h12 Flashcards
erikson
sociale ontwikkeling gebeurt in 8 psychosociale stadia
bowbly
hechtingstheorie- babys ontwikkelen instinctieve emotionele banden met verzorgers
harlow
aapjesexperiment toonde aan dat comfort en warmte belangrijker zijn dan voeding bij hechting
bronfenbrenner
sociale ecologie benadrukt dat een kind zich ontwikkelt binnen een netwerk van lagen (micro, Meso) die elkaar beïnvloed
autoritair (baumrind)
hoog controle, weinig warmte
gezaghebber (baumrind)
hoog controle, veel warmte
permissief (baumrind)
weinig controle, veel warmte
niet betrokken (baumrind)
weinig controle, weinig warmte
preconventioneel niveau
gedrag wordt gestuurd door beloning en straf
conventioneel niveau
sociale normen en relaties zijn belangrijk
postconventioneel niveau
handelen vanuit ethische principes
socioemotional selectivity theoru
focus op plezier in het nu en bestaande relaties
prosociaal gedrag
vrijwillig gedrag om anderen te helpen
egocentrische empathie
troost voor zichzelfq
inductie
uitlef geven over gevolgen van gedrag
machtuitoefening
straf en beloning
terugtrekken van liefde
afkeyring
veilig gehecht
kind protesteert bij vertrek , zoekt troost bij terugkeer
onzeker verwerend
veel angst en boosheid bij terugkeer
onzeker vermijdend
weinig emotie bij vertrek en terugkeer
ongeorganiseerd
wisselend gedrag zonder duidelijk strategie
moffitt
risicovol gedrag door motivatie om volwassen te lijken
harris
afzetten tegen volwassenheid
young-male syndrome
status en voortplantingssuccessen zorgen voor risicovol gedrag bij mannen
emerging adulthood
jonge volwassenen hebben vrijheid, maar zien zichzelf nog niet volledig als volwassenen