Flashcards aan de hand van tt vragen

1
Q

Meldingplicht binnen welk termijn?
(leren)

A

Groep A1 en A2: Deze ziekten moeten direct gemeld worden, omdat ze een groot risico vormen voor de volksgezondheid en snelle maatregelen vereisen.
Groep B1: Deze ziekten moeten binnen 24 uur gemeld worden
Groep B2 en C: Deze ziekten moeten binnen één werkdag gemeld worden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Geef aan of de stelling over Planetary Health is juist/niet juist
(bekijken)

A

Het wereldwijd overstappen naar een plantaardig dieet staat in de top vijf van meest effectieve maatregelen om klimaatverandering tegen te
gaan. Deze maatregel vormt een win/win voor klimaat én gezondheid. juist
Het IPCC stelt dat we inmiddels het klimaatkantelpunt van 1,5 graad hebben bereikt, maar we kunnen met ambitieus beleid en het uitfaseren
van fossiele brandstoffen het tij nog keren. Zo kunnen we gezondheidsschade door klimaatverandering voorkomen. niet juist
In Nederland bemerken we nog geen last van de gezondheidsgevolgen van klimaatverandering, omdat we de middelen en infrastructuur
hebben om ons daartegen te weren. niet juist

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q
  1. Noem drie verschillende gezondheidsgevolgen van luchtvervuiling. (1p)
  2. Leg voor één van deze gevolgen uit waarom dit vaker voorkomt/verergert door luchtvervuiling en benoem een
    bevolkingsgroep die hier bijzonder kwetsbaar voor is. (2p)
    (bekijken)
A
  1. gevolgen: 1 punt voor noemen van 3 gezondheidsgevolgen (bv. hart- en vaatziekten, hypertensie, astma- en luchtwegklachten,
    longziekten, zwangerschapsuitkomsten, diabetes)
  2. uitleg: 1 punt voor correcte uitleg van 1 gezondheidsgevolg.
    Bijvoorbeeld:
    Slechte luchtkwaliteit kan leiden tot verergering van luchtwegklachten door irritatie van de luchtwegen en ontstekingsreacties
    Fijnstof kan ook in de bloedbaan terecht komen, waardoor het verschillende gevolgen kan hebben:
    Luchtvervuiling leidt tot beïnvloeding zwangerschapsuitkomsten zoals een laag geboorte gewicht, of vroeggeboorte
    Luchtvervuiling veroorzaakt schade in het hart-en-vaatstelsel door atherosclerose
    kwetsbare groep: 1 punt voor correcte kwetsbare groep (bv. ouderen, kinderen, chronisch zieken, zwangeren, armere mensen/mensen
    van kleur)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

PIF formule
(leren)

A

(Prevalentie oud-prevalentie nieuw in fracties)(RR-1)
gedeeld door
(Prevalentie oud
(RR-1))+1

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Het beredeneerd gedrag model
Waargenomen gedragscontrole
(leren)

A

Denk je dat je in staat bent om gedrag x uit
te voeren, ook onder moeilijke omstandigheden, zoals geen tijd, geen zin, geen beschikbaarheid van middelen

Omgeving beinvloed dit ook

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Het beredeneerd gedrag model
Ervaren subjectieve norm
(leren)

A

Vinden anderen die belangrijk zijn voor jou
(bv. partner, vrienden, ouders, kinderen) dat jij gedrag x moet uitvoeren?
Wat doen anderen zelf?

Omgeving beinvloed dit ook

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Het beredeneerd gedrag model
Attitude
(leren)

A

Mening en afweging: wat is?
voor- en nadelen
Goed – slecht
Gezond- ongezond
Belangrijk – onbelangrijk
Lekker – niet lekker

Omgeving beinvloed dit ook

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Het beredeneerd gedrag model
Intentie
(leren)

A

Combinatie van
1. Attitude
2. Ervaren subjectieve norm
3. Waargenomen gedragscontrole

Leidt tot gedrag met invloed van omgeving (fysieke, sociaal cultureel, financiele, commerciele omgeving)
Ongezond eten goedkoop,
Ongezond eten verkoopt meer
Sociaal veranderen dingen (normaal om te bestellen op de middelbare school)
Zijn er parken in de buurt?

