College 4: ADHD en herhaalproblemen Flashcards
neurobiologische ontwikkelingsstoornissen
komen tot uiting in kinderleeftijd
- aandachtsdeficiëntie- /hyperactiviteitsstoornis
- autismespectrumstoornissen
- verstandelijke beperkingen
- communicatiestoornissen
- motorische stoornissen
- ticstoornissen
Kernproblemen ADHD: (2)
- Aandachtsproblemen
- Hyperactiviteit en impulsiviteit
subtypes waar de kernproblemen van ADHD toe leiden: (3)
- overwegend onoplettende type (ADD), aandachtsproblemen
- overwegend hyperactieve-impulsieve type (HD), hyperactiviteit en impulsiviteit
- gecombineerde type (ADHD). beide problemen komen voor. dit subtype komt meeste voor
prevalentie ADHD
6-7% in de kinderleeftijd en 5% bij volwassenen
Aandachtsproblemen
Minimaal sprake van 6:
- onvoldoende aandacht bij details en slordig in schoolwerk
- moeite met aandacht bij spel of taken te houden
- lijkt niet te luisteren, door niet goed contact lijken te krijgen met iemand
- vergeet instructies op te volgen en maakt taken niet af, vanuit onmacht
- moeite met organiseren en plannen
- vermijdt/heeft hekel aan langdurig werk
- raakt vaak dingen kwijt
- is makkelijk afgeleid door externe prikkels
- vergeetachtig
Hyperactiviteit en impulsiviteit
minimaal sprake van 6:
- onrustig met handen of voeten wiebelen op de stoel
- opstaan van de stoel op school
- rondrennen of klimmen waar dit ongepast is
- moeite met spelen of rustig vermaken
- voortdurend in de weer
- praat aan één stuk door
- geeft antwoord voor vraag gesteld is
- kan moeilijk op beurt wachten
- onderbreekt of stoort anderen
extra criteria voor ADHD in DSM-5:
- symptomen moeten voor het twaalfde levensjaar aanwezig zijn
- er moet van tenminste twee informanten informatie ouders zijn
- ADHD moet in twee of meer situaties voorkomen
overige verschijnselen ADHD:
- Weinig gevoel voor tijd en moeilijk plannen
- Problemen in de ruimtelijke oriëntatie
- Moeite met onderscheid tussen hoofd- en bijzaken
- Onhandigheid en houterigheid in de motoriek
- Geheugenproblemen
- Taalproblemen
secundaire problemen ADHD:
- heftige onvoorspelbare emotionele uitbarstingen
- moeite met sociale signalen op te vangen.
- laag gevoel van eigenwaard
- weinig leermotivatie
comorbiditeit ADHD
ADHD komt voor met
- gedragsstoornissen (1/3 vd kinderen ontwikkelen ook gedragsstoornissen in adolescentie)
- leerstoornissen (dyslexie)
- angst- of stemmingsstoornissen
- tic- en/of dwangstoornissen
- verhoogd risico middelengebruik
Differentiaal diagnostiek:
gaat over het onderscheid maken tussen verschillende stoornissen
Wat is een verklaring voor de overdiagnosticering van ADHD bij volwassenen?
de aanpak bij de organisatie ADHD-centraal: binnen een dag duidelijk of ze ADHD hebben of niet.
vaak sprake van vooroordeel bij aanmelding en diangostiek. criterium van lijden wordt over hoofd gezein
Waarom worden er meer jongens met ADHD gediagnostiseerd?
vooral jongens zijn beweeglijk > voldoen niet aan normen ‘vrouwelijke’ onderwijs
Herhaalproblemen
Obsessief-compulsieve stoornis (OCS) en tic-stoornis
Ontwikkelingsanamnese
Clinicus verzamelt gegevens over gedrag en problemen die zich kunnen voordoen vanaf jonge leeftijd.
Etiologie ADHD
sterkts erfelijk bepaalde diagnose.
slechts 10-40% verklaard door omgevingsfactoren
Obsessief-compulsieve stoornis (OCS) kenmerken
kern:
Dwanggedachten (obsessies)
> werken angst verhogend
reciverende en aanhoudende gedachten of beelden die als opgedrongen en misplaatst beleefd worden
wordt geprobeerd om te onderdrukken, negeren of neutraliseren maar lukt niet.
Dwanghandelingen:
gedragingen/activiteiten die gedaan moeten worden om obsessies te neutraliseren.
werken angst verlagend > opluchting (idee dat gedachten bezweert zijn)
moeten volgens een regel worden toegepast
onrealistische koppeling tussen dwanghandeling en gevreesde gebeurtenis
Ticstoornis
onvrijwillige handelingen
kortdurend en geen controle over
geen angstige verwachting of cognitie en bewuste koppeling achter
kern van OCS:
twijfel en onzekerheid: wat als ik er toch invloed op heb
Uitlokkende factor voor OCS:
stressvolle situatie, vaak waarin iemand het gevoel heeft geen grip op te hebben
bijv. scheiding of plotseling overlijden
> neiging om controle toe te passen > dwang groeit
instandhoudende factoren OCS:
- verkeerde gevolgtrekking:
meer aandacht geven aan wat men zich kan voorstellen dan aan daadwerkelijke feiten
verkeerde oorzaak-gevolg conclusies - compulsief (obsessief) gedrag geeft een vals gevoel van controle en veiligheid
vormen van veiligheidsgedrag bij OCS:
compulsies en obsessies
Waar is de behandeling bij OCS op gericht?
Op het creëren van nieuwe situaties en het uitblijven van veiligheidsgedrag.
Ticstoornis 3 varianten:
- Stoornis van Gilles de La Tourette
- Persisterende (chronische) motorische of vocale ticstoornis
- Voorlopige ticstoornis