Common Phrases Flashcards
0
Q
Bedankt
A
Thanks
1
Q
Hallo
A
Hello
2
Q
Dag
A
Bye
3
Q
Doei
A
Bye
4
Q
Tot ziens
A
Goodbye, see you later
5
Q
Hoi
A
Hi
6
Q
Goedendag
A
Good day
7
Q
Goedemorgen
A
Good morning
8
Q
Goedenavond
A
Good evening
9
Q
Welterusten
A
Goodnight
10
Q
Ja
A
Yes
11
Q
Danken
A
To thank
12
Q
Nee
A
No
13
Q
Alsjeblieft
A
Please (informal)
14
Q
Alstublieft
A
Please (formal)
15
Q
Dank je wel
A
Thank you (informal)
16
Q
Wel
A
Well, really, opposite of not
17
Q
Misschien
A
Maybe, possibly, perhaps
18
Q
Niet
A
Not
19
Q
Sorry
A
Sorry
20
Q
Oké
A
Okay
21
Q
Pardon
A
Excuse me
22
Q
Het spijt me
A
I’m sorry
23
Q
Goed
A
Good
24
Hoe
How
25
Gaan
To go
26
Hoe gaat het?
How are you?
27
Geen
No, none, not, nobody (negation)
28
Engels
English
29
Nederlands
Dutch
30
Thanks
Bedankt
31
Hello
Hallo
32
Bye
Dag
33
Bye
Doei
34
Goodbye, see you later
Tot ziens
35
Hi
Hoi
36
Good day
Goedendag
37
Good morning
Goedemorgen
38
Good evening
Goedenavond
39
Goodnight
Welterusten
40
Yes
Ja
41
To thank
Danken
42
No
Nee
43
Please (informal)
Alsjeblieft
44
Please (formal)
Alstublieft
45
Thank you (informal)
Dank je wel
46
Well, really, opposite of not
Wel
47
Maybe, possibly, perhaps
Misschien
48
Not
Niet
49
Sorry
Sorry
50
Okay
Oké
51
Excuse me
Pardon
52
I'm sorry
Het spijt me
53
Good
Goed
54
How
Hoe
55
To go
Gaan
56
How are you?
Hoe gaat het?
57
No, none, not, nobody (negation)
Geen
58
English
Engels
59
Dutch
Nederlands
