H. 2 Oogheelkundige anamnese Flashcards
wat is visusklacht?
klacht van gezichtscherpte. Het is belangerijk voor afwijkingen
perifere gezichtsuitval:
normale visus, afwijkende test van donders
centrale gezichtsuitval:
afwijkende visus, normale test van Donders
paracentrale gezichtsuitval:
normale visus, normale test van Donders, uitval wordt niet op tijd gemerkt.
Floaters/vlekken:
ontstaat door verdichtingen of condensaten in het glasvocht. ze zitten niet op vaste plek.
fotopsieen:
mechanische stimulatie van fotoreceptoren in retina
metamorfopsie:
zien van vervomingen door verstoring aan ordening van fotoreceptoren. rechte lijnen zie je golvend.
micropsie:
kleiner waarnemen van beelden
macropsie:
groter waarnemen van beelden
diplopie(dubbelzien):
Wijst op verworven afwijking van oogstand. Je ziet 2 beelden van 1 voorwerp.
oscillopsie:
aanleiding geven op verworven nystagmus. Onwillekeurige en ritmische bewegingen van het oog zorgen voor waarnemen van bewegende beelden.
dyschromatopsie:
verstoring van kleurenzien.
vaak ziekte van kegeltjes in de macula.
chromatopsie:
wit wordt als geel gezien. Kan komen door medicatie of intoxicatie.
wat is gezichtsscherpte /visus?
vermogen van je oog om twee beelden die dichtbij elkaar zijn van elkaar te onderscheiden en ze afzonderlijk te zien.
Wat wordt gebruikt om gezichtsscherpte te meten?
visuskaarten ( Landolt-ringen of letters Snellen). visus wordt voor elk oog apart gemeten.
hoe bereken je visus?
V= d/D
d= afstand van letterkaart tot patiënt
D= afstand waar normale ogen het zouden moet zien.
Wanneer gebruik je een stenopeische opening?
bij verbetering kan er sprake zijn van?
Bij een refractaire afwijking die voor verminderde visus zorgt.
Bij verbetering kan er sprake zijn van refractaire aandoening of media vertroebeling.
Wat is gezichtsveld?
totale veld die je waarneemt bij gefixeerde blikrichting.
Hoe kan je het gezichtsveld bepalen?
volgens ruitjepatroon van Amsler(centrale gezichtvels) en confrontatiemethode van Donders( perifere gezichtsveld)
functie van ruitjespatroon van Amsler:
veranderingen in fovea aan te tonen bijv oedeem of bloeding.
vertekening van ruitjespatroon
functie van confrontatiemethode volgens Donders:
gezichtsveld van onderzoeker vergelijken met die van de patient. Van onderzoeker moet normaal zijn.
RAPD( relatief-afferente pupildefect):
1= bij alle lichtomstandigheden aniscorie
2= afdekken gezonde oog, pupil verwijding beide ogen
3= licht gezonde oog, pupil vernauwing beide ogen
4= licht gestoorde oog, minder pupil vernauwing beide ogen
directe methode fundoscopie:
lichtbundel in het oog, kaats terug als evenwijdige lichtbundel, scherp beeld op retina
indirecte methode fundoscopie:
evenwijdige stralen opgevangen in verzamellens, en in brandpunt opgevangen als omgekeerd beeld.
referentiewaarden van oogdruk:
tussen 10 en 21 mm Hg
oogdruk kan je meten met:
non-contact tonometer (werkt met luchtstoot tegen cornea)
applanatietonometrie (verdovende oogdruppel nodig)
Wat heb je bij verhoogde oogdruk?
glaucoom( ziekte van vezels die je netvlies verbinden met hersenen)
Wat is keratometrie?
Functie van keratometrie:
meten van kromming van hoornvlies
1= astigmatisme
2= berekenen sterkte kunstlens bij cataract
3= diagnose keratoconus
4= voor hoornvliestransplaat
5= nauwkeurig meten contactlenzen
statisch perimetrie (gezichtveldmeting):
intensiteit van licht wordt langzaam meer tot patiënt het waarneemt.
1 echografie:
2 A-scanechografie:
3 B-scanechografie:
1 zenden van geluidsgolven die weerkaatsen
2 as-lengte van oog bepalen
3 bekijken van tumoren, glasvochtbloedingen(na te gaan voor netvliesloslating)
Fluorescentieangiografie(FAG):
bloedvoorziening van netvlies en vaatvlies zichtbaar te maken
waarmee kan je kleurenzien meten?
24 platen volgens Ishihara
Welke soorten kleurenblindheid is er?
protanomalie: gestoorde roodperceptie
protanopie: roodblindheid
deuteranomalie: gestoorde groenperceptie
deuteranopie: groenblindheid
tritanopie: blauwblindheid
Elektroretinografie (ERG):
registratie van elektrische activiteit van retina bij belichting van oog.
Elektro-oculografie (EOG):
geeft info over functioneren van pigementepitheel van staafjes van retina
Visual evoked potentials ( VEP):
registratie van licht in oog en aankomst bij corticale centra. De tijd die hiervoor nodig is zegt iets over de functie van n. opticus
Donkeradaptatietest:
test bij klachten over nachtblindheid of slecht zien in donker
Welke technieken worden hedendaags veel gebruik in diagnostiek van retina en n. opticus?
1= Heidelberg retina tomography (HRT)
2= optical coherence tomography (OCT)
3= nerve fiber analyser (GDx)