De 2-bronnen-theorie Flashcards

'Jezus in de woestijn'

1
Q

Hoe noemen de vier evangelies?

A
  • Matteüs, Marcus en Lucas
  • Johannes
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Hoe komt het dat men de drie evangelies de synoptische evangelies noemt?

A
  • overzicht in drie kolommen naast elkaar
  • daarvoor hanteert men het Griekse woord ‘synopsis’ (samen-zien)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Waarom is Marcus de oudste van de vier?

A
  • kortste evangelie
  • geen geboorteverhaal van Jezus
  • 1 lang lijdensverhaal
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wie gebruikte er Marcus als bron bij het schrijven van Jezus?

A

Matteüs en Lucas

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Welke bronnen gebruikten Matteüs en Lucas ook, naast Marcus?

A

uitspraken van Jezus (de Q-bron, van het Duitse woord Quelle = bron)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Welk perspectief heeft Marcus op Jezus’ bekoringen?

A

Jezus als de nieuwe Adam tussen de wilde dieren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Welk perspectief heeft de Q-bron op Jezus’ bekoringen?

A

De inspiratie komt uit het Oude Testament:
- Israël in de woestijn (40 jaren) ~ Jezus in de woestijn (40 dagen)
- drie bekoringen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Welk perspectief heeft Mattheüs op Jezus’ bekoringen?

A

Mozes-typologie: Jezus als de nieuwe Mozes.
- 40 dagen en 40 nachten
- Een zeer hoge berg: het schouwen van alle koninkrijken der aarde van op een zeer hoge berg is een literaire transpositie van het visioen van Mozes op de berg Nebo
- Het oudtestamentisch citaat (tijdens de eerste bekoring) dat Mattheüs Jezus in de mond legt is langer

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Welk perspectief heeft Lucas op Jezus’ bekoringen?

A

De macht van de duivel en de overmacht van Jezus: Jezus als iemand die machtig is in woord én daad:
- zie de toevoegingen in de verzen 5 en 6
- vers 13: het is de eerste confrontatie met de Duivel en een voorspel op de passie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Waarom heeft Lucas waarschijnlijk de oorspronkelijke Q-volgorde veranderd?

A
  • de “wet van het achtergewicht”: de sterkste bekoring hoort op het einde, namelijk het knielen voor de Duivel.
    De volgorde van Israëls bekoringen (de inspiratie van Q) komt overeen met deze van Mattheüs
  • het belang dat Lucas aan Jeruzalem hecht (misschien plaatst hij daarom de tempel op het einde)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat zijn de drie menselijke grondverlangens?

A
  • bezit
  • macht
  • eer
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat is bezit?

A
  • veranderen van steen in brood
  • avoir
  • hebzucht
  • consumptie
  • iets hebben ten koste van wat dan ook
  • soberheid
  • iets te hebben (bezit)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat is macht?

A
  • engelen bevelen om je op te vangen
  • pouvoir
  • heerszucht
  • concurrentie
  • iemand hebben ten koste van wie dan ook
  • samenhorigheid
  • iemand te hebben (gemeenzaamheid)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat is eer?

A
  • hele wereld zal knielen voor jou
  • valoir
  • eerzucht
  • prestatie
  • iemand zijn ten koste van wat en wie dan ook
  • stilte
  • iemand te zijn (vrijheid)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

DE ONTSTAANSGESCHIEDENIS VAN DE GESCHRIFTEN VAN HET NT

A

Jezus’ leven: zijn woorden en daden
-> mondelinge overlevering (liturgie, prediking, catechese)
-> schriftelijke tradities (lijdensverhaal, parabels, wonderverhalen, twistgesprek)
-> Q + biografische schets leiddraad
-> Mc.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly