de verwacthingstheorie Flashcards
1
Q
- Wat is de verwachtingstheorie?
A
Hoe mensen voor een bepaalde manier van handelen kiezen
2
Q
- Welke 3 factoren kent het keuze proces in de verwachtingstheorie?
A
Verwachting, instrumentaliteit, valentie
3
Q
- Wat is verwachting?
A
Of iemand iets daadwerkelijk kan
4
Q
- Wat is instrumentaliteit?
A
Is er een duidelijk resultaat
5
Q
- Wat is valentie?
A
Hoeveel waarde heeft het resultaat
6
Q
- wat is de VIE theorie van vroom?
A
Drang om te handelen is een vermenigvuldiging van verwachting, instrumentaliteit en valentie
7
Q
- wat stelt de VIE theorie als er aan 1 aspect niet voldaan wordt?
A
Dan is er geen motivatie
8
Q
- door welke bevindingen bleek de VIE theorie niet bruikbaar?
A
VIE is ook op te tellen, onderzoek is gedaan tussen personen, VIE wordt slecht gemeten
8
Q
- welke implicatie heeft de VIE theorie voor managers?
A
Medewerkers moeten voldoende vaardigheden, beloning krijgen, beloning moet waarde hebben
9
Q
- wat is een reden dat de VIE theorie wel wordt gebruikt?
A
Het geeft goede onderdelen van motivatie weer
10
Q
- welke relatie ontdekte vansteenkinste tussen waarde die werklozen hechten aan een dienstverband?
A
Hoe meer waarde, hoe groter het verdriet
11
Q
- waar bleek de verwacthingstheorie het meeste voor geschikt?
A
Het voorspellen van attitude
12
Q
- welke ondersteuning is gevonden dat attitude het beste voorspeld wordt via de verwachtingstheorie?
A
Valentie, instumentaliteit en verwacthing voorspellen de intentie