H.37 Bodem Flashcards

1
Q

A-horizont

A

De toplaag (A-horizont) bestaat uit een strooisellaag en humus (overblijfselen van dode organismen en
ander organisch materiaal)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

E-horizont

A

2e laag in de bodem. De uitspoel laag. Vaak licht van kleur, bevat vaak veel zand (rest is uitgespoeld naar diepere laag). (E-horizont wordt ook soms nog A2 laag genoemd)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

B-horizont

A

De 3e laag. De inspoelingslaag. Voedselrijk.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

C-horizont

A

Onderste laag met het moedermateriaal. Bestaat voornamelijk uit afgebroken gesteente.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Klei

A

afgezet door water (rivier/zee)
Zeer kleine deeltjes (<0,002)
Houdt zeer goed vocht vast
Zeer voedingsrijk

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Leem

A

afgezet door de wind, rivieren of ijs
Bestaat voornamelijk uit silt
Kleine deeltjes (0,002 – 0,02mm)
In Drenthe vind je keileem, dat is een combinatie van grind en zand (door ijsmassa’s uit Saalien, voorlaatste ijstijd)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Zand

A

afgezet door de wind of ijs
Grote deeltjes (0,02 – 2 mm)
Houdt zeer slecht vocht vast

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Podzolbodem

A

Een grondsoort met een hele opvallende gelaagdheid. Het is een niet vruchtbare bodem soort.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Belangrijkste mineralen in de bodem?

A

Fosfor
Stikstof
Kalium
Zijn belangrijk voor planten, omdat ze essentieel zijn voor de plantengroei door hun rol in de structuur en functie van plantencellen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

De rol van Fosfor in plantencellen.

A

Fosfor (P) is een component van
• DNA en RNA
• ATP!! (geproduceerd in mitochondria door celrespiratie)
• fosfolipiden in het celmembraan

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

De rol van stikstof in plantencellen

A

Stikstof (N) is een component van
• DNA en RNA
• Eiwitten
• Chlorofyl

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

De rol van Kalium in plantencellen

A

Kalium (K) is een cofactor voor enzymen in de hele cel →
speelt een belangrijke rol bij turgor

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

De 6 Nederlandse landschappen

A
  • Vaagbodem (duinlandschap)
  • Podzolbodem (zandlandschap)
  • Lossbodem (heuvellandschap)
  • Veenbodem (veenlandschap)
  • Rivierkleibodem (rivierkleilandschap)
  • Zeekleibodem (zeekleilandschap)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

De lading van bodemdeeltjes

A
  • Bodemdeeltjes zijn (in het algemeen) negatief geladen (dus binden ook niet aan negatief (bijv. NO3-)) –> binden dus niet aan anionen
  • Ze binden wel aan kationen, positief geladen deeltjes (zoals K+, Ca2+).
    ▪ Wortels nemen alleen opgeloste kationen op (in bodemoplossing)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

De toplaag

A

▪ Bestaat uit organische en anorganische componenten
▪ Organisch afval, moleculen maar ook levende kleine dieren (wormen etc.) maken de bodem vruchtbaarder en losser (meer zuurstof)
▪ De humuslaag is de perfecte laag voor wortels (voldoende lucht, water, mineralen, organisch materiaal (later bron voor afbraak) etc.)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Kationuitwisseling

A

kationen (zoals Ca2+, K+) laten los van een bodemdeeltje,
door H+ uit de wortel (of na vormen bicarbonaat
(HCO3-)
Er is altijd concurrentie tussen kationen – wie wordt opgenomen?

17
Q

9 Macronutrienten voor planten

A
  1. Koolstofdioxide
  2. Zuurstof
  3. Water
  4. Stikstof
  5. Kalium
  6. Calcium
  7. Magnesium
  8. Fosfor
  9. Zwavel
18
Q

Mycorrhiza

A

schimmels die in mutualisme samenleven met planten. De plant levert suikers, de schimmel vergroot het oppervlakte voor absorptie en mineralenopname (+ groeihormoon en natuurlijk antibioticum)

19
Q

Rizobacteriën

A

Rizobacteriën leven bij plantenwortels in de rizosfeer.
Soms leven ze tussen plantencellen (endofyt).

20
Q

Rhizobium

A

ook wel de wortelknolletjesbacterie genoemd, vormt
wortelknolletjes (kleine zwellingen in cortex van plantenwortels), waar stikstoffixatie plaatsvindt (onder strikt anaerobe omstandigheden). De plant krijgt ammonium, de bacterie krijgt suikers/organische moleculen (=mutualisme).

21
Q

epifyt

A

Een epifyt groeit op een andere plant en krijgt water en mineralen van de regen (parasiteren niet)