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Maak bijgaande zin kloppend door de juiste alternatieven te kiezen.
(gewoon lezen bby)

A

Een populatiebenadering om diabetes te voorkomen probeert in te grijpen op de determinanten van populatie incidentie van diabetes,
bijvoorbeeld door de beschikbaarheid van ongezond voedsel te beperken .
Een dergelijke populatiebenadering biedt vaak weinig voordeel voor ieder individu en is vooral effectief als een groot aantal mensen is
blootgesteld aan een klein risico

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Begrippen Primaire/secundaire/tertiare preventie
(leren)

A

Primaire Preventie: Het voorkomen van een ziekte of aandoening bij individuen die een hoger risico hebben op die ziekte of aandoening (stoppen met roken, vaccineren, leefstijl advies)

Secundaire: Opsporen en behandelen van een ziekte of aandoening die aanwezig is maar zich in een stadium bevindt waarin er nog geen sprake is van klachten of symptomen; presymptomatisch/ preklinisch

Tertiare: Voorkomen dat ziekte tot complicaties leidt of verergert

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Begrippen Ziektepreventie, gezondheidsbevordering, Gezondheidsbescherming
(leren)

A

Ziektepreventie: Programma’s gericht op het voorkomen van specifieke (infectie)ziekten
(vb: vaccinatieprogramma DKTP)

Gezondheidsbescherming: Aanpak van omgeving van de mens om kans op blootstelling aan risicofactoren te verkleinen
(vb: rookverbod, riolering, rotonde)

Gezondheidsbevordering: Het bevorderen van gezond gedrag
(vb: lesprogramma op scholen, voorlichtingscampagne, gezonde kantine)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Begrippen universele, selectieve, geindiceerd, zorggerelateerde preventie
(leren)

A

Universele preventie: Algemene bevolking: bevordert en beschermt actief de gezondheid van de bevolking

Selectieve preventie: Bevolkingsgroepen met verhoogd risico: voorkomen dat personen met verhoogd risico voor een bepaalde aandoening daadwerkelijk ziek worden

Geïndiceerde preventie: Individuen met beginnende
klachten: voorkomen van verergering tot een aandoening

Zorggerelateerde preventie: Individuen met ziekte: voorkomen van complicaties en beperkingen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Geef per bevinding uit deze inventarisatie aan tot welke type omgeving en welk niveau van het ANGELO raamwerk deze
bevinding hoort. (4p)
(begrijpen)

A
  1. Sportvelden in wijken vaak slecht onderhouden fysieke omgeving – micro niveau
  2. Scholen verdienen bij door verkoop van snacks en frisdranken economische omgeving – micro niveau
  3. Reclame code commissie ontbreekt; veel advertenties in kranten en op tv voor fastfood politieke omgeving – macro niveau
  4. Ouders zijn niet gewend gezonde tussendoortjes mee te geven, te trakteren sociaal-cultureel omgeving – micro niveau
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

In het college ‘de eeuw van de sigaret’ is besproken dat, rondom 1900, de Europese staten de gezondheid van burgers als
verantwoordelijkheid begonnen te zien.
Wat wordt hier mee bedoeld?
(lezen)

A

A Dat overheden zich zorgen maakten om de nationale “volkskracht” die ervoor moest zorgen dat landen voldoende militaire
slagkracht hadden;
B Dat er nationale gezondheidsorganisaties opkwamen die ervoor zorgden dat de schaal van de gezondheidszorg toenam;
D Dat overheden er zich voor inspanden dat iedere burger toegang kreeg tot gezondheidszorg.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat was volgens historicus Allan Brandt dé doorslaggevende factor bij de uiteindelijke neergang van ‘de sigaret’ in de Verenigde Staten?
(leren)

A

Onder invloed van sociaal-culturele veranderingen had het roken van sigaretten in de jaren ’80 een negatief imago gekregen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Criteria van Wilson&junger
(leren)

A
  1. Screening moet gericht zijn op een belangrijk gezondheidsprobleem (prevalentie en/of ernst
    van de ziekte)
  2. De voordelen van de screening moeten opwegen tegen de nadelen voor de deelnemers:
    VROEGE OPSPORING moet zinvol zijn voor behandeling of andere zinvolle handelingsopties (zoals reproductieve keuzes)
  3. De screeningsmethode, de test, moet betrouwbaar en valide zijn
  4. De deelnemers moeten een geïnformeerde en vrijwillige keuze maken of zij mee willen doen
    aan een bevolkingsonderzoek alsmede aan vervolgonderzoek; dit betekent ook informatie
    over eventuele ‘nevenbevindingen’ zodat deelnemers gebruik kunnen maken van hun recht op niet-weten.
  5. Het screeningsprogramma moet voldoen aan doelmatigheid, kosteneffectiviteit en
    rechtvaardigheid (gelijke toegang, en zorgvuldige inzet schaarse middelen)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

Je bent huisarts en je krijgt een patiënt op jouw spreekuur die vragen heeft over de HPV-screening. De vrouw is 35 jaar, ongehuwd, vertelt
dat ze veel uit gaat en met wisselende partners seks heeft. Ze vraagt aan jou of je haar adviseert om mee te doen met de HPV-screening. (lezen)

