celbio 1 - Bollen - Exam week Flashcards
Wat houdt een “lysogene cyclus” in bij bacteriofagen?
DNA is ingebracht in het bacterieel genoom, dit DNA is nu ‘besmet’ en is nu een pro-faag. De bacterie deelt nietsvermoedend in nieuwe cellen die opnieuw bacteriofaag-DNA dragen.
Waaruit bestaat een nucleosoom?
2 windingen dsDNA ron de histonen; H2A;H2B; H3; H4 (+ook H1 als stabilisator van grotere eenheden).
Hoeveel poriën telt een celkern ongeveer?
3000 - 4000 poriën; elk een grootte van 120nm MAAR er is maar een opening van 9nm!
Specifieer de voorwaarden voor diffusie of actief transport naar/uit de kern:
Diffusie: diameter porie is 9nm; max. bovengrens is 60kDa; optimaal is ongeveer 30kDa
Actief transport vergroot de groep tot moleculen tot diameter 26nm
Snelheden van transport in/uit de kern:
1) Tijdens transcriptie (UIT) 20 000 ribosomale subunits/minuut
2) Tijdens DNA-replicatie (IN) 300 000 histonen/minuut
Dit molecule migreert Ran-GDP weer naar zn plaats:
NTF2; het neemt Ran-GDP weer mee naar de kern
Wat zijn de functies van fibrillen/granulen in de nucleolus?
1) Fibrillen: rRNA synthese
2) Granulen: assemblage van (pro-)ribosomale subeenheden
Wat is ongeveer de snelheid van basenpaar replicatie (voor 1 polymerase) bij eukarya en prokarya?
- Eukarya: 2000bp/minuut
- Prokarya: 50 000bp/minuut
Wat zijn de functies van de proteïnen die te maken hebben met de DNA replicatie bij bacteriën?
- DnaA = bindt aan 4 9-meren=> effect is ontwinding van de 3 13-meren
- DnaB = helicase
- DnaC = transporter voor DnaB
- SSB = Single-Strand Binding protein bindt op ssDNA zodat deze niet opnieuw dsDNA vormt.
Hoezeer verbetert proofreading bij DNA de foutenmarge?
voor proef: 1 per 10^5
na proef: 1 per 10^7
=> verbetering van factor 100 WAUW!
Wat is het primosoom? Waar komt het voor?
Primosoom komt NIET voor bij eukaryoten; het is in bacteriën het complex dat bestaat uit proteïnen + helicase + primase. De proteïnen activeren het primase en enkel zo kunnen primers gevormd worden op de ssDNA in bacteriën.
Wat is DNA gyrase? Waar komt het voor?
Het komt voor bij bacteriën. Gyrase is een type 2 topoisomerase (knipt dus dsDNA); ontwinding van positieve supercoiling adhv. negatieve supercoiling.
Welke moleculen zijn allemaal nodig in de DNA replicatie bij bacteriën? (In de juiste volgorde aub)
- DNA helicase
- DNA gyrase
- SSB
- Primase
- DNA polymerase
- DNA ligase
Hoe groot is ongeveer het gat van de “sliding clamp” op het DNA?
35 Angstrum (= 3,5 nanometer)
Welke moleculen vind je zoal terug in het replisoom? In welke organismen vindt dit plaats?
alle moleculen voor DNA replicatie PLUS enkele bijzonderheden:
- Sliding clamp: houdt DNApol vast zodat de 2 strengen symmetrisch repliceren
- Clamp loader: houdt Sliding clamps vast
- RNAse=> afbraak van de RNAprimers
Replisoom komt voor in bacteriën. (ook in eukaroyten, maar handboek bespreekt het bij bacteriën.