De Propaganda van Augustus: Res Gestae Flashcards
Hoe wilde Augustus zijn eigen imago neerzetten?
- Hij is vergoddelijkt, en verwees naar zichzelf als een divi filius: zoon van de vergoddelijkte. Hij trok zijn stamboom dan ook terug tot de goden.
- Augustus heeft ‘de wereld onderworpen aan het gezag van het Romeinse volk.’. Hiermee wilt hij duidelijk maken dat zijn imago/reputatie er een was van een erg machtige en invloedrijke keizer.
- Hij wilde zich neerzetten als een bescheiden en vrijgevige man.
Augustus heeft het aan het begin van zijn carrière over een “kleine tirranieke belangengroep” die hij verslaat. Wat bedoelt hij daarmee?
Augustus heeft het over het verslaan van een legermacht die de senaat, onder leiding van Marcus Antonius, op hem heeft afgestuurd om te voorkomen dat hij te machtig werd.
Met welke argumenten steunt Augustus het idee dat de senaat hem steunt?
Augustus vindt dat de senaat zijn interpretatie deelt omdat de senaat hem middels eervolle decreten in haar huis heeft opgenomen en een eervolle positie aanbood. Daarnaast verleende de senaat hem een militair commando: hij moest samen met de consuls ervoor zorgen dat de republikeinse staatsinstelling stabiel bleef. Met deze toekenningen en prijzingen beargumenteerde Augustus dat de senaat hem zag als verlosser van de tirannie, en niet als nieuwe tiran.
Augustus maakt een tegenstelling in de Res Gestae. Hij zegt eerst dat hij op eigen initiatief en eigen kosten de staat heeft bevrijd. Daarna zegt hij dat hij op kosten van de senaat mag opereren. Wat wijst deze tegenstelling ons?
Deze tegenstelling vertelt ons dat je ook van concluderen dat Augustus, in plaats van dat hij de staat had bevrijd van een tirannie, zelf een staatsgreep had gepleegd.
Vanaf welke leeftijd kon een Romein toetreden tot de senaat? Op welke leeftijd werd Octavianus voor het eerst consul?
Een Romein kon rond de dertig/veertig toetreden tot de senaat. Octavianus was negentien jaar toen hij consul werd.
Wat hield de ‘toekenning door de senaat van consulaire voorrang om het woord te voeren’ precies in?
De “toekenning door de senaat van consulaire voorrang om het woord te voeren” hield in dat bepaalde senatoren, met name degenen die het ambt van consul hadden bekleed, het recht kregen om als eerste het woord te voeren tijdens senaatsvergaderingen.
In zin 4 van paragraaf 1 suggereert Augustus dat ‘het volk’ hem in dat jaar zowel als consul als als drieman heeft aangesteld.
Leg uit waarom het niet de senaat was (en kon zijn) die Augustus tot consul benoemde.
De senaat had geweigerd Octavianus (Augustus) te laten verkiezen tot consul, dit heeft de volgende redenen:
De senaat was bang voor een herhaling van de dictatuur van Julius Caesar. Ze waren terughoudend om Augustus te veel macht te geven, omdat ze wilden voorkomen dat hij dezelfde weg in zou slaan.
Augustus was in feite al heerser van Rome. Hij had al veel politieke en militaire bevoegdheden en ook had hij de steun van het leger en een groot deel van het volk. Als hij tot consul benoemd zou worden, zou dat Augustus nog meer legitimiteit en macht hebben gegeven, wat de senaat mogelijk als bedreigend beschouwde voor hun eigen positie en invloed, want de senaat begon in die tijd hun invloed te verliezen.
Zoek uit hoe Augustus’ eerste benoeming tot consul werkelijk gegaan is en waarom ‘het volk’ hierbij zo’n belangrijke rol speelt.
De staatshoofden van de republiek, Aulus Hirtius en Gaius Vibius Pansa, kwamen om in de Mutinensische Oorlog. Vanaf dat moment verlangde Augustus er zelf naar om voor zichzelf een van de vrijgekomen plaatsen van consul in te nemen. De senaat had geweigerd hem te laten verkiezen als consul. Op 19 augustus 43 v.Chr. dwong hij met hulp van zijn troepen zijn verkiezing tot consul en de achting van de Caesarmoordenaars af.
Wat is een drieman en uit wie bestond het in deze paragraaf genoemde Driemanschap?
Een driemanschap is een bewind bestaande uit drie bewindslieden. Driemanschappen zijn een uitgelezen vorm van samenwerking voor staatslieden in tijden van nood, omdat er snel besluiten genomen kunnen worden en bij twijfel kan er een meerderheid gevormd worden. Het tweede triumviraat was de naam die gegeven was aan het driemanschap waar Augustus deel van uitmaakte. Het tweede triumviraat bestond uit Marcus Antonius, Marcus Aemilius Lepidus en Augustus zelf. Het was een officiële instantie, waarmee ze verregaande bevoegdheden over de Romeinse Staat hadden. Ook bezaten de drie leden van het triumviraat een ‘imperium maius’, dat is de formeel toegekende militaire macht, die zelfs dat van de consuls overtrof.
Wie worden bedoeld met ‘degenen die mijn vader hebben vermoord’ en ‘mijn vader’?
Met ‘mijn vader’ wordt Julius Caesar bedoeld, hij had Augustus (Octavianus) als zijn eigen zoon en erfgenaam benoemd/ geadopteerd. (Hij was eigenlijk de achterneef van Julius Caesar).
