Col. 2- Intro to Perception Flashcards
Boek H1 + appendices
Perceptie
bewuste waarneming, resultaat van activiteit zenuwstelsel + kennis uit eerdere ervaringen
- = bottum-up vs top-down
- je kunt die info GEBRUIKEN
Distale stimulus
= environmental stimulus
Proximale stimulus
afbeelding/ representatie van werkelijke stimulus op receptoren (bijv. beeld op netvlies) –> activatiepatroon
Principle of Transformation
aard van de stimulus en de respons verandert bij processing distale stim -> perceptie
Principle of Representation
perceptie is obv representatie van de stimulus op receptoren en resulterende neurale activiteit
- prox is representatie dist
- neurale activatiepatronen is representatie prox
Transductie
= receptor processes; de ene soort energie (input) vertalen naar een andere soort energie (output, = elektrische pulses)
Bottum-up processing
perceptie puur obv de waarneming van de stimulus
- data-based
Top-down processing
perceptie wordt beïnvloedt door kennis; je ziet wat je verwacht
- knowledge based
!! kennis beïnvloedt de waarneming NIET
Herkenning
object in een categorie plaatsen, obv perceptie en kennis
Stimulus- perceptie relatie
verband tussen stimulus en gedrag
Stimulus- fysiologie relatie
stimulus aanbieden en fysiologische respons meten
Fysiologie- perceptie relatie
welke fysiologische responses horen bij bepaalde percepties
Difference threshold (= verschildrempel)
minimaal VERSCHIL in stimulusintensiteit om te detecteren dat stimuli verschillend
Method of limits
stimulis grote I aanbieden, dan I laten afnemen tot p.p. zegt niet meer waar te kunnen nemen
Method of adjustment
p.p. verandert I zelf oplopend omhoog/ omlaag totdat niet meer waarnemen
Method of limits
Fechner: stimulus grote I aanbieden, dan I laten afnemen tot p.p. zegt niet meer waar te kunnen nemen
Method of adjustment
Fechner: p.p. verandert I zelf oplopend omhoog/ omlaag totdat niet meer waarnemen
Method of constant stimuli
Fechner: random volgorde stimuli van bepaalde I meerdere keren aanbieden –> bijhouden per I hoevaak WEL waargenomen
–> psychometrische curve
Response compression
bij grote fysieke I moet delta I groter zijn om waar te nemen dat 2e stimulus is groter
Response expansion
bij bepaalde stimuli is PERCEIVED delta I groter dan fysieke delta I
Response expansion
bij bepaalde stimuli is PERCEIVED delta I groter dan fysieke delta I
Sensatie
waarneming van elementaire eigenschappen van stimulus
- lagere orde processen
Psychofysica
bestuderen van relatie tussen VERANDERING fysieke stimuli en GERAPPORTEERDE waarneming (= perceptie)
Psychofysica
bestuderen van relatie tussen VERANDERING fysieke stimuli en GERAPPORTEERDE waarneming (= perceptie)
Response creterium
wanneer rapporteert de p.p. dat hij een bepaalde stimulus waarneemt
- liberaal (denken te zien)/ conservatief (alleen als zeker weten)
- oiv beloning
Signal detection theorie
de threshold die je bij een p.p. meet obv rapporteren wel/niet waarnemen hangt af van:
- response cretrium
- gevoeligheid
Receiver operating characteristic curve (ROC-curve)
aantal true hits uitgezet tegen aantal false positives voor een bepaalde proefpersoon
- > bepalen liberaal/ conservatief
- hoe hoekiger, hoe gevoeliger
d’
de afstand tussen de waarschijnlijkheidscurve N (dat een bepaalde waargenomen I veroorzaakt wordt door ruis) en waarschijnlijkheidscurve N+S (dat een bepaalde waargenomen I daadwerkelijk door signaal komt)
Gevoeligheid
hoe goed iemand in staat is om signaal+ruis van ruis te onderscheiden