D1.

Question 1

hedendaagse samenleving=

Answer 1

iedereen gelijk, democratisch verkozen

Question 2

ancien régime

Answer 2

standensamenleving, leenstelsel

Question 3

leenheer

Answer 3

trouw, leer, bescherming

Question 4

leenman

Answer 4

trouw, raad en daad

Question 5

leenhulde

Answer 5

lening

Question 6

leenstelsel

Answer 6

gekenmerkt door onderlinge banden tussen leenheren en leemannen

Question 7

soorten lenen in het leenstelsel

Answer 7

grondleen, ambtsleen, geldleen

Question 8

grondleen

Answer 8

heerlijkheid, lapgrond of landbouwdomein

Question 9

ambtsleen

Answer 9

gebied dat de leenman mag besturen( maarschak of hanselier)

Question 10

geldleen

Answer 10

jaarlijkse som geld, recht om geld te verdienen

Question 11

9de eeuw

Answer 11

lenen worden erfelijk

Question 12

kroondomein

Answer 12

een gebied waar de koning zelf macht over heeft, meestal beperkt

Question 13

decentralisatie v. macht

Answer 13

versnippering v. zelfstandige gebieden die bestuurd werd door adelijke families.

Question 14

centralisering

Answer 14

van hun macht investeren in schriftelijk wetgeving en rehctspraak