Met ‘degenen die mijn vader hebben vermoord’ worden dan ook de moordenaars van Julius Caesar bedoeld, een groep senatoren.
Zoek uit hoe de relatie van Augustus (toen nog Octavianus) met Marcus Antonius heeft ontwikkeld vanaf de dood van Julius Caesar in 44 v. Chr tot zijn principaat in 27 v. Chr.
Na Caesars dood ontstond in 43 v.Chr. het Tweede Triumviraat, een politieke alliantie tussen Octavianus (later bekend als Augustus), Marcus Aemilius Lepidus en Marcus Antonius. Echter begon het Triumviraat te verbrokkelen. Door verraad van Lepidus werd hij vrij snel uit het Triumviraat gegooid. Vervolgens maakt Octavianus publiekelijk het testament van Marcus Antonius bekend waarin o.a. stond dat Antonius in Alexandrië wenste begraven te worden (dichtbij zijn vrouw Cleopatra) wat een enorme belediging was voor Rome. Dit alles leidde tot Rome/Octavianus die oorlog verklaarde aan Egypte, en dus aan Cleopatra en Marcus Antonius. In de beslissende slag bij Actium op 2 september 31 v. Chr. werden Antonius en Cleopatra verslagen door de strijdmachten van Octavianus, wat eindigde in de zelfmoord van zowel Antonius als Cleopatra. Door zijn grote macht en propaganda werd Octavianus al snel als keizer geaccepteerd, nam hij de naam ‘Augustus Caesar’ aan en kwam er een einde aan de Romeinse republiek.
Zoek uit hoe de relatie van Augustus (toen nog Octavianus) met Decimus Brutus heeft ontwikkeld vanaf de dood van Julius Caesar in 44 v. Chr tot zijn principaat in 27 v. Chr.
Decimus Brutus was een Romeins politicus, militair en een van de moordenaars van Caeser. Aanvankelijk was de relatie tussen Octavianus en Brutus coöperatief en werd Octavianus door Brutus gesteund. Decimus speelde een belangrijke rol in de overwinning van Octavianus in de Liberators’ Civil War. Echter verslechterde hun relatie toen er spanningen ontstonden rond machtsstrijd en beschuldigingen van ontrouw. Octavianus verklaarde Decimus tot vijand van de staat, en Decimus werd uiteindelijk gevangengenomen en geëxecuteerd in 43 v.Chr. Hun samenwerking veranderde van bondgenoten in tegenstanders door politieke en persoonlijke meningsverschillen.
Zoek uit hoe de relatie van Augustus (toen nog Octavianus) met Cicero heeft ontwikkeld vanaf de dood van Julius Caesar in 44 v. Chr tot zijn principaat in 27 v. Chr.
Van het complot om Caesar van het leven te beroven, maakte Cicero geen deel uit, al was hij wel getuige. Na de moord ontstond de machtsstrijd tussen Octavianus, Antonius en Lepidus. Cicero maakte het zijn doel om met zijn redes, de Philippicca’s, Antonius tegenover de Senaat in een slecht daglicht te zetten wat voordelig was voor Octavianus. Ciceros voorkeur ging uit naar Octavianus voor een vrij simpele reden: hij dacht dat Octavianus zonder problemen door de Senaat gebruikt kon worden.
Met het Tweede Triumviraat faalde Ciceros plan en uiteindelijk kwam hij op de proscriptielijst van Antonius, door zijn eerdere negatieve uitspraken over Antonius. Octavianus, die zijn succes deels aan Cicero te danken had, heeft Cicero geen bescherming geboden.
Zoek uit wat proscripties zijn en welke rol deze speelden in de periode die in paragraaf 1 en 2 wordt besproken.
De eerste proscripties werden gebruikt door Lucius Cornelius Sulla, die deze dodenlijsten gebruikte om zijn macht en invloed te vergroten en tegelijkertijd zijn rivalen uit te schakelen. Sulla voerde hier ook een wet over in, die zei dat de geproscribeerden door eenieder mocht worden gedood, waar je dan een beloning voor kon krijgen van 12.000 denarii, wat nu aan zo’n €600 gelijk zou staan. Op het helpen van een geproscribeerde stond de doodstraf.
Met het Tweede Triumviraat (Octavianus, Marcus Antonius en Marcus Aemilius Lepidus) werd er in 43 v.Chr. nieuw leven geblazen in de proscripties, die in 81 v.Chr. waren geëindigd. De proscriptie werd opnieuw ingezet om politieke vijanden fysiek te elimineren, maar ook om de schatkist aan te vullen voor de toekomstige burgeroorlogen tegen de moordenaars van o.a. Caesar. Het bezit van de geproscribeerden werd namelijk verkocht, waar veel geld aan te verdienen was. In totaal zijn er met de tweede proscriptie zo’n 2.300 gedood, waarvan Cicero (die op Antonius’ proscriptielijst belandde) een van de bekendste slachtoffers is.
Wordt met ‘degenen die mijn vader hebben vermoord heb ik in ballingschap gedreven via wettige processen’ verwezen naar de proscripties? Licht je antwoord toe.
Nee, er wordt niet verwezen naar de proscripties. Wél is er bekend dat deze werden gebruikt om de burgeroorlogen tegen de moordenaars van Caesar te financieren.