Fysiologie Respiratoir - ANKI Flashcards
Bron: Dr Podcast primary FRCA
Wat is de closing capacity?
Hoe groot is de closing capacity in gezonde volwassenen?
Het longvolume waarbij de luchtwegen sluiten; de som van het reserve volume en het closing volume.
In gezonde volwassene kleiner dan FRC dus luchtwegen sluiten niet bij normale ademhaling.
Bij wie is de closing capacity gelijk aan de FRC?
Neonaten
Zuigelingen
De liggende patient van 40 jaar
De staande patient van 65 jaar
Wanneer stijgt de closing capacity?
Roken
Ouder worden
Verhoogde intra-thoracale druk
Wat gebeurt er als de closing capacity groter is dan de FRC?
sluiten van luchtwegen en airtrapping
Beschrijf het respiratoire centrum in de hersenstam:
welke groepen? en hun functie?
dorsal respiratory group (DRG): inspiratie ventral respiratory group (VRG, largely dormant): expiratie apneustic centre (lower pons): onduidelijke functie pneumotaxic centre (upper pons): onduidelijke functie
Waar ligt het ademhalingscentrum?
Het medullaire centrum ligt in de reticulaire formatie onder de vloer van het vierde ventrikel, deels in pons, deels in medulla oblongata.
Waardoor wordt het ademhalingscentrum van input voorzien?
- Chemoreceptors: perifeer en centraal
- Rekreceptoren in bronchiale gladde spiercellen in de longen
- Irritantia receptoren tussen epitheelcellen in de luchtwegen
- J- of juxtacapillaire receptoren
- Receptoren in neus en bovenste luchtwegen (mechanische en chemische stimuli)
- Gewricht en spierreceptoren stimuleren resp. centrum bij beweging
- Arteriele baroreceptoren: minder ventilatie bij verhoogde bloeddruk
- Pijn- en Temp receptoren
- Cortex en hogere centra: vrijwillige aansturing
- ## Limbisch systeem en hypothalamus bij hevige emoties
Waar zitten centrale chemoreceptoren?
Waar reageren ze op?
Hoe groot is de impact op respiratie?
- Ventrale oppervlak van de medulla
- Reageren op H+ ionen in ECF: Bij minder ventilatie stijgt PaCO2, dit passeert de BBB (H+ en HCO3- kunnen BBB niet passeren) en H+ionen komen vrij die de ECF in diffunderen.
- 80% van de respons op CO2, wel trager dan perifeer
Wat is normaal gesproken de pH van ECF?
7,32
Waar zitten perifere chemoreceptoren?
Waar reageren ze op?
Hoe groot is de impact op respiratie?
- In de glomus caroticum en aortaboog
- gl. caroticum: gestegen PaCO2 en lage pH; lage pO2
aortaboog: gestegen PaCO2 (niet lage pH); lage pO2 - 20%, maar wel het snelst
Wat gebeurt er bij rek in de long? Hoe heet deze reflex?
- Rekreceptoren in bronchiaal glad spierweefsel rekken op en zenden een signaal via de N. Vagus waardoor ademfrequentie daalt en expiratietijd stijgt.
- Hering-Breuer reflex
Wat gebeurt er bij stimulatie van irritatie receptoren?
Hyperventilatie en bronchoconstrictie
Wat zijn J-receptoren en wat doen ze?
- Juxtacapillaire receptoren: niet-gemyeliniseerde C-vezels in alveoli
- reageren op circulatie veranderingen en zorgen voor snelle oppervlakkige ademhaling of apnoe
Wat is de normale intrapleurale druk in de verschillende longvelden?
Wat gebeurt bij normale en wat bij geforceerde ademhaling?
- negatief: aan apex -10cm H2O, aan basis -2,5cm H2O
- normaal 3-4cm H2O meer negatief bij inspiratie, terug naar normaal bij expiratie
- meer daling bij geforceerde inspiratie of verhoogde luchtwegweerstand, stijging tot zelfs positief bij geforceerde expiratie
Wat is de compliantie in een normale long?
200ml/cmH2O (zowel van de long als van de thoraxwand bij FRC)
Waardoor wordt respiratoire compliantie beïnvloed?
1 long compliantie
- oprekbaarheid van longbindweefsel (bij hoge transmurale druk daalt compliantie door grote rek)
- oppervlakte spanning in de alveoli
2 thoraxwand compliantie
Wat is transpulmonale druk?
Wat is alveolaire druk?
Hoe kun je beide benaderen?
Transpulmonale druk: longen expanderen door drukverschil over het oppervlak, dit is het verschil tussen alveolaire druk en intra-pleurale druk. Alveolaire druk is ongeveer gelijk aan atmosferische druk bij rustige ademhaling, dus transpulmonale druk is dus ongeveer gelijk aan intra-pleurale druk.
Wat is de formule voor respiratoire compliantie?
1/totale respiratoire compliantie =
1/long compliantie + 1/thoraxwand compliantie
Benoem de longvolumina en -capaciteiten
Teugvolume - 500ml Inspiratoir reserve volume - 2500 ml Expiratoir reserve volume - 1500 ml Vitale capaciteit - TV + IRV + ERV Reserve volume - 1500ml FRC - RV + ERV Totale long capaciteit - 6L
Wat is hysteresis?
De meting verandert niet alleen met de grootte van de waarde, maar ook de richting van de waarde (stijgend of dalend).
Voorbeeld: Druk-volume (compliance) curve van de long.
Teken of beschrijf de druk-volume curve van de long.
Waar is de compliantie groter, bij expiratie of inspiratie?
Compliance bij expiratie is groter want groter volume verschil per drukverschil.
Omschrijf of teken de work of breathing curve.
Hoe verandert deze bij restrictie? En bij obstructie?
- Bij restrictie wordt de curve langgerekt, waarbij C naar rechts schuift op dezelfde hoogte, want groter drukverschil voor gelijk volume verschil.
- Bij obstructie wordt het oppervlak van de curve groter terwijl A en C gelijk blijven. Met name het expiratie oppervlak wordt groter.
Waardoor wordt compliantie beïnvloed?
Fysiologisch:
- Houding
- Leeftijd (daalt bij heel jong en heel oud)
- Zwangerschap
Pathologisch:
- Longfibrose (daalt)
- ARDS en oedeem (daalt)
- Atelectase (daalt)
- Verhoogde intrapulmonale veneuze druk (daalt)
- Longemfyseem (stijgt)
Waardoor wordt collaps van alveoli voorkomen? Productie? Samenstelling? Werking?
- Surfactant geproduceerd door pneumocyten type 2
- Mengsel van fosfolipiden: mn DPPC (hydrofiele en hydrofobe zijde)
- Verlagen oppervlaktespanning door tussen de watermoleculen in te liggen en de hydrogen-bonds te doorbreken. De surfactant moleculen stoten elkaar ook af wat een extra effect is bij kleiner worden van de alveoli.