A

overweging 2: de HPV-test is sensitiever dan de oude test bij de baarmoederhalskankerscreening echter geen 100%; dat
betekent dat ik mijn patiënt moet uitleggen dat de testuitslag misschien negatief is maar dat dit haar niet helemaal kan
geruststellen
overweging 3: ik moet mijn patiënt uitleggen dat zij, gezien haar leefstijl, grote kans heeft dat uit de HPV-test komt dat zij HPV
heeft, maar dat deze testuitslag op zichzelf geen reden is voor ongerustheid.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

Door personeelstekort besluit een gemeente om in het eerste halfjaar van 2024 een pilot uit te voeren met een Digitaal Vraagwijzerloket.
In dit halfjaar kunnen burgers zaken alleen via dit Digitaal Vraagwijzerloket regelen, waaronder ook Wmo aanvragen. Pas nadat de digitale
Wmo aanvraag in behandeling is genomen, kan de burger, indien nodig, met afspraak fysiek langskomen.
Noem vier groepen burgers die gevaar lopen een noodzakelijke Wmo voorziening mis te lopen door deze digitale aanpak van
de gemeente
(lezen)

A
  1. mensen met taalbarrière
  2. digibeten / personen zonder pc/smart telefoon/internet verbinding
  3. verstandelijk beperkten / mensen met een beperking
  4. ouderen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

Welke taken vallen onder de Jeugdgezondheidszorg? (lezen)

A

E Signaleren van problematiek in de thuissituatie van een kind
F Netwerk tussen huisarts, school, peuterspeelzaal en ziekenhuis
C Het monitoren van de ontwikkeling van een kind
A Het uitvoeren van het Rijksvaccinatieprogramma

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

Welke stellingen over risicoselectie zijn juist?

A

Risicoselectie vormt een bedreiging voor de risicosolidariteit.
Risicoselectie vormt een bedreiging voor de kwaliteit van zorg.
Risicoselectie vormt een bedreiging voor de doelmatigheid van zorg.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

De Zorgverzekeringswet is gebaseerd op het model van ‘gereguleerde concurrentie’. In theorie kan dit model bijdragen aan de
toegankelijkheid, betaalbaarheid en doelmatigheid van zorg. Echter, om dit model in de praktijk goed te laten functioneren moet aan een
aantal voorwaarden zijn voldaan. Eén van die voorwaarden is ‘beschikbaarheid van transparante informatie over de kwaliteit van zorg’.
Leg uit waarom deze voorwaarde belangrijk is om het model van gereguleerde concurrentie goed te laten functioneren.
(begrijpen)

A
  1. Transparante informatie over de kwaliteit van zorg is noodzakelijk voor verzekeraars bij het inkopen van zorg (1 punt). Zonder
    transparante kwaliteitsinformatie kunnen verzekeraars geen goede prijs-kwaliteitafweging maken, met als risico dat verzekeraars zich
    uitsluitend laten leiden door de prijs van zorg zonder te kijken naar de kwaliteit van zorg. Op termijn kan dit leiden tot een verschraling van
    de kwaliteit van zorg. (1 punt)
  2. Transparante informatie over de kwaliteit van zorg is noodzakelijk voor consumenten bij het kiezen van hun zorgverzekering (1 punt).
    Zonder transparante kwaliteitsinformatie kunnen consumenten geen goede prijs-kwaliteitafweging maken, met als risico dat zij uitsluitend
    kijken naar de prijs en niet naar de kwaliteit van zorgpolissen. Dit kan ertoe leiden dat verzekeraars concurreren op prijs maar niet op
    kwaliteit. Op termijn kan dit leiden tot een verschraling van de kwaliteit van zorgverzekeringen en zorg. (1 punt)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
22
Q

Je bent masterstudent geneeskunde en voor je masteronderzoek verricht je onderzoek namens Dokters van de Wereld naar het al dan niet
weigeren van zorg aan ongedocumenteerde vreemdelingen in Nederland.
In je eindrapport bespreek je verschillende casussen waaronder deze:
Een medewerker van de Crediteurenadministratie van een ziekenhuis belt met de Helpdesk van het CAK. Het ziekenhuis heeft geen contract
met het CAK. De medewerker wil toch nagaan of het ziekenhuis de gemaakte zorgkosten kan declareren van de spoedeisende hulp welke is
verleend aan een 35-jarige man zonder verblijfsververgunning. De man kan vanwege zijn verblijfstatus geen zorgverzekering afsluiten
(onverzekerde vreemdeling) en kan de gemaakte zorgkosten niet betalen. Er is ook niemand die dat voor hem kan doen.
Wat is de correcte informatie die door de helpdesk van het CAK wordt doorgegeven aan de crediteurenadministratie van het
ziekenhuis? (2p)
(lezen)

