First 10 Onregelmatige Werkwoorden Flashcards
1
Q
Aandoen (voltooide tijd)
A
Hebben aangedaan
2
Q
Aankomen (voltooide tijd)
A
Zijn aangekomen
3
Q
Afwassen (voltooide tijd)
A
Hebben afgewassen
4
Q
Bakken (voltooide tijd)
A
Hebben gebakken
5
Q
Beginnen (voltooide tijd)
A
Zijn begonnen
6
Q
Begrijpen (voltooide tijd)
A
hebben begrepen
7
Q
Behangen (voltooide tijd)
A
Hebben behangen
8
Q
Bewegen (voltooide tijd)
A
Hebben bewogen
9
Q
Bezoeken (voltooide tijd)
A
hebben bezocht
10
Q
Bijten (voltooide tijd)
A
hebben gebeten