frans Flashcards

1
Q

het plattenland

A

la campagne

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

de waterval

A

la cascade

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

de heuvel

A

la colline

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

de ksut

A

la côte

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

de woestijn

A

le désert

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

de duin

A

la dune

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

de vijver

A

l’étang

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

de stroom

A

le fleuve

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

het eiland

A

lïle

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

het meer

A

le lac

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

de zee

A

la mer

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

de berg

A

la montagne

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

de rivier

A

la rivière

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

de rots

A

le rocher

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

het pad

A

le sentier

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

de bergtop

A

le sommet

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

de vulkaan

A

le volcan

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

de jeugdherberg

A

l’auberge de jeunesse

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

de autosnelweg

A

l’autoroute

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

de weg

A

le chemin

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

de ster

A

l’étoile

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
22
Q

de excursie

A

l’excursion

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
23
Q

de diesnt voor toerisme

A

l’office de tourisme

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
24
Q

de wandeling

A

la promenade

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
25
trektocht
une randonnéé
26
naar het buitenland
à l'étranger
27
de buitenwijken
la banlieue
28
de gemeente
la commune
29
het stadshuis
l'hôtel de ville
30
het gemeentehuis
la mairie
31
de regio
la région
32
de stad
la ville
33
het aperitief
l'apéritif l'apéro
34
het stokbrood
la baguette
35
het dunne brood
la ficellle
36
de provencaalse kruiden
les herbes de Provence
37
de olijfolie
l'huile d'olive
38
de rijst
le riz
39
de leuze
la devise
40
de blauw-wit-rode vlag
le drapeau blue blanc rouge
41
de franse driekleur
le drapeau tricolore
42
de staat
l'état
43
de nationale feestdag
la fête nationale
44
de regering
le gouvernement
45
het volkslied
l'hymne national
46
vrijheid,gelijkheid,broederschap
liberté, égalité,fraternité
47
vertegenwoordiger republiek
Marianne
48
het franse volkslied
la Marseillaise
49
de president(e)
le président la présidente
50
de koningin
la reine
51
de republiek
la république
52
de revolutie
la révolution
53
de koning
le roi
54
het koninkrijk
le royaume
55
het teken
le signe
56
het symbool
le symbole
57
de baai
la baie
58
de klif
la falaise
59
de rotskloof
les gorges du Verdon
60
de Mont Blanc
le Mont Blanc
61
het uitzicht
le point de vue
62
de rots
la roche
63
de bron
la source
64
de vallei, de dal
la valléé
65
de vulkaan
le volcan
66
de camping
le camping
67
de gastenkamer
la chambre d'hôtes
68
de landelijke vakantiewoning
le gîte
69
de michelingids
le guide Michelin
70
het Zuiden van Frankrijk
le Midi
71
het verkeersbord
le panneau
72
de tol
le péage
73
de departementale weg
la RD la route départementale
74
de nationale weg
la route nationale , la RN
75
de hoofdstad
la capitale
76
het departement
le département
77
het overzeese departement
le D.O.M département d'outre-mer
78
de zeshoek
l'hexagone
79
de bouillabaise
la bouillabaisse
80
de schotel op basis van zuurkool
la choucroute
81
de schaaldieren
les crustacés
82
de slakken
les escargots
83
het streekproduct
le produit du terroir
84
de ratatouille
la ratatouille
85
de tartiflette
la tartiflette
86
het feest
la fête
87
feesten
fêter
88
regeren
gouverne
89
de vrijheid
la liberté
90
bevrijden
libérer
91
vriij
libre
92
de gelijkheid
l'égalité
93
gelijk
égale
94
het broederschap
le fraternité
95
een broer
un frère
96
het teken
le signe
97
ondertekenen
signer
98
de handtekening
la signature
99
kamperen
camper
100
wandelen
se promener
101
de burgermeester
le maire
102
de kleur
la couleur
103
de koninging , de koning
la reine, le roi
104
koninklijk
royal
105
een trekker
un randonneur
106
een vreemde
un étanger
107
buitenlands
étanger
108
de koek
le biscuit
109
de aansteker
le briquet
110
de rugzak
le sac à dos
111
de gsm
le portable
112
het zakmes
le canif
113
de vervangkledij
les vêtements de rechange
114
het toillet papier
le papier toilette
115
de bic
le bic
116
het schriftje
le carnet
117
de opblaasbare matras
le matelas gonflable
118
de slaapzak
le sac de couchage
119
de ehbo-àkit
la trousse de secours
120
de zonnencréme
la crème solaire
121
de drinkbus
la gourde
122
de tent
la tente
123
het kompas
la boussole
124
de zaklamp
la lampe torche
125
de wandelkaart
la carte de randonnée
126
het touw
la corde
127
de toiletzak
la trousse de toilette
128
het avontuur
l'aventure
129
de uitdaging
le défi
130
de etappe
l'étape
131
het obstakel
l'obstacle
132
de moeilijkheid
la difficulté
133
de brug
le pont
134
het vlot
le radeau
135
de mug
le moustique
136
het everzwijn
le sanglier
137
de wegwijzer
le panneau
138
het tuinhuis
la cabane de jardin
139
de spin
l'araignée
140
het struigewas
les broussailles
141
rot
pourri
142
nat
mouillé(e)
143
gebroken
cassé(e)
144
oversteken
traverser
145
in het water vallen
laisser tomber à l'eau
146
lopen ,rennen
courir
147
aanvallen
attaquer
148
in de tent slapen
dormir sous a tente