A
  1. Niet-gecontracteerde ziekenhuizen kunnen spoedeisende hulp declareren. (1p)
  2. CAK vergoedt 80% van de oninbare vordering. (1p)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
23
Q

In welke wet is vastgelegd dat ongedocumenteerde vreemdelingen geen Nederlandse zorgverzekering kunnen afsluiten? (lezen)

A

A koppelingswet

24
Q

Welke vorm van toegankelijkheid van zorg speelt in Nederland een rol bij het gebruik van geneesmiddelen?
(snappen)

A

C Financiële toegankelijkheid en tijdige toegankelijkheid

25
In maart 2023 besloot de minister van VWS om het geneesmiddel Trodelvy niet toe te laten tot het basispakket van de zorgverzekering. Dit betreft een geneesmiddel voor een bepaald type borstkanker, triple-negatieve borstkanker. Het middel kan worden ingezet nadat patiënten minstens twee eerdere lijnen van behandeling met geneesmiddelen hebben gehad en deze geen effect meer hebben. Patiënten die in dit stadium behandeld worden, worden niet meer beter. Door een behandeling met Trodelvy leven patiënten gemiddeld nog 6 maanden langer in een gezondheidstoestand, die in onderzoek is gewaardeerd als de helft van een optimale gezondheidstoestand. In Nederland zouden er naar verwachting per jaar 150 patiënten behandeld worden met Trodelvy. Het middel kost gemiddeld € 70.000 per patiënt. 1. Wat zou de budget impact zijn geweest , indien dit geneesmiddel was toegelaten tot het basispakket? (2p) 2. Wat is de incrementele kosteneffectiviteitsratio bij gebruik van dit geneesmiddel? (2p)
1. 150 patiënten x 70.000 extra kosten= 10,5 miljoen euro (2p) 2. 70,000/ (0,5x0,5) gewonnen QALY= 70.000/0.25 QALY = 280.000 euro per QALY (2p)
26
Welke uitgaven hebben het kleinste aandeel in de zorgkosten volgens de begroting van het Ministerie van VWS?
Begrotingsgefinancierde uitgaven via belastinginkomsten
27
Welk conceptueel model wordt gebruikt in de ICF om het functioneren in kaart te brengen?
het biopsychosociale model
28
Je bent coassistent en je loopt stage Sociale Geneeskunde bij één van de sociale wijkteams in Rotterdam. Tijdens een werkoverleg wordt de volgende casus besproken om de benodigde zorg en ondersteuning te inventariseren: Een 71-jarige vrouw, alleenwonend, onderging 14 dagen geleden een operatie voor plaatsing van een totale heupprothese. Het postoperatieve herstel tijdens de revalidatiefase verloopt zonder complicaties. Na het ontslag uit het revalidatiecentrum krijgt zij verder fysiotherapie aan huis. Hiervoor nam de fysiotherapeut een anamnesegesprek af bij de patiënte: om aan de hand van het ICF model te inventariseren welke zorg/ondersteuning deze vrouw nodig heeft. Uit anamnesegesprek met de patiënte registreert de fysiotherapeut het volgende: Mevrouw woont op de eerste verdieping in een seniorenflatgebouw met lift. Heeft twee dochters, maar wonen niet in de buurt. Het komen van zit tot stand en omgekeerd kost veel moeite en is niet veilig vanwege de beperkte belastbaarheid van het rechterbeen (weinig spierkracht); dit geldt ook voor het gaan liggen of uit bed stappen. Stijfheid en pijn in gewricht hinderlijk bij aankleden. Duidelijke problemen bij het steunen op het aangedane been (gewricht nog niet beweeglijk) en bij het behouden van het evenwicht tijdens het draaien. Lopen doet zeer en gaat moeizaam. Ze durft daardoor niet naar buiten. Zeer gemotiveerd voor de therapie aangezien ze graag zo snel mogelijk haar vrijwilligerswerk in de bibliotheek wil oppakken evenals werken in haar volkstuintje. Noem twee ‘activity limitations’ en twee ‘external factors’ die blijken uit dit anamnesegesprek.
Activity limitations: 1 punt per juiste antwoord; max 2p bij meer dan twee antwoorden, worden alleen de eerste genoemd antwoorden beoordeeld. - moeite met lopen - problemen met het komen van zit tot staand ('opstaan') - problemen met in en uit bed komen/raken - moeite met aankleden External factors: 1 punt per juiste antwoord; max 2p bij meer dan twee antwoorden, worden alleen de eerste genoemd antwoorden beoordeeld. - alleenstaand (thuis woonsituatie) - woont op eerste verdieping - geen familie in de buurt
29
