Deel 3: pijnstillers en hormonen Flashcards

1
Q

Anti-androgenen

A
  • FINASTERIDE
  • OSATERIN

Inhiberen 4 alpha reductase
- bij benigne prostaathyperplasie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Androgenen

A
  • STANAZOLOL
  • BOLDENONE
  • geslachtsorganen
  • EPO stimulatie
  • anabool: vet + khd omgezet in eiwit, stimuleert eetlust, N retentie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

DM

A
  • INSULINE
  • langwerkend
  • middellang, gebonden op protamine
  • regelmatige opvolging
  • 2x/dag
  • overdosering -> glucose IV, druivensuiker PO
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Oxytocine

A

Effecten

  • myometrium contractie
  • melkejectie

Indicaties

  • partusinductie
  • pp bloedingen
  • lactatie stimuleren
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Thyroïdhormonen

A

Hypothyroïdie
- LEVOTHYROXINE

Hyperthyroïdie

  • METHIMAZOLE
  • THIAMAZOLE

TDM

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Progestagenen

A
  • PROGESTERON ACETAAT
  • PROLIGESTRON
  • ALTRENOGEST
  • merrie: anoestrus, polyfolliculaire ovaria
  • rund: COF, oestrussynchronisatie
  • khd: prikpil, uitstellen oestrus, prostaathypertrofie

aglepriston: geeft abortus bij hond (anti-progestageen)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Oestrogenen

A

Endogeen: ESTRONE, ESTRIOL, ESTRADIOL
Exogeen: DES, HEXOESTROL, DIENESTROL

Alleen khd, verboden bij ghd. Indicaties:

  • prostaathyperplasie
  • problemen na OVH: incontinentie, vaginitis
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

GNRH analogen

A
  • GONADORELINE
  • BUSERELINE
  • PEFORELI
  • inductie ovulatie
  • COF
  • infertiliteit reu
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Glucocortico

A

Kortwerkend
- FLUDROCORTISONE

Middellang

  • PREDNISOLONE
  • PREDNISONE
  • METHYLPREDNISOLONE
  • TRIAMCINOLONE

Langwerkend

  • PARAMETHASONE
  • DEXAMETHASONE
  • BETAMETHASONE
  • FLUMETHASONE

Indicaties

  • anti-inflammatoir: allergie, RA, hersenoedeem, shock, lymfoma, acute leukemie, astma
  • immunosuppressief
  • partusinductie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Glucocortico bijwerkingen

A
  • immunosuppressie
  • minder endogeen cortisol synthese
  • lamnitis eq
  • osteoporose
  • blauwe plekken
  • muscle wasting: deproteïnisatie
  • hypertensie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Glucocortico structuur

A
  • ketofunctie
  • fluor: verhoogt potentie
  • methylgroep: verhoogt potentie
  • dubbele binding: verlengt de werking
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Werking cortico’s algemeen

A

Glucocortico: anti inflammatoir
Mineralocortico: Na retentie

FLUDROCORTISONE heeft beide

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Mineralocorticoïden

A

Addison: hypoadrenocorticisme

  • DEOXYCORTICOSTERONA: mineralocortico
  • FLUDROCORTISONE: min + gluco

Cushing: hyperadrenocorticisme

  • TRILOSTANE
  • SELEGILINE: laat dopamine stijgen dus verlaagt ACTH
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Prostaglandines

A

PGE: bij ulcera
- MISOPROSTOL

PGF2alpha

  • DINOPROST
  • CLOPROSTENOL
  • ALFAPROSTOL

Indicaties PGF 2 alpha: regressie CL door VC

  • oestrussynchronisatie
  • suboestrus
  • partusinductie rum + su
  • abortus eq <5w
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

H2 anti-histaminica

A
  • CIMETIDINE

Blokkeert H2 R t.h.v. hart en pariëtale clelen maag

  • minder HCL productie
  • 2e keus bij ulcera
  • GERD
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

H1 anti-histaminica

A
  • PROMETHAZINE: 1e keus allergische reactie
  • CHLOORFENAMINE: rund
  • BILASTINE: 2e gen, meer potent

H1: gq pathway

  • VD
  • vermindert GI motiliteit
  • bronchoconstrictie (behalve bij kat)
17
Q

NSAID

niet-selectief

A
  • ACETYLSALICYLZUUR: niet bij kat
  • FLUNIXINE: koliek eq 1e keus
  • TOLFENAMINEZUUR: antipyrese kat
  • KETOPROFEN: artritis + kb herstel
  • CARPROFEN: artritis + post op
  • FENYLBUTAZONE: eq strikt traat IV, NVP!!!!!!
  • MELOXICAM: artritis + post op
  • PIROXICAM: post op
18
Q

NSAID bij artritis

A

Niet selectief

  • KETOPROFEN
  • CARPOFEN
  • MELOXICAM

Selectief: COXIBS

19
Q

NSAID

selectieve COX inhibitoren

A
  • CIMICOXIB
  • FIROCOXIB
  • ROBENACOXIB
  • MAVACOXIB: artritis 1x/2w
  • CELECOXIB nooit bij hond!!!!!!!! Humaan preparaat.

Selectieve COX 2 inhibitoren

  • lange t1/2
  • artritis
  • chronisch+ post-op analgesie
20
Q

Schema NSAID

A

……………. Membraanfosfolipiden..

fosfolipase….. | ……

21
Q

Opioïde receptoren

A

MU receptor

  • alle soorten pijn
  • sedatie
  • ADH depressie
  • vermindert GI motiliteit
  • verslavend

DELTA receptor

  • spinale pijn
  • vermindert GI motiliteit

KAPPA receptor
- van alle seen beetje: stilt een beetje pijn, geeft lichte bijwerkingen

22
Q

Opioïde analgetica

A
  • MORFINE
  • TRAMADOL: khd
  • METHADONE: minder sedatie en emesis
  • FENTANYL: ghd + khd chronische pijn
  • CARFENTANYL, ETORFINE: exoten, niet bij eq
  • LOPERAMIDE: inh PS, dus anti-diarretica
  • BUPRENORFINE: partiële mu A, bij morfine intox, kort
  • BUTORFANOL: partiële mu A, adjuct Cx eq, lang

Antidoten: NALBUPHINE, NALTREXONE

23
Q

Antidepressiva

A

TCA (tricyclisch): verhindert serotonine reuptake
- CLOMPIRAMINE: invloed op NA

SSRI

  • FLUOXETINE
  • PAROXETINE

MAOI: meer opslag van serotonine want minder afbraak
- SELEGILINE: niet combineren met amitraz

24
Q

Triple drip

A
  • XYLAZINE: alpha 2 agonist (sedatie, analgesie, relax)
  • KETAMINE: anesthesie, somatische analgesie
  • GUAIFENESINE: centraal spierrelax
25
Q

Anti-epileptica

A
  • FENOBARBITAL: stimuleert GABA R
  • PRIMODONE
  • IMEPITOÏNE

Adjunct

  • KBr
  • LEVETIRACETAM humaan

BZP
- DIAZEPAM: intranasaal bij SE