Eur recht week 4 Flashcards

1
Q

burgerinitiatief

A

daarmee kunnen de europese burgers de commissie oproepen om over een bepaald onderwerp een wetsvoorstel in te dienen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

benodigheden voor het burgerinitiatief

A

1)1 miljoen handtekeningen van stemgerechtigde burgers
2)het initiatief wordt gesteund door burgers uit 7 lidstaten
3)per lidstaat geldt een minimumaantal handtekeningen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

de belangrijkste beperking van het burgerinitiatief

A

is dat het initiatief moet gaan over een onderwerp waarover de commissie daadwerkelijk een voorstel kan indienen en dat de commissie het voorstel moet steunen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

burgersschapsrichtlijn heeft voornamelijk betrekking op

A

-op situaties waarin een unieburger toegang wil verkrijgen tot/wil verblijven in een ander lidstaat
-binnen het systeem van de richtlijn bestaat een onderscheid tussen toegang en verblijf

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

verblijf is opgedeeld in

A

tot 3 maanden
langer dan 3 maanden
duurzaam verblijf

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

bij een verblijfsrecht langer dan 3 maanden is het belangrijk om onderscheid te maken tussen

A

economisch actieven en economisch niet actieve burgersu

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

uit art 14 lid 3 burgerschapsrichtlijn volgt dat

A

de beeindiging van het verblijfsrecht van de lidstaat nooit automatisch mag zijn, zelfs niet als de betrokkene een beroep doet op de publieke middelen van een rechtsstaat. Hierbij moet gekeken worden of er sprake is van een onredelijke belasting. Hierbij is het evenredigheidsbeginsel van belang . Het recht om het verblijfsrecht te beeindigen is een autonome bevoegdheid van een lidstaat , met inachtneming van de materiele en procedurele regels en de algemene beginselen van het unierecht

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

kan een burger daadwerkelijk een verblijfsrecht aan het EU recht ontlenen, dan kan dit alleen beperkt worden op grond van

A

overwegingen in verband met de openbare orde, nationale veiligheid of volksgezondheid

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

met het verdrag van maastrict

A

kwamen bevoegdheden tot politiele samenwerking en vreemdelingenbeleid binnen de unie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

dublin verordening proce

A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

met het verdrag van Amsterdam

A

dit verdrag introduceerde een aantal nieuwe rechtsinstrumenten , waaronder het met de richtlijn vergelijkbare kaderbesluit dat wordt ingezet voor de strafrechtelijke samenwerking

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

schengengrenscode

A

de meeste geharmoniseerde regels binnen de rechtsruimte betreffen visa en controles. De bepalingen hierover in de schengenverdragen zijn meestal verordeningen. Zo regelt de schengengrenscode enerzijds hoe de afwezigheid van de grenstoezicht aan de binnengrenzen wordt gecontroleerd en anderzijds hoe de buitengrenzen worden gecontroleerd

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

het beginsel van wederzijdse erkenning

A

komt van oorsprong uit recht van de interne markt en is hiervan dan ook het uitgangspunt
formeel vertrouwen: berust op objectieve gronden (lidstaten zijn verdragspartij bij het EVRM, materieel vertrouwen wordt in het concrete geval gezocht

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

belangrijkste maatregel getroffen voor het asielbeleid om het beleid van de lidstaten te coordineren

A

dublin verordening

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

omgekeerde discriminatie

A

bij zuiver interne situatie geen mogelijkheid tot beroep op vrije verkeersartikelen, slechtere situatie onderdanen andere lidstaten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Europa route

A

bewust naar een andere lidstaat verhuizen (grensoverschrijdend element) en vervolgens terugkeren naar thuis lidstaat met derdelands familielid

13
Q

4 domeinen ruimte veiligheid, vrijheid en recht zonder binnengrenzen

A

1)grenscontrole,asiel en immigratie
2)justitiele samenwerking in burgerlijke zaken
3)justitiele samenwerking in strafzaken
4)politieke zaken

14
Q
A
15
Q

wederzijds vertrouwen wat brengt dit mee (dublin verordening)

A

dat grondrechtconforme behandeling moet worden verondersteld , anders gaan mensen forumshoppen

16
Q
A