Je bent coassistent bij een thuiszorgorganisatie en mag meelopen met een regionale werkgroep. Deze werkgroep wil een levensgroot bordspel met grote dobbelsteen ontwikkelen voor ouderen en hun mantelzorgers met als thema gezond ouder worden. Bij dit spel wordt onder andere ingegaan op verbetermaatregelen die patiënten en hun verzorgers kunnen nemen in het kader van gezonde voeding en verantwoord medicatiegebruik. Alvorens het spel ontwikkeld kan worden, worden eerst de verbetermaatregelen in kaart gebracht met een onderzoek op een Safety II-manier. Je wilt dit gaan onderzoeken middels de patient journey methode. 1. Leg in één zin uit wat deze methode inhoudt. (1p) 2. Leg in max. 3 zinnen uit waarom dit een goede methode is om verbetermaatregelen in kaart te brengen. (2p) 3. Noem vier professionals die minimaal in de werkgroep zouden moeten zitten en per werkgroeplid in één zin de reden dat je deze professional wilt betrekken.
1. Uitleg (1p) Patient journey: het ‘volgen’ (fysiek zelf of met een camera gedragen door een patiënt) van een patiënt om zo informatie over werkprocessen te verzamelen 2. Uitleg (2p): Op die manier goed het zorgproces in kaart te brengen en de dagelijkse gang van zaken of huidige (deel)proces voor patiënt te evalueren 3. Team (2p+2p) Minimaal benoemen: - specialist ouderengeneeskunde/ geriater/verpleeghuisarts/huisarts - diëtist/fysiotherapeut/sportinstructeur/andere leefstijlgerelateerde professional - apothekerBij 3 genoemd 2p, bij 2 genoemd 1p, bij 1 genoemd 0p. Per geschikte reden: 0,5p. De genoemde teamleden moeten betrokken zijn bij het zorgproces rondom gezond ouder worden in brede zin van het woord. De reden moet wel betrekking hebben op veilig ouder worden en/of Safety II. Bijv. een secretaresse die mantelzorgers de belangrijkste verbetermaatregelen uit het spel na afloop toestuurt per e-mail is ook goed. Professionals (max. 2 pt) apart beoordelen van de reden waarom in team
30
In het debat over VBHC (Value based healthcare) wordt veel aandacht besteed aan metingen, zoals patiënt-reported metingen PREM's en PROM's. Leg het verschil uit tussen een PREM en een PROM en geef van elk een voorbeeld.
PROM's (Patient Reported Outcome Measures): max 2p 1 punt: PRO's richten zich op de gezondheidstoestand van de patiënt en de impact van een gezondheidstoestand. (1p) 1 punt: Correct voorbeeld: pijnschaal. (1p) PREM's (Patient-reported experience measures): max 2p 1 punt: PRE's richten zich op de percepties van de patiënt en de tevredenheid over de zorg die ze ontvangen. (1p) 1 punt: Correct voorbeeld: vriendelijkheid van het personeel en algemene tevredenheid met de ontvangen zorg. (1p)
31
Welke organisatie of instelling in Nederland houdt toezicht op zorgaanbieders en zorgverzekeraars op de zorgmarkten?
Nederlandse Zorgautoriteit
32
Mevrouw A (59 jaar, regisseur) komt bij haar cardioloog i.v.m. een ernstige aortaklepstenose. Ze is al sinds haar jeugd bekend met een bicuspide aortaklep, heeft geen co-morbiditeiten, en speelt golf. Mevrouw wordt binnenkort geopereerd en komt op de pre-operatieve poli om de keuze voor een hartklepprothese te bespreken. In deze leeftijdsgroep zijn zowel een bioprothese als een mechanoprothese een optie. De cardioloog vindt dat een mechanoprothese de beste optie is voor mevrouw A. Waarom moet de cardioloog toch de optie van bioprothese bespreken en de behandelvoorkeur van mevrouw A uitvragen? (4p)
1. Behandelvoorkeuren lopen uiteen tussen patiënten 2. Behandelvoorkeuren van patiënten verschillen regelmatig van de voorkeuren van artsen 3. Behandelvoorkeuren van patiënten zijn niet goed te voorspellen op basis van patiënt kenmerken
33
Wat is proactieve zorg?
D Zorg waarbij geanticipeerd wordt op problemen, symptomen of complicaties die zich gegeven de aandoening of het risicoprofiel voor zouden kunnen doen in de (nabije) toekomst
34
Transmurale zorg
Transmurale samenwerking in de zorg verwijst naar de samenwerking tussen verschillende zorgverleners en instellingen om een naadloze en geïntegreerde zorg te bieden aan patiënten. Dit type samenwerking is vooral belangrijk bij de overgang van zorg tussen verschillende settings, zoals van het ziekenhuis naar thuiszorg.
