D3 4 Flashcards

1
Q

tot en met de 13de eeuw was de macht hoe verdeeld?

A

onder patriciërs en gewone werklui

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

patriciërs

A

politieke macht, economische macht

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

gewone werklui

A

willen inspraak, willen meer rijkdom

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

patriciërs haalden hun macht en rijkdom uit…

A

groot bezit en handel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

patriciërs verenigden zich in…

A

gilden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

gewone werklui verenigen in…

A

ambachten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

ambachten=

A

arbeids verenigningen per beroepen(bakkers, slagers, wevers, volders, smeden, brouwers, …)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

opbouw:

A

eigen bestuur, regelement, kas en militie om de stad helpen te verdedigen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

doel:

A

de leden verdedigen en laten samen werken, zodat onderlinge concurrentie verdwijnt en de ambachtslui economisch een sterke positie konden innemen ten aanzien v.d. patriciërs. Dat is gelukt met vaste afspraken over de kwaliteit, prijs, loon, werkomstandigheden, …

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

deken

A

leider

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

meester

A

volwaardig lid en leider

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

knaap of gezel

A

werkte in een bedrijfje

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

leerjongen

A

werd opgeleid

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

14de eeuw

A

hevige strijd over macht in steden, na de Guldensporenslag kregen de ambachtslieden meer inspraak.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly