FMH Flashcards

werkbelasting, modellen, coping, graded activity

1
Q

Wat hoort tot lichamelijke belasting?

A
Tillen & dragen
Duwen & trekken
Repeterende handelingen
Blootstaan aan trillingen
Houding
Meerdere vormen lichamelijke belasting tegelijk
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat zijn factoren die kans op overbelasting vergroten?

A

Combi tussen statische werkhouding + dynamische bewegingen:

  • Helpdeskmedewerker
  • Schilder
  • Musicus (piano/viool)
  • Lopendebandwerk
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Hoeveel kg mag je maximaal tillen/dragen?

A

23kg

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Hoe kan je het aantal kg verlagen bij tillen/dragen?

A
Afstand tot lichaam
Hoogte
Afstand oppak- + wegzethoogte
Draaiing romp
Kwaliteit handvat
Frequentie tillen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Hoevel kg mag een vrouw duwen/trekken?

A

35 kg

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Hoeveel kg mag een man duwen/trekken

A

50kg

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Waar is het duwen & trekken afhankelijk van?

A

Duw/trek hoogte

1 of 2 handen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Waar is de totale belasting van afhankelijk?

A
Frequentie
Tijdsduur
Houding
Snelheid
Ondergrond
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat is het doel van NIOSH?

A

Berekenen veilig tilgewicht

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat zegt score <1 van NIOSH?

A

Goed tilgewicht

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat zegt score >1 van NIOSH?

A

Ongunstig tilgewicht met op den duur schade

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat zegt score >2 van NIOSH?

A

Erg ongunstig tilgewicht, meteen actie ondernemen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat zijn de uitkomsten KIM (tillen & dragen + Duwen/trekken)

A
<10 = lage belasting
10-25 = hogere belasting
25-50 = Sterk hogere belasting
>50 = zwaar belasting
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat is het doel van de REBA?

A

Scoren in hoeverre de totale lichaamshouding van een persoon gunstig of ongunstig is en of de persoon zo kan blijven staan of niet

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat zijn de uitkomsten bij REBA?

A
1-3= laag risico
4-7 = middelmatig risico
8-10 = hoog risico
11-12 = Heel hoog risico --> activiteit STOPPEN
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat zijn de 4 A’s?

A

Arbeidsinhoud
Arbeidsomstandigheden
Arbeidsvoorwaarde
Arbeidsverhoudingen

17
Q

Graded activity is een fysiek oefenprogramma uitgaande van …. benadering

A

Gedrag georienteerde

18
Q

Graded activity is een gestructureerde behandeling gericht op ….1… & stapsgewijze toename van …2.. + snellere terugkeer naar …3…

A

1) tijdcontigent
2) activiteiten
3) werk

19
Q

Uit hoeveel oefeningen bestaat de baseline bij graded activity?

A

6-9 tal oefeningen die aansluiten aan PSK

20
Q

De maximale prestatievermogen wordt per hoeveel oefeningen gemeten en gedurend hoeveel bijeenkomsten bij graded activity?

A
  • 3 x gemeten

- 1 per bijeenkomst –> 3 bijeenkomsten

21
Q

Maximale prestatievermogen wordt gemeten op basis van?

A

Pijncontigentie

22
Q

Wat houdt Jacobson in?

A

Ontspanningsoefeningen

23
Q

Jacobson stelt dat alle …1… samengaan met ….2.. . Wanneer de …3… afnemen, zou dus ook de ..4… afnemen

A

1) gedachten
2) spieractiviteit
3) Mentale processen
4) spierspanning

24
Q

Wat is sturend voor gedrag volgens het common sense model of selfregulation of health and Illness?

A

Cognitieve percepties en emotionele percepties

25
Q

Ziektepercepties worden beschreven in 5 domeinen en bevat antwoorden op de vragen (common sense model of selfregulation of health and illness)

A
  • Wat heb ik? –> symptomen
  • Hoe lang gaat het duren? –> Tijdlijn
  • Wat zijn de consequenties? –> Gevolgen
  • Hoe kan ik het onder controle krijgen? –> Controle
  • Wat is de oorzaak? –> Oorzaak

Antwoorden bepalen mede fysieke gedrag v/d PT, wat het herstel beovrderd/belemmerd

26
Q

Model of compliance gaat over

A

Therapietrouw

27
Q

Therapietrouw heeft verschillende definities, welke?

A
  • Adherence
  • Compliance
  • Concordence
  • Persistence
28
Q

Wat houdt Adherence in?

A

Mate waarin gedrag Pt overeenkomt met de aanbevelingen v/d voorschrijver die met PT zijn afgesproken

29
Q

Wat houdt Compliance in?

A

Mate waarin PT de aanbevelingen van voorschrijver opvolgt. Zorgverlener vertelt PT wat hij zou moeten doen

30
Q

Wat houdt concordence in?

A

Bereiken van overeenstemming tussen PT & FT over behandeling

31
Q

Wat houdt persistence in?

A

Mate van continuiteit van gebruik geneesmiddel