35
De behandeling van hiv is effectief. Zelfs in de meest arme landen in Afrika, waar de prevalentie van hiv het hoogst is, hebben met behulp van internationaal donor geld vele miljoenen mensen toegang tot hiv behandeling. Hierdoor leven deze mensen nu langer, en hebben een levensverwachting die steeds meer overeenkomt met mensen zonder hiv. Bijvoorbeeld in eSwatini, een klein landje in zuidelijk Afrika, merkt men dat de hiv epidemie aan het “vergrijzen” is; mensen met hiv worden steeds ouder. Dit brengt nieuwe uitdagingen met zich mee, want de mensen met hiv die in specifieke hiv klinieken worden behandeld, krijgen steeds meer te maken met co-mobiliteiten zoals diabetes of harten vaatziekten. De overheid besluit om voortaan naast hiv zorg, ook zorg voor andere ziekten zoals diabetes en hart- en vaatziekten te gaan aanbieden bij de hiv klinieken, voor zowel mensen met als zonder hiv. 1. Benoem twee argumenten vóór dit besluit. (2p) 2. Benoem twee argumenten tégen dit besluit.
Argumenten voor: max 2p 1. Meer gelijkheid in toegang tot zorg, ongeacht de aandoening 2. Alle zorg op één plek is patiëntvriendelijker 3. Door middelen in te zetten voor meerdere aandoeningen optimaliseer je de efficiëntie van het gezondheidszorgsysteem als geheel Argumenten tegen: max 2p 1. De goede zorg voor HIV zal waarschijnlijk lijden onder de integratie, omdat de zorg minder gespecialiseerd wordt 2. De efficiëntie van de hiv zorg zal waarschijnlijk minder worden, omdat de zorg minder gespecialiseerd wordt 3. Er is een risico op lange rijen en wachtlijsten, omdat er veel meer zorgtaken worden geconcerteerd in de klinieken. 4. Relatief onaantrekkelijk voor donorlanden, omdat er een minder duidelijk meetbaar effect is van donorgeld
36
Hoe worden de doodsoorzaken genoemd die hebben bijgedragen aan het overlijden van een persoon, zoals ziekten of aandoeningen die ten tijde van het overlijden aanwezig waren maar niet de belangrijkste oorzaak waren?
de secundaire doodsoorzaak
37
Hoe kan, uitgaande van de huidige inrichting van de arbozorg, in 2040 blijken in hoeverre die ambitie gehaald is?
Het analyseren van de doodsoorzakenstatistiek van het CBS. E Controle op naleving van de Arbowet door de Arbeidsinspectie.
38
Stellingen planetary health
1. De Nederlandse zorgsector stoot meer uit dan Schiphol, namelijk 7% van de Nederlandse CO2-voetafdruk. juist 2. Als we onder de planetaire grens van een ecosysteem blijven, weten we zeker dat het niet uit balans raakt. niet juist 3. Kinderen hebben meer last van luchtvervuiling omdat hun ademhalingsfrequentie en hartfrequentie sneller is dan die van volwassenen. juist
39
Welke van de volgende uitspraken over luchtverontreiniging zijn juist?
D Luchtverontreiniging zorgt voor ongeveer 13 maanden kortere levensduur in Nederland. Luchtverontreiniging draagt bij aan aderverkalking vanaf de kinderleeftijd.
40
Voor een leefstijl interventie met als doel het beginnen met roken onder jongeren te voorkomen, wordt de planmatige aanpak van gezondheidsbevordering toegepast. De volgende bevinding wordt gerapporteerd: ‘Jongeren met een lagere sociaal-economische achtergrond ervaren in hun omgeving vaker een positieve houding ten aanzien van roken en alcoholgebruik. Ze hebben vaker ouders of vrienden die drinken en roken, waardoor zijzelf ook vaker drinken en roken.’ Uit welke stap van het proces van planmatige aanpak van gezondheidsbevordering is deze bevinding afkomstig?
analyse van de (gedrags)determinanten (analysefase)
41
Lees deze zin
Een hoog-risicobenadering om diabetes te voorkomen probeert in te grijpen op de determinanten van individuele gevallen van diabetes, bijvoorbeeld door patiënten met genetische risicofactoren voor diabetes te behandelen. Een dergelijke hoog-risicobenadering heeft vaak weinig impact op het voorkomen van de incidentie van diabetes in de populatie, wanneer de prevalentie van gematigde risicofactoren voor diabetes hoog is.
42
