endocrinologie Flashcards
normale hormonale functie
1) hormonen
- polypeptiden, glycoproteinen, steroiden & amines
- aanmaak door orgaan & excretie in bloed
- eiwit gebonden & vrije fractie in bloed
–> vrije fractie voert effect uit
2) transport eiwitten
- thyroxine-bindend globuline x thyroxine = schildklierhormoon
- cortisol-bindend globuline x cortisol
- sekshormoonbindend globuline x testosteron
3) secretie patronen
- feedbacksystemen: schildklierhormoon
- continue secretie: schildklierhormoon
- pulsatiele secretie: sekshormonen = ovulatie & mensturatie
- circadiane secrectie: cortisol = dag/nacht-cyclus
–> nacht = minst, ochtend = meest
stimulatie door stress, eten, …
afwijkingen in hormonale functie
1) auto-immuunziektes
- afname van excretie
- toename kan ook vb: ziekte van graves
2) tumoren
- goedaardig
- toename van excretie
onderzoek bloed/urine
algemeen diabetes
diabetes mellitus = suikerziekte
- chronische stoornis in metabolisme van KH, vetten & eiwitten
- relatief of absolut gebrek aan insuline(gevoeligheid)
- stijging van bloedsuikergehalte
- type 1 = veel symptomen op jongere leeftijd = 15%
- type 2 = weinig symptomen op oudere leeftijd = toetakeling = 85%
- 10% in belgie, helft weet het niet
invloed van insuline & glucagon
= eilandjes van langerhans in pancreas
glucose opname van hersenen onafhankelijk
1) insuline
- door beta-cellen
- vooral na eten = post prandiaal
- opname suiker door spieren = in glycogeen omzetten
- opname suiker door lever = glucogenolyse
- opname suiker door vetweefsel = omzetting tot triacylglyceriden
+ eiwitten & vetzuren
2) glucagon
- door alfa-cellen
- vooral bij vasten
- vrijstellen van glucose uit lever door glycogenolyse & gluconeogense
–> insuline is nooit 0: spieren moeten nieuw glucose vanuit lever altijd nog kunnen opnemen
werking pancreas
1) glucose in duodenum
2) opname door cellen
3) productie van incretines
4) korte levensduur = spike
- 1/2 minuten
- afbraak door DPP-4 dipeptidyl peptidase 4
5) stimulatie pancreas
6) insuline spike
type 1 diabetes
= insuline-dependent
1) ziekte
- 15%
- 2,5/1000
- jonge mensen/kinderen
2) oorzaken
- auto-immundestricute van beta-cellen
- genetische voorbeschiktheid
- virus of voeding?
- evolutie van 5-10 jaar
symptomen = acuut
1. hyperglycermie
2. polyurie in nieren
- boven capactieit
- osmotische aantrekking van suiker
- leidt tot uitdroging = dorst & polydipsie = veeldrinken
3. alternatieve vorm van energie
- reserves = spieren & vetweefsel
- keton verbranding = ketoacidose
- kussmaulse ademhaling = erg diep door protonen
- keto-acidotische coma
type 2 diabetes
= niet-insuline-dependent
1) ziekte
- 85%
- 2% bevolking
- ouderen
2) oorzaken
- insuline ongevoeligheid = resistentie -> vermoeiing pancreas -> insuline tekort
- genetische voorbeschiktheid nog meer als type 1
- zwaarlijvingheid & obesitas
- verminderd incretine)effect
3) symptomen = subacuut
- minder goed zijn, vermageren, lusteloos
- weinig symptomen
- infecties zonder reden: urineweginfecties, schimmelinfecties & genitaal
vb: balanitis = rode eikel
zwangerschapdiabetes
- meer kans op zelf krijgen
- geen effecten kinderen buiten zwaar gewicht = macrosomie
diagnose van diabetes
1) urine onderzoek op glucosurie
2) bloedonderzoek
- nuchter >126mg/dl
- niet-nuchter > 200mg/dl
3) glucose belastingstest voor randgevallen
- 75g suiker drinken & kijken naar verloop over 2u
4) geglycosyleerd hemoglobine = A1C
- Hb-glu
- onomkeerbaar
- normaal <7%
–> meer = teveel suiker in bloed in laatste 120 dagen
