Multifilament
- meer schade (zaageffect)
- makkelijker hanteerbaar
- knoopvast
- hogere capillariteit
- hoger infectie risico
indeling hechtdraden resorbeerbaar
multifilament:
- chirurgisch darm
- polyglycolic zuur
- polyglactin
- lactomer
- poly-(L-lactide / glycolide)
Monofilament:
- Polyglytone
- Poliglecaprone
- Glycomer
- Polydioxanone
- Polyglyconaat
indeling hechtdraden niet resorbeerbaar
- zijde
- katoen
- roestvrij staal
- polyamide
- polypropyleen
- polyethyleen
- gepolymeriseerd caprolactam
- polyester
- polybutylester
Juiste draad kiezen:
- Sterkte moet overeenstemmen met de sterkte van weefsel
- Verlies aan sterkte in functie van tijd moet overeenstemmen met helende wonde
- Een hechting is onnodig als die al geheeld is (dus ook makkelijk bereikbaar en verwijderbaar + snelheid wondheling)
- Beïnvloedt de hechting risico op infectie en wondheling?
- Mechanische eigenschappen van de hechting moeten overeenstemmen met deze van het weefsel
- juiste diameter kiezen
knopen aandachtpunten
- draaduiteinden gelijkmatig aanspannen
- draaduiteinde vlak aanspannen
- bij opeenvolgende steken, draaduiteinde in tegenovergestelde richting aantrekken
- spanning op eerste steek bepaald door weefsel
- op 2de en volgende steken wordt bepaald door draadeigenschappen
aantal steken
enkelvoudige: min 3 multifilament, 4 monofilament
Bij doorlopende 1 extra voor start en 2 extra voor het einde
Welke hechting?
- Lengte inscisie
- Diepte
- Vorm van de insicie
- Dikte en de neiging van de lagen om uit elkaar te gaan
- Moet het water of lucht dicht zijn?
- Postoperatieve zwelling? oedeem?
- Diersoort
- Gedrag
- Tijd
chirurgische darm
multifilament (maar hard gepolijst)
zwelt
weinig knoopvast
bewaard in antiseptische opl
catgut
behoud sterkte 7-10 dagen
snel helende weefsels die weinig onder spanning staan
resorptie<70 dagen
sterke weefselreactie (xenotransplantatie achtig)
hoge capillariteit
chroom catgut
met chroomzouten, maken de draad harder en toxisch voor macrofagen (dan blijft de draad langer)
behoud sterkte: 10-14 dagen
resorptie < 90 dagen
polyglycolzuur
gewoven multifilament
insnijden van delicate weefsels (trekt weefsel mee)
resoprtie door hydrolyse met vrijzetting van antibacteriële agentia
behoudt sterkte ongeveer 14 dagen
volledige resorptie in 90 dagen
polyglactine
co polymeer bestaande uit melkzuur en glycolzuur
gewoven syntethisch multifilament
weefselpassage verbetert na bijkomende coating (calciumsteatraat) (dit vermindert ook capillariteit)
sterkte < 21 dagen
resorptie < 56-90 dagen
polygalactine (venyl rapide)
idem polygalactine maar:
verlies sterkte < 10-14 dagen
resoprtie < 42 dagen
gebruikt voor snel helende weefsels
7-10 dagen post implantatie vallen de hechtingen uit
polyglecaprone
mono filament
goed hanteerbaar
50 sterkte weg na 7 dagen en 100 verlies tegen 21 dagen
snel helende weefsels
weinig weefselbeschadiging
weinig weefselreactie
aanwezig tot 90-120 dagen post implantatie
goede steun in geïnfecteerde wonden
vaak voor gastro intestinale hechtingen gebruikt
polydioxanone
monofilament
grote flexibiliteit en weinig weefselschade
krult op
weinig knoopvast
hydrolyse
sterkte tot 60 dagen
resorptie 180
wanneer absorptie en langdurige steun nodig is
weinig weefselreactie en geen capillaire werking
knoopjes komen los
polypropyleen
monofilament
plakt neit in weefsel
weinig weefselreactie en uiterst laag risico op wondinfectie
heel goede knoopvastheid
weinig thombinogeen (veel gebruikt in vasculaire chirurgie)
uitrekbaar (handig in weefsels die kunnen strekken)
gepolymeriseerd caprolactam
supramid: multifilament omgeven door een schede van geproteiniseerd materiaal (wekt ontsteking op!!!)
moeilijk volledig te steriliseren
enkel relatief dik te verkrijgen
goede sterkte en knoopvastheid
best enkel op huid gebruiken
polyester
gewoven multifilament
coating emt teflon of silicone verbeterd weefselpassafe en hanteerbaarheid maar verlaagt knoopvastheid
risico wondinfectie en weefselreactie
NOOIT IN GEINFECTEERDE WONDEN GEBRUIKEN
langdurige ondersteuning
Nylon
mono en multifilament
inert materiaal, weinig weefselsch