Je bent master geneeskunde student. Voor je masteronderzoek ben je afgereisd naar Caribisch Nederland waar je onderzoek binnen het project ‘Obesitas preventie’. Als eerste moet je de omgeving van het individu op micro- en macroniveau inventariseren om zo mogelijke barrières in het aannemen van een gezonde leefstijl te identificeren. Hiervoor maak je gebruik van het ANGELO (Analysis Grid for Environments Linked to Obesity) raamwerk. Geef per bevindingen uit deze inventarisatie aan tot welke type omgeving en welk niveau van het ANGELO raamwerk deze obesogene factor hoort.
1. Weinig tot geen lesmateriaal rondom gezonde voeding politieke omgeving – micro niveau 2. Geen duidelijk vestigings- en vergunningenbeleid voor fastfood restaurants politieke omgeving – macro niveau 3. Uitje naar/ feestje bij fastfood restaurant is algemeen geaccepteerd sociaal-cultureel omgeving – micro niveau 4. Sportclub contributie betalen, veelal te duur economische omgeving – micro niveau
43
In het college ‘de eeuw van de sigaret’ is gesteld dat de opkomst van een zogenaamde “risicocultuur” ertoe bijdroeg dat roken minder populair werd
De cultureel-maatschappelijke toename van aandacht voor risico’s sloot aan bij de wetenschappelijke aandacht voor de statistische correlatie tussen roken en ongewenste gezondheidseffecten.
44
In zijn boek The Cigarette Century betoogt historicus Allan Brandt dat de tabaksindustrie gezien kan worden als uitvinder van het idee van ‘conflicts of interests’ in de wetenschap. Brandt wijst in dit verband onder andere op de instelling van een ‘Scientific Advisory Board’ (SAB) voor de Tabacco Industry Research Committee. SAB’s zijn nu ‘ubiquitous in industry-science activities’, aldus Brandt. Dat de tabaksindustrie belang had bij een SAB moge duidelijk zijn. Maar waarom was het ook voor de wetenschappers in de SAB aantrekkelijk om zich op deze manier voor het karretje van de industrie te laten spannen?
Deze wetenschappers verzekerden zich van een aanzienlijke, vaste geldstroom voor de financiering van onderzoeksprogramma’s van zowel hun eigen instituten als van collega’s en samenwerkingspartners. Dit droeg belangrijk bij aan hun aanzien en invloed binnen het wetenschappelijke veld.
45
Een vrouw van 35 jaar heeft niet eerder meegedaan aan het bevolkingsonderzoek baarmoederhalskanker. Ze heeft opnieuw een uitnodiging ontvangen, met daarbij al de zelfafnametest ingesloten en vraagt aan jou als huisarts welke voor- en nadelen er zijn aan deelname aan het bevolkingsonderzoek baarmoederhalskanker.
De kanker kan ik een vroeg stadium worden gevonden Kanker kan voorkomen worden door een voorstadium te behandelen De zelfafnametest kan thuis afgenomen worden Geruststelling na een negatief resultaat Onnodige ongerustheid en vervolgonderzoek bij een fout-positieve test Complicaties bij vervolgonderzoek Overdiagnose Overbehandeling (
46
Je bent AIOS specialist ouderen geneeskunde. Je doet onderzoek naar vergrijzing en naar de wens van ouderen om langer thuis te blijven wonen. Je wilt een preventiecampagne ontwikkelen om mensen vroegtijdig bewust te laten worden van een levensloopbestendige woning. Hierdoor kunnen ze op tijd hun woning laten aanpassen, zodat zij langer thuis kunnen blijven wonen, zonder hun vertrouwde sociale omgeving te moeten verlaten. Een levensloopbestendige woning is een zelfstandige woning die geschikt is (te maken) voor bewoning in alle levensfasen, ook als de levensomstandigheden veranderen door bijvoorbeeld ouderdom, ziekte of lichamelijke beperking. Uit onderzoek blijkt dat de groep 50-plussers die baat zouden hebben bij een dergelijke aanpassing zich voornamelijk bevinden in wijken waar mensen wonen uit een laag sociaaleconomische status (SES). Noem drie aspecten waar rekening mee gehouden moet worden bij deze groep met een lage SES in deze preventiecampagne. (3p)
Voorlichting toegespitst op deze groep (laaggeletterdheid, taal): beschikbaar stellen van de informatie op het nivo van de doelgroep (1p) Toegankelijkheid van de informatie : digibeten, kwetsbare personen, ga van deur tot deur (outreach) (1p) Financieel aspect: voor deze groep zal aanpassingen maken duur zijn (1p)
