De oriëntatiefase

Question 1

De oriëntatiefase

Answer 1

• Kijken de kat uit boom
• Zijn afwachtend en geven nog niet veel van zichzelf weer
• Verzamelen informatie over elkaar, de doelen en de verwachte omgangsvormen
• Spanning en onzekerheid over de manier waarop met elkaar omgegaan wordt
• Aftasten wat wel en niet kan en wat voor wie wel of niet belangrijk is.
• Stellen zich over het algemeen wat afhankelijk op
• Gebaat bij externe sturing
• Laat zich makkelijk beïnvloeden door een begeleider

Question 2

Perceptie

Answer 2

Perceptie bestaat uit waarnemen en interpreteren. Perceptie is het proces waarbij
verkregen informatie verklaard wordt en waaraan een betekenis wordt gegeven. Dit
proces vindt vaak onbewust plaats en is een actief en belangrijk proces.

Question 3

Categorisering

Answer 3

Mensen slaan de waargenomen informatie op in ‘hokjes’/groepen/categorieën. Dit is
sociale categorisatie. Dit is een met name cognitief proces

Question 4

Stormfase of conflictfase

Answer 4

In de conflictfase staan de interne verhoudingen en onderlinge relaties centraal. In deze
tweede fase is een duidelijke rolverdeling zichtbaar.

Question 5

De storm- of conflictfase kenmerkt zich door het volgende gedrag van
groepsleden:

Answer 5

• Overtuigingen worden uitgesproken
• De rolverdeling wordt opnieuw bepaald.
• Een groepslid gaat het groepslidmaatschap positief of negatief
  waarderen. In het geval van een negatieve waardering, kan
  iemand besluiten om bij een andere groep aan te sluiten of zich
  terug te trekken.
• Mogelijke uiting van meningsverschillen
• Gedrag vertonen ten behoeve van het uitvoeren van de taak of
  juist het voorkomen van conflicten binnen de groep.

Question 6

Positie als machtsbron

Answer 6

legitieme macht. (Macht vanuit functie)

Deskundigheid macht : Deskundigheidsmacht houdt in dat iemand beschikt over kennis en vaardigheden van
het vakgebied. Hiermee is diegene competent

relationele macht: wijze waarop de iemand de relatie met anderen vormgeeft een manier zijn
om invloed uit te oefenen

Question 7

conflicthantering

Answer 7

1. Forceren (doordrukken).
2. Toegeven (aanpassen).
3. Vermijden.
4. Compromis sluiten.
5. Exploreren (samenwerken).

Question 8

De boodschap in communicatie

Answer 8

1) Zakelijk aspect (inhoudsniveau van de boodschap)
2) Expressief aspect (betrekkingsniveau van de boodschap)
3) Relationeel aspect (betrekkingsniveau van de boodschap)
4) Appellerend aspect (betrekkingsniveau van de boodschap)