H1: algemene inleiding Flashcards

1
Q

Religare?

A

opnieuw verbinden of herlezen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

verbinding tussen? (3 niveau’s)

A

1) verbinding met zichzelf
2) verbinding met anderen rondom ons
3) verbinding met datgene wat het zintuiglijk waarneembare overstijgt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

focus binnen alle religies?

A

herstel van de verbinding met onszelf door bv bezinning, reflectie, gebed

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

verschil religie en godsdienst?

A

Religie = verwijst niet uitdrukkelijk naar God of naar goden, van alle tijden, van alle mensen over de hele wereld gespreid
Godsdienst = gelooft men dat er iets is of iemand het bestaan verklaart en zin geeft, geordend systeem van uitdrukkelijke verwijzing naar God als dragende kracht van het bestaan

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

waar of niet waar

Alle Godsdiensten zijn religies, maar niet omgekeerd

A

waar

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Hindoeïsme

A

Brahma - veda’s en Bagavad Gita

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Jodendom

A

Jahweh - Toran

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Christendom

A

God - Bijbel Oude/nieuwe testament

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Islam

A

Allah - Koran

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

waar of niet waar

Boeddhisme is meer een godsdienst dan religie

A

niet waar

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

wat zijn grenservaringen?

A

ervaringen waar we stoten op de grens van ons kennen en kunnen, van wat we niet in onze eigen handen hebben
 kan positief zijn: geboorte kind, vriendschap…
 kan negatief zijn: ziekte, echtscheiding, verlies van werk, oorlog…

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

waar start de taal van religie?
wat wordt hiermee bedoeld?

A

bij de grenservaringen –> zoeken taal die uitdrukking geeft aan deze ervaringen
 alle religies bieden taal aan: liederen, gedichten, gebeden, verhalen
 alle religies bieden handelingen aan: rituelen (dagelijks, wekelijks, bijzonderdere gebeurtenissen)
 alle religies bieden bijzondere afgescheiden plaatsen aan, voorwerpen…

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

vertrouwen?

A

‘ik geloof in mezelf en in jou’: belangrijk aangaan verbindingen met jezelf en anderen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

loven?

A

uitspreken van dankbaarheid om het leven en een vertrouwen in het leven

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Lieven of liefhebben

A

je geliefd voelen in dit bestaan, wie zich geliefd voelt zal liefde doorgeven

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

spiritualiteit 2 betekenissen

A

1) geest: verwijs naar innerlijke, geestelijke leven van mensen
2) levensadem: verwijs naar al datgene dat ons zuurstof geeft in het leven, dat ons voedt van binnenuit (leven start met adem en wanneer we onze laatste adem uitblazen stopt het leven)

17
Q

zingeving

relatie religie en grote zingevingsvragen

A

bv waar kom ik vandaag?
zij bieden betekenisvolle samenhang aan, groot zingevingsverhaal waarmee men het eigen, kleine, individuele verhaal kan verbinden

18
Q

wat is levensbeschouwing?

A

impliciete of expliciete overtuigingen, opvattingen en beelden over de mens en de wereld waardoor de alledaagse verschijnselen een betekenis krijgen, daardoor krijgt het leven een structuur en wordt een basis gelegd voor de samenleving

19
Q

link tussen religie en levensbeschouwing

A

Alle religies hebben levensbeschouwelijk verhaal dat tot uitdrukking komt in hun verhalen, symbolen, rituelen…
Hebben een ‘moraal’ een visie op goed en slecht handelen, geven betekenis aan het leven en de door

20
Q

pluralistische samenleving bestaat uit?

A

religieuze, godsdienstige, profane levensbesch

21
Q

wat is profane levensbeschouwing?

A

andere levensvisie die niets met God of goden te maken heeft, wijzen het ontstaan en vergaan van het leven louter toe aan biologische processen

22
Q

atheïsme

A

niet aannemen van het bestaan van god

23
Q

agnosticisme

A

geen god want er is geen wetenschappelijke basis

24
Q

vrijdenker

A

laat zich leiden door zakelijke evidenties en niet door autoriteitsgeloof of traditie

25
Q

vrijzinnig humanisme

A

nadruk op de mens

26
Q

wat is een pluralistische samenleving?

A

systeem waarbij het bestaan van versch overtuigingen naast elkaar als uitgangspunt wordt genomen, uiteenlopende levensvisies en belangen ku en mogen naast elkaar bestaan en krijgen het recht geuit + gehoord te worden

27
Q

7 erkende levensbeschouwingen

A

1) Anglicaanse eredienst
2) Islamtische eredienst
3) Israëlische eredienst
4) Rooms-katholiek eredienst
5) Orthodoxe eredienst
6) Protestante-evangelische eredienst
7) Vrijzinnige levensbeschouwing

28
Q

3 versch houdingen om met pluralisme om te gaan?

A

1) kritisch denken = dialoog voeren: luisterbereidheid en interesse in een ander
2) onverschilligheid = geen visie/geen weerbaarheid
3) dogmatisme = opsluiting in eigen visie en geweld

29
Q

machteld huber

Gezondheid is….

A

gezondheid is het vermogen je aan te passen en jouw eigen regie te voeren in het licht van de fysieke, sociale en emotionele uitdagingen van het leven

30
Q

doel model Matcheld Huber

A

Model om te gaan kijken en te voelen hoe zit het met mij en wat kan ik daar zelf aan doen

31
Q

machteld huber

grote transisite binnen gezondheidzorg, wat bedoelt ze hiermee?

A
  • veel minder klinische zorg: meer zelf doen (zelfmanagment) bv hoe kan ik als ik chronische ziekte heb hier toch mee omgaan, inzetten op coping
  • veel meer in geïntegreerde eerste lijn (bij huisarts)
32
Q

machteld huber

grote transisite binnen gezondheidzorg, wat bedoelt ze hiermee?

A
  • veel minder klinische zorg: meer zelf doen (zelfmanagment) bv hoe kan ik als ik chronische ziekte heb hier toch mee omgaan, inzetten op coping
  • veel meer in geïntegreerde eerste lijn (bij huisarts)
33
Q

machteld huber

Tot welke vaststelling is ze gekomen bij kwantitatief onderzoek?

A
  • Leefstijlveranderingen bij mensen met lage sociale status lukt als ze contact kunnen maken met wat voor hen écht belangrijk is.
  • Overwinnen van een verslaving lukt alleen bij degene die contact kunnen maken met wat voor hen écht belangrijk is.
34
Q

machteld huber

Wat bedoelt ze met motivational interviewing?

A

gesprek voeren over wat de CL echt belangrijk vindt in het leven

35
Q

machteld huber

Welke invloed heeft zingeving volgens haar op gezondheid?

A

Zingeving is de sterkste gezondmakende factor  weten wat voor jou belangrijk is hier zit een enorme bron van kracht om in beweging te komen en grip te krijgen op je leven