47
Wat is waar over de Jeugdgezondheidszorg (JGZ)?
E Meer dan 90% van de ouders maakt gebruik van de JGZ. B De JGZ is vrijwillig voor ouders.
48
Hoe is de Jeugdgezondheidszorg (JGZ) wettelijk georganiseerd?
A De JGZ is opgenomen in de Wet publieke Gezondheidszorg. C De overheid is verantwoordelijk voor het inkopen van de JGZ. De JGZ-organisatie bepaald hoe de JGZ wordt uitgevoerd.
49
Één van die voorwaarden is ‘aanwezigheid van een goedwerkend risicovereveningssysteem’. Leg uit waarom deze voorwaarde belangrijk is om het model van gereguleerde concurrentie goed te laten functioneren.
Een goedwerkend risicovereveningssysteem compenseert verzekeraars voor de voorspelbare winsten op jonge, gezonde verzekerden en de voorspelbare verliezen op ouderen en chronisch zieken. (1p) Zonder goedwerkend risicovereveningssysteem worden verzekeraars geprikkeld om aan risicoselectie te doen. (1p) Risicoselectie heeft ongewenste effecten zoals een afname van risicosolidariteit, een afname van de kwaliteit en doelmatigheid van zorg, en een verstoring van het gelijke speelveld voor verzekeraars. (1p)
50
De hervorming van het Nederlandse zorgstelsel wordt gekenmerkt door drie stadia. In welke volgorde zijn deze stadia doorlopen?
bevorderen toegankelijkheid → kostenbeheersing → bevorderen doelmatigheid
51
Wat is de correcte informatie die door de helpdesk van het CAK wordt doorgegeven aan de crediteurenadministratie van het ziekenhuis? (2p)
Niet-gecontracteerde ziekenhuizen kunnen de zorgkosten van zwangerschap en bevalling vergoed krijgen. (1p) CAK vergoedt in dat geval 100% van de oninbare vordering. (1p)
52
Je bent masterstudent geneeskunde en voor je masteronderzoek verricht je onderzoek namens Dokters van de Wereld naar het al dan niet weigeren van zorg aan personen die illegaal verblijven in Nederland. In je eindrapport bespreekt je verschillende casussen waaronder deze: Een medewerker van de Crediteurenadministratie van een ziekenhuis belt met Helpdesk Zorg onverzekerbare vreemdelingen van het CAK. Die wilt nagaan of het ziekenhuis de gemaakte zorgkosten kan declareren van een 25-jarige vrouw zonder verblijfsvergunning, die een week geleden in het ziekenhuis is bevallen. De vrouw is niet verzekerd voor ziektekosten en kan de gemaakte zorgkosten niet betalen. Er is ook niemand die dat voor haar kan doen. Zij was doorverwezen door de verloskundige. Stel dat deze 25-jarige vrouw een asielzoeker was, dat verblijft in een opvanglocatie van de COA. Op basis van welke wet of regeling krijgt het ziekenhuis de zorgkosten bij de bevalling van deze vrouw vergoed?
Regeling Medische zorg Asielzoekers
53
In maart 2023 besloot de minister van VWS om het geneesmiddel Trodelvy niet toe te laten tot het basispakket van de zorgverzekering. Dit betreft een geneesmiddel voor een bepaald type borstkanker, triple-negatieve borstkanker. Het middel kan worden ingezet nadat patiënten minstens twee eerdere lijnen van behandeling met geneesmiddelen hebben gehad en deze geen effect meer hebben. Patiënten die in dit stadium behandeld worden, worden niet meer beter. Door een behandeling met Trodelvy leven patiënten gemiddeld nog 6 maanden langer in een gezondheidstoestand, die in onderzoek is gewaardeerd als de helft van een optimale gezondheidstoestand. In Nederland zouden er naar verwachting per jaar 150 patiënten behandeld worden met Trodelvy. Het middel kost gemiddeld € 70.000 per patiënt. Stel dat de fabrikant in onderhandelingen over de prijs bereid blijkt tot een reductie van de prijs met 75%. 1. Wat wordt de budget impact in deze situatie bij toelating van dit geneesmiddel tot het basispakket? (2p) 2. Wat wordt de incrementele kosteneffectiviteitsratio in deze situatie bij gebruik van dit geneesmiddel? (2p)
1. 150 patienten x (70.000x0,25) extra kosten= 150x17.500 euro= 2,625 miljoen euro (2p) 2. 70,000x0,5/(0,5x0,5) gewonnen QALY= 17.500/0.25 QALY = 70.000 euro per QALY (2p)
54
Welke van de volgende uitspraken over de zorguitgaven in Nederland is juist?
De zorguitgaven bedragen ongeveer 25% van de uitgaven in de rijksbegroting
55