formeel strafrecht week 1 Flashcards
folterverbod
- art. 3 EVRM
1.) Folteren
2.) Onmenselijke behandeling (houdt ook dreigen met folteren in)
3.) Vernederende behandeling
> EHRM Gafgen II
Cautie (stappenplan)
- ) art. 29 lid 2 Sv
- ) strekking = het behoeden van de verdachte tegen ongewilde medewerking aan zijn eigen veroordeling
- ) - verdachte : aangehouden of art. 27 lid 1 Sv.
- verhoor: Alle vragen aan een door een opsporingsambtenaar 1.) als verdachte aangemerkte persoon betreffende diens 2.) betrokkenheid bij een geconstateerd strafbaar feit > HR nalatige inspecteur r.o. 5
- ) toepassen
- ) conclusie
> HR nalatige inspecteur
HR Plastic boodschappentasje
HR Spontane bekentenis II
pressieverbod
- art. 29 lid 1 Sv. jo. art. 3 EVRM ongeoorloofde pressie: a. geweld of bedreiging b. intimidatie c. beloften, giften en gunsten d. misleiding en bedrog e. misbruik van de verhoorsituatie of gezag f. ongeoorloofde zedelijke druk
recht op privacy
- art. 8 EVRM gerechtvaardigde inbreuk indien: 1. Voorzien bij wet 2. Legitiem doel 3. Noodzakelijk in een democratische samenleving
recht op rechtsbijstand
- (art. 6 lid 3 sub c jo. art. 27 c SV e.v.)
1. ) verdachte heeft recht op rechtsbijstand: - consultatiebijstand > voorafgaand aan het verhoor (art. 28 c Sv.)
- verhoorbijstand > tijdens verhoor (art. 28 d Sv.)
2. ) Recht op rechtsbijstand moet worden medegedeeld voorafgaand aan het verhoor (art. 27 c lid 2)
3. ) - inbreuk op c. bijstand kan leiden tot bewijsuitsluiting van alle verklaring tijdens het verhoor verkregen, want i.s.m. art. 6 EVRM - inbreuk op v.bijstand kan ook leiden tot bewijsuitsluiting mits verdachte een beroep heeft gedaan op verhoorbijstand. (HR. Salduz anno 2009)
Nemo tenetur- beginsel (stappenplan)
1.) Wat is het nemo tenetur- beginsel?
- art. 6 EVRM
- men is niet verplicht om aan zijn eigen veroordeling mee te werken
2.) Waar bestaat de dwang om mee te werken aan de eigen veroordeling uit?
- foltering : automatisch schending art. 3 EVRM en 6 EVRM
- onmenselijke of vernederende behandeling: Jalloh criteria
3.) Jalloh criteria:
1. de aard en de hoeveelheid dwang dat is gebruikt om het bewijs te vergaren
2. Proceduele waarborgen
3. Het gebruik dat van de verklaring of van het gevonden materiaal is gemaakt.
> bewijs van doorslaggevende betekenis of steunbewijs?
4.) Hiermee ook schending van art. 6 EVRM? > HR Gafgen II
5.) Conclusie