Cultuur en socialisatie Flashcards
Intrageneratie mobiliteit
Je sociale mobiliteit over generaties, dus de sociale status van een persoon die hij in de loop van zijn carrière krijgt
Laissez-faire (opvoedingspatroon)
“laat maar gaan” ouders hebben bij deze manier van opvoeden veel oog voor de behoefte van hun kind
Mondialisering
We zijn wereldwijd steeds afhankelijker van elkaar geworden
Meritocratie
Een samenlevingsvorm waarbij je status bepaald word door je individuele verdiensten.
Politieke socialisatie
Het proces van overdracht van de politieke cultuur van jou groep of samenleving.
Verticale sociale mobiliteit
Stijgen of dalen van een persoon op de maatschappelijke ladder.
Reproductietheorie
De klassen waaruit je komt bepaald waar je staat in de samenleving, en dat is moeilijk om te doorbreken.
Masculiene cultuur
Een cultuur waarin sprake is van duidelijke sociale sekserollen en de nadruk op materiele vooruitgang en succes ligt.
Kwalificatiefunctie
Hoe een school, leerlingen voorbereid op vervolgopleiding en arbeidsmarkt.
Tegencultuur
Een cultuur van een groep mensen die zich verzet tegen de dominanten cultuur
Rolpatroon
Mensen kunnen verschillende rollen aannemen. (leraar – moeder)
Behaviorisme
Gaat over het begrijpen van het gedrag van mensen.