Gevolgen mutaties op de eiwitsynthese Flashcards

You may prefer our related Brainscape-certified flashcards:
1
Q

Wat is een stille mutatie?

A

Een mutatie waarbij er geen verandering in het gevormde eiwit komt. (4.24)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat is een missense mutatie?

A

Een mutatie waarbij er een verandering in het gevormde eiwit komt. (4.25)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat is een nonsense mutatie?

A

Een mutatie waarbij er een verandering in het codon komt en het nieuwe codon zich vertaalt in een stopcodon.
Er is dan geen verandering in het gevormde eiwit, maar het eiwit is korter (en vaak niet meer werkend). (4.26)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat is een verliest mutatie?

A

Een mutatie waarbij er een eigenschap of kenmerk verloren gaat of verslechtert.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat is een winst mutatie?

A

Een mutatie waarbij er een eigenschap of kenmerk verbeterd wordt.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat is een somatische mutatie?

A

Dat zijn mutaties in niet-gelsachtscellen.
Ze worden niet doorgegeven naar aan het nageslacht (nakomeling).
Vb. Kanker.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat is een germinale mutatie?

A

Dat zijn mutaties in alle lichaamscellen, ook in geslachtscellen.
Ze worden door doorgegeven aan het nageslacht = erfelijk.
Vb. Bipolair (erfelijke ziektes)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly