Eiwitsynthese Flashcards
1
Q
basen
A
A C T en G
2
Q
codons
A
3 nucleotide basen
3
Q
Aminozuren
A
bijvoorbeeld Tdp Phe en Ser, gevormd uit vertaling van een reeks codons. bouwstenen van peptiden, polypeptiden en eiwitten.
4
Q
peptiden
A
ketens van aminozuren
5
Q
eiwitten
A
lange peptideketens met een specifieke vorm
6
Q
DNA
A
genetisch materiaal, bestaat uit nucleotide basen (dubbelstrengs)
7
Q
mRNA
A
getranscribeerde code voor de productie van polypeptideketens. (enkelstrengs)