College 8 Flashcards
Betrouwbaarheid
Consistentie of precisie van een meting: ‘meet ik het goed/nauwkeurig?
Klassieke testtheorie
Theorie over meten gebaseerd op onderscheid tussen ware scores en meetfouten.
Ware score
Hypothetische score van iemand als je zonder meetfouten zou kunnen meten.
Verwachte score van X
ε (X) Gemiddelde van een oneindig aantal equivalente metingen.
Error
Toevallige meetfouten
Test-hertest betrouwbaarheid
Betrouwbaarheid berekend op basis van herhaalde metingen bij eenzelfde groep waarbij de correlatie tussen de twee metingen de maat is voor de betrouwbaarheid.
Cronbach’s alpha
Maat voor de betrouwbaarheid van een meting berekend op basis van de samenhang tussen items (interne consistentie).
Interne consitentie
Mate van samenhang tussen items bij een meting op 1 moment.
Interbeoordelaarsbetrouwbaarheid
Maat voor de samenhang in de oordelen van meerder beoordelaars.
Interbeoordelaarsovereenstemming
Maat voor de absolute overeenstemming tussen meerdere beoordelaars.
Proportie overeenstemming
Het aantal keer dat 2 beoordelaars het met elkaar eens zijn gedeeld door het totaal aantal beoordelingen.
Kappa
Maat voor de overeenstemming tussen 2 beoordelaars voor data van nominaal/ ordinaal meetniveau.
Kappa=tt
Als er sprake is van overeenstemming op kansniveau/ van een mate van overeenstemming die je op basis van toeval al zou aantreffen.
Intraclassecorrelatiecoefficient (ICC)
Maat voor de overeenstemming tussen meerdere beoordelaars voor data van interval meetniveau.
Betrouwbaarheid van 0.80 of hoger
Goede betrouwbaarheid voor het nemen van minder belangrijke beslissingen op individueel niveau.