- hoger = meer complicaties
behandeling van diabetes
= symptomen onderdrukken & complicaties proberen vermijden
1) levenstijl
- educatie
- dieet
- fysieke inspanning
2) medicatie = pas als dieet niet werkt
- orale antidiabetica
- incretine-mimetica
- insuline
3) andere
- pancreas transplantatie, samen met niertransplantatie
- controle van glycemie
- baitrische heelkunde
levenstijl ivm diabetes
1) educatie
- grote voorantwoordelijkheid bij patient
- informeren
- regelmatice glycemie controles
- diabtes liga
2) dieet
- type 2 = vermageren
- type 1 = snelle suikers vermijden
–> complexe koolhydraten zorgen voor tragere piek
3) fysieke inspanning = verhogen van insuline gevoeligheid
–> ook bij type 1
orale antidiabetica voor diabetes
- metformine = altijd beginnen
- sulfonylurea
- stimulatie van insuline secretie van pancreas
- voorzichtig verhogen: hypo vermijden - glucose productie van lever verminderen
- insulinge gevoeligheid verhogen in perifere weefsels
- eerste keuze bij type II - medicatie die darmabsorptie van KH verlaagt
- medicatie die insuline gevoeligheid verhoogd/resistentie perifere senosoren verminderd
- DDP4 remmers = gliptines
- SLGT2 remmers
- minderzuiker opname door nieren
- veel plassen & gewichtverlies
- urinaire infecties door bron van voeding in urine
incretine-mimetica
exogeentoendienen
GLT-1 nabootsen
- meer insuline
- verminderde honger door hypothalamus
- tragere maaglediging
-> gebruik door niet-diabetici door vermageringseffect
insuline toedoening
- toepasing
- alle type 1, type 2 bij vermoeiing pancreas
- subcutaan thuis of intravenus in ziektenhuid
- pilvorm zou door proteasen afgebroken worden - snelheid = verschillende soorten
- snelwerkende/traagwerkende insuline door binding met andere stoffen
- mengvormen
- ultrasnel = piek nabootsen net na maaltijd
- ultratraag = basale insuline voor minimum opname spieren - synthese
- pancreas uit slachthuizen
- humane biosynthese
- insuline-antagonisten - gebruik
- ouderen = 2x middenlang
- jongere = muli-injectiesysteem = 4X per dag
- 1 basale & 3 snelwerkende bij elke maaltijd
- insuline pen
- lipodystrofie = vetbollen
- afwisselen: bovenarm, buik, dijen, billen
- insuline pomp = sensor & inspuitingsbakje
hypoglycemie
= glycemie onder 50mg/dl
1) oorzaken = teveel insuline
- reeële overdosis
- uitstellen of afschaffen van maaltijd & wel inspuiten
- overmatige inspanningen = weten dat inspanning komt = verlagen
- te snelvrijkomen van ingespoten insuline vb: hoge omgevingstemperatuur
–> snelle resorptie bij vasodilatatie: temp, inspanning, sauna, …
=> mensen trainen = minder insuline nodig
2) symptomen
- hartkloppingen, beven, zweten, honger & bleek worden = adrenerge symptomen
–> bijnier stelt stresshormonen = cortisol vrij
- dubbelzicht, moeilijk spreken, concentratieverlies, stuipen & coma
–> tekort aan glucose in CZS
3) therapie
- meestal zelf voelen = snelle suikers vb druivensuiker, snoep, …
–> teveel kan leiden tot hyperglycemie
- niet voelen = omgeving aanmoedigen
- coma = suiker intraveneus of glucagon intramusculair toedienen
–> niet via mond want verslikken
- dosissen aanpassen
ketoacidotisch coma
= enkel onbehandeld type 1
1) oorzaken
- insuline tekort
vb: insuline nodig ook zonder eten, infectie ziekten = meer insuline
–> verhoogde noden aan insuline
- overschakelen vaan andere metabolismes
- vetmetabolisme = ketonen & pH daling
2) symptomen
- urine verlies & dehydratatie
- dorst, veel wateren, uitdrogingstekenen & verminderde bewustzijn / coma
3) therapie = vochttoediening & insuline