Eiwitstructuur en enzymwerking Flashcards
Primaire structuur
Betreft de aminozuurvolgorde
Bindingen in primaire structuur
Covalente bindingen tussen N-terminus (aminogroep van aminozuur 1 ) en C-terminus (carboxylgroep van aminozuur 2)
Secundaire structuur
alfa helix: spiraalvorm
Betastrand: plaatsstructuur
losse stukjes eiwit
Bindingen secundaire structuur
Waterstofbruggen tussen peptiden
Wanneer wordt er een alfa helix gevormd en wanneer een betastrand?
Alfa helix als restgroepen allemaal aan zelfde kant liggen.
Betastrand als restgroepen zover mogelijk uit elkaar liggen.
Tertaire structuur
Interacties tussen secundaire structuren
Quaternaire structuur
Verzameling verschillende eiwitten die 1 geheel vormen
Welke richting loopt eiwitsynthese op?
Van N-terminus naar C-terminus
Wanneer ontstaat bètastrand?
Als restgroepen elkaar afstoten
Wanneer ontstaat alfahelix?
Als restgroepen elkaar aantrekken.
Hoe wordt de 3D structuur van een eiwit vooral bepaald?
Door aminozuurvolgorde en reactie tussen peptideketen en water
enzymen
Versnellen chemische reacties door verlaging van activeringsenergie
Wanneer kan reactie plaatsvinden?
Als energie van producten lager is dan dat van reactanten: ∆G < 0
Wat is ∆G^o, R en T
∆G^o = karakteristieke eigenschap van moleculen die worden omgezet
R = gasconstante
T = temperatuur.
Welke 2 soorten enzymen zijn er?
Michaelis-Mentenenzymen
